De keynote speech van dhr. Robert-Jan Smits

Artikel

Op dinsdagavond 20 december werd in het Stadhuis van Brussel de vijftiende Vlaamse Scriptieprijs uitgereikt. Lees hier de inspirerende keynote speech van de centrale gast, Robert- Jan Smits, directeur-generaal Onderzoek en Innovatie bij de Europese Commissie. 


Robert-Jan Smits

Beste genomineerden en laureaten van de Vlaamse scriptieprijs,

Ik ben zeer vereerd dat ik hier vanavond mag spreken tijdens de uitreiking van de Vlaamse scriptieprijs. Ik vind de scriptieprijs een uniek en innovatief concept. We kunnen namelijk niet vaak genoeg jonge talenten in het zonnetje zetten.  Ook de locatie, het Stadhuis van Brussel, geeft een extra dimensie aan deze avond.

Met 7 % van de wereldbevolking genereert Europa nog altijd 30 % van de kennis in de wereld. Dat is waanzinnig knap van ons continent.Toch zal deze situatie er over 10 jaar heel anders uitzien.

Het Verre Oosten gaat gigantisch hard en dan heb ik het met name over China en Zuid Korea. China heeft zijn uitgaven aan onderzoek het afgelopen decennium met 22 % per jaar doen toenemen. Zuid Korea zal op korte termijn 5 % van zijn BBP aan R&D uitgeven. Nature meldde vorig jaar zelfs dat China Europa was voorbijgestreefd voor wat betreft uitgaven aan R&D.

Nu zult u waarschijnlijk zeggen: ja, maar dat zegt niets over de kwaliteit van het Chinese onderzoek en daar heeft u volkomen gelijk in, maar dit is slechts een kwestie van tijd. Momenteel is het nog zo dat van de 10 % meest geciteerde publicaties, 32.1 % uit Europa komt, 30.8 % uit de Verenigde Staten en slechts 11.9 % uit China, maar in 2025 zal dit plaatje er heel anders uitzien.

De Chinezen hebben namelijk geleerd uit de geschiedenis en zullen geen tweede keer dezelfde fout maken. Zoals u weet waren de Chinese keizers in de middeleeuwen oppermachtig vanwege hun wetenschappelijke kennis en innovatie.  De eerste mechanische klok is in 1086 gebouwd in China. 

De drukpers, geldpapier, behangpapier en zelfs toiletpapier zijn Chinese uitvindingen.  De eerste hoogoven werd niet in 1705 gebouwd in Europa, maar in China, 2000 jaar eerder.  Het spinnenwiel, het buskruit, het kompas, zijn Chinese uitvindingen.  Zelfs golf is in China uitgevonden.

Het hoogtepunt van Chinese wetenschap  waren de jaren van keizer Yongle (Joeng-Le).  Hij was de keizer die de opdracht gaf tot de bouw van de Verboden Stad.  Hij was ook diegene die admiraal Zhen He het bevel gaf een indrukwekkende vloot te bouwen om de wereldzeeën te verkennen.  Het was Keizer Yongle die de opdracht gaf tot het bundelen van alle Chinese wetenschappelijke kennis, een project waar 2000 geleerden vele jaren aan werkten.  Toen deze encyclopedie af was, bestond hij uit 11.000 boekdelen.  Gedurende 600 jaar was het de grootste encyclopedie in de wereld tot 2007, toen Wikipedia werd gelanceerd.

Keizer Yongle stierf in 1424 en zijn opvolgers maakten een eind aan de bevordering van wetenschap. Kennis en creativiteit werden niet langer op prijs gesteld.  De dagboeken van Admiraal  Zheng He werden vernietigd en het werd een misdaad om naar volle zee te gaan.  Schepen mochten zelfs niet langer een mast dragen. 

We weten allemaal wat er uiteindelijk gebeurd is met de Ming dynastie: het keizerrijk stortte in en China werd een marginale speler.

Wat kunnen we hiervan leren?

Wat is het dat Europa moet doen?

Op de eerste plaats moet Europa de politieke wil hebben om te investeren in kennis. U zult zich allen nog wel herinneren dat in het jaar 2000 de Europese Regeringsleiders in Lissabon bijeenkwamen en toen verklaarden dat ' in 2010, Europe will have the strongest knowledge based economy in the world '.

Om deze doelstelling te halen zouden alle lidstaten tegen 2010 zo'n 3 % van het BBP uitgeven aan onderzoek. Wel in 2010 moesten we constateren dat we zijn blijven steken op 2 %. Wat is er toen gebeurd ? De Regeringsleiders hebben verklaard dat ze de 3 % target in 2020 zullen realiseren. Onze inschatting is dat we dit ook nu niet gaan redden. Uitzondering zijn de Scandinavische landen, die overigens al op 3 % of erboven zitten en....Duitsland het braafste jongetje van de klas, wellicht te danken aan het feit dat Frau Merkel als natuurkundige als geen ander het belang van onderzoek kent. Maar ik ben ook onder de indruk van de ambities van de Vlaamse Regering, laat ik daar duidelijk over zijn.

Waar we in Europa vooral mee te kampen hebben zijn de achterblijvende bedrijfsuitgaven aan onderzoek. We moeten niet vergeten dat van de beoogde 3 %, één derde van de overheid en twee derde van het bedrijfsleven moest komen. Maar het bedrijfsleven laat het afweten.

Nu kun je dat het bedrijfsleven niet kwalijk nemen, want het investeert enkel daar waar het kansen ziet. Je kunt dit meer de overheid aanrekenen, de overheid die niet het klimaat schept dat het bedrijfsleven aanmoedigt te investeren in R&D; een overheid die het nalaat de hoogste kwaliteitseisen te stellen aan haar universiteiten. Maar ik geloof ook dat je dit de wetenschappelijke wereld mag aanrekenen; kennisoverdracht is nog steeds niet het handelsmerk van veel Europese universiteiten.

Of zoals een voormalig Europees Commissaris dat zo mooi verwoordde: ' In Europe we are good in transferring Euro's into knowledge, but not very good in transferring this knowledge back into Euro's'. We moeten uitkijken dat dit geen neerwaartse spiraal gaat worden: het bedrijfsleven dat in Europa steeds minder investeert in onderzoek met als gevolg minder inkomsten voor universiteiten vanuit de derde geldstroom, met als gevolg een krimpende onderzoekscapaciteit, met als gevolg minder aantrekkelijkheid voor het bedrijfsleven, met als gevolg minder investeringen.

Waar we in Europa ook de gevolgen van voelen, is het mislopen van de digitale revolutie met alle gevolgen van dien. Als ik zie wat het digitale gebeuren in de Verenigde Staten heeft gebracht aan compleet nieuwe markten en daarmee gepaard gaande onderzoeksactiviteiten, lijkt het alsof we in Europa compleet zijn blijven stilstaan. De Googles, Microsofts en Apples zijn Amerikaans; Europese tegenhangers zijn er vrijwel niet. De miljarden die deze bedrijven uitgeven aan onderzoek en innovatie zijn indrukwekkend en hebben geleid tot ongekende know how op het gebied van big data, digitale technologieën en deelterreinen zoals cybersecurity. Veel van de Amerikaanse IT bedrijven begeven zich nu ook op markten waar Europa van oudsher een wereldleider is; denk aan automotive en voeding.  Het heeft de VS ook een gigantische vijver van skills, vooral op IT gebied gebracht.

Wij daarentegen kampen ondanks de hoge werkloosheid met een tekort aan 500.000 ITers en aangezien Big Data en digitalisering meer dan ooit belangrijk zijn voor top onderzoek, staan we hier echt voor een enorme uitdaging.

Het is dan ook alle hens aan dek, vooral omdat we aan de vooravond staan van een revolutie in de wetenschap, een fenomeen dat wij "Open Science" noemen.

De belangrijkste aanjagers van deze revolutie zijn de volgende: De exponentiële groei van data, de zogeheten Big Data, de beschikbaarheid van digitale technologieën om deze data te analyseren en te gebruiken, de opkomst van een "global science community" en de toenemende vraag vanuit zowel de politiek als de samenleving naar meer ' bang for the buck ',  met andere woorden om sneller met concrete oplossingen te komen voor de grote maatschappelijke uitdagingen, zoals klimaatverandering, energievoorziening en veiligheid.

Vorig jaar hield mijn Directoraat-Generaal Onderzoek & Innovatie een grote consultatie onder Europese wetenschappers, en vroeg hun hoe om te gaan met deze veranderingen.

De Europese wetenschappers waren duidelijk en eensgezind: meer samenwerking, meer transparantie, meer openheid. Vandaar de term Open Science. Er werd vooral gepleit voor Open Access, het publiekelijk toegankelijk maken van data en publicaties. Jullie eigen scriptiebank is een prachtig voorbeeld van Open Access in de praktijk: een vrij toegankelijke databank met artikelen en scripties. Toegankelijk bijvoorbeeld voor bedrijven die op zoek zijn naar toptalent.

De Europese wetenschappers pleiten ook voor meer investeringen in digitale technologieën, en meer internationale samenwerking. Er werd gevraagd om nieuwe beloningssystemen binnen universiteiten, vooral om een eind te maken aan de publicatie dwang. De vraag of wetenschappelijk onderzoek meer gestuurd moest worden en of de burger een rol moest kunnen spelen in de agenda setting, werd eveneens eensgezind door onze Europese wetenschappers, zij het knarsetandend, beantwoord.

In vrijwel alle EU lid staten is het afgelopen jaar over Open Science gesproken en dat was precies wat wij vanuit de Europese Commissie wilden: het lanceren van een debat met als uitkomst een nieuwe manier van werken, maar niet alleen dat, ook een nieuwe rol van de wetenschap in onze samenleving.

Zoals ik al zei staat bij Open Science de rol van de burger centraal. Dat noemen we ook wel Citizen Science. Voor mij betekent dat niet alleen de actieve betrokkenheid van de burger in het doen van onderzoek, maar ook het meebepalen van de wetenschapsagenda: op welke grote maatschappelijke uitdagingen moet de wetenschap zich concentreren? Citizen Science is een belangrijk onderdeel van ons huidige Europese onderzoek en innovatie programma, Horizon 2020 dat zich vooral richt op maatschappelijke uitdagingen zoals onze gezondheidszorg, voedselveiligheid, energievoorziening, en het klimaat.

We staan met Open Science aan het begin van een noodzakelijke kentering. Laten we er met elkaar voor zorgen dat we de veranderingen omarmen. Het is ongelooflijk belangrijk dat jullie, een nieuwe generatie wetenschappers, die nieuwe manier van samenwerken en delen eigen maken. Zie Open Science als de "Uber" of de "AirBnB" van de wetenschap: het delen van kennis, en het samenwerken in openheid.

Ik wens jullie daarbij heel veel succes en inspiratie. Dank u wel.

Robert-Jan SmitsRobert-Jan Smits
Directeur-Generaal Onderzoek & Innovatie bij de Europese Commissie 

 

 

 

Share this on: