Het conflict in de Zuid-Chinese Zee

Matthias
Vekeman

Leidt het Conflict in de Zuid- Chinese Zee tot oorlog?

Inleiding

Zondag, 9 maart 2014. Chinese kustwachters blokkeren de toegang tot een Filipijnse basis in de Zuid- Chinese Zee. Dit incident is het laatste in een lange reeks van aanvaringen tussen de Filipijnen en China. Een vorig flashpoint bevond zich rondom Scarborough Shoal, waarbij oorlogsbodems van beide staten tegenover elkaar stonden. Een oorlog werd maar nipt vermeden. De toegang tot de Shoal wordt nog steeds versperd door Chinese schepen.

Zondag, 11 mei 2014. De dag waarop ernstige anti- China protesten beginnen in Vietnam. Deze betogingen zijn gewelddadig en lijken bijzonder goed georganiseerd. Het motief is de installatie van een Chinees olieplatform in een door Vietnam opgeëist gebied. Zowel deze betogingen als de aanvaringen tussen China en de Filipijnen zijn het gevolg van de diepgewortelde onenigheid over de Zuid- Chinese Zee. De vraag is nu, wat is er precies aan de hand? Wat zijn de onderliggende oorzaken en wat zijn de mogelijke uitwegen uit het conflict? Kortom, wat kan men doen om een oorlog te vermijden?

Het Conflict in de Zuid- Chinese Zee

“Is there any man, is there any woman, let me say any child here that does not know that the seed of war in the modern world is industrial and commercial rivalry…?” Men kan zich afvragen of de spreekwoordelijke “kiem voor oorlog” in deze uitspraak van Woodrow Wilson ook in de Zuid- Chinese Zee aanwezig is. Het conflict in dit gebied is grotendeels onbekend bij ons, hoewel het betrekking heeft op een van de meest opkomende regio’s ter wereld. Rondom de Zuid-Chinese Zee bevinden zich namelijk landen als de Volksrepubliek China, de Republiek China, Vietnam, de Filipijnen, Maleisië, Brunei, Indonesië, Singapore, Thailand en Cambodja. Na jarenlange afwezigheid ontwikkelen vele van deze staten zich tot belangrijke wereldspelers, zowel op politiek als op economisch vlak. De Zuid- Chinese Zee is een factor die hen allen verbindt. Haar strategische ligging, haar cruciaal belang voor de handel en de economie, gecombineerd met de vondst van een grote hoeveelheid natuurlijke rijkdommen, zorgt ervoor dat alle partijen op zoek gaan naar jurisdictie of soevereiniteit over het gebied. De eerste zes vermelde staten eisen daarom elk (een deel van) de eilanden in de Zee, maar ook (een deel van) de jurisdictie over de zee en de zeebodem.

Het nationalistisch politiek klimaat leidt tot een zeer ongenuanceerd discours over het conflict. De drang naar macht over de maritieme regio heeft dus niet enkel externe economische oorzaken, maar de betrokken staten staan ook intern onder druk. Sinds het begin van de jaren ’70 gaat dit dan ook gepaard met, soms gewapende, schermutselingen tussen militairen en/of burgers van de verschillende partijen. De incidenten aan Johnson Reef in 1988, Misschief Reef in 1995, Scarborough Shoal in 2012 en Second Thomas Shoal in 2014 zijn een illustratie van deze gevaarlijke situatie.

China en de Zuid- Chinese Zee

Het is geen toeval dat China bij de meeste incidenten betrokken is. China vaardigde in 2009 namelijk de “U- vormige lijn” uit. Dit is een zeer extensieve claim, waarbij maar liefst 80% tot 90% van de Zuid- Chinese Zee opgeëist wordt. Bovendien wordt deze “U- vormige lijn” op geen enkele manier verantwoord. In een note verbale bij de Verenigde Naties stelt China louter dat “China has indisputable sovereignty over the islands in the South China Sea and the adjacent waters”.

In de staatspers en bij de Chinese rechtsgeleerden wordt vooral gesproken over een “historisch recht” over de Zuid- Chinese Zee. Dit zou dan een uitvloeisel zijn van de rechten van Imperiaal China. Het is bijzonder moeilijk om dit te verantwoorden naar internationaal recht. Zeker het VN- Zeerechtverdrag houdt weinig tot geen rekening met zulke historische argumenten. Ondanks het gebrek aan officiële en steekhoudende verantwoording, dwingt China wel haar rechten af ten aanzien van de andere betrokken staten. Deze staten voelen zich hierdoor bedreigd en  verweren zich fel. Het hoeft geen betoog dat dit leidt tot een kluwen aan overlappende claims, incidenten, diplomatieke rellen en anti- China- betogingen in Vietnam en de Filipijnen.

Zijn er mogelijke oplossingen?

Dit kluwen van overlappende claims zorgt ervoor dat het conflict met recht en reden het meest complexe internationaal geschil ter wereld genoemd wordt. Hoe kan men hier een uitweg uit zoeken? Er zijn verschillende manieren waarop de partijen zelf de druk van de ketel proberen te halen. Op de eerste plaats zijn er bilaterale onderhandelingen tussen de meest assertieve partij, China, en de andere betrokken staten. China is echter een economische en politieke grootmacht, waar staten als Vietnam en Maleisië sterk afhankelijk van zijn.  Op deze manier kan China een divide et impera – tactiek toepassen, omdat het steeds een sterkere onderhandelingspositie heeft. Deze bilaterale onderhandelingen hebben bijgevolg nog niet geleid tot een adequate oplossing. Er wordt enkel onderhandeld over politiek onbelangrijke zaken, die geen effect hebben op de werkelijke oorzaken van het conflict. Op de tweede plaats zijn er onderhandelingen via de regionale organisatie ASEAN. Via dit medium wordt gezocht naar een bindende gedragscode en een samenwerkingsverband. Deze onderhandelingen zijn echter in hetzelfde bedje ziek. Opnieuw kan China haar macht in de schaal werpen om een, voor haar nadelige, oplossing te belemmeren.

Tenslotte hebben de Filipijnen China voor een VN- arbitragetribunaal gedaagd. Zij noemen dit “the last resort”. Dit tribunaal beslist enkel over disputen die betrekking hebben op het VN- Zeerechtverdrag. Het blijft echter de vraag of dit tribunaal bevoegd is. De Filipijnen zullen een groot aantal juridische obstakels moeten overwinnen vooraleer het tribunaal ten gronde zal beslissen. China gebruikt opnieuw haar politieke invloed en weigert voor het tribunaal te verschijnen. Een uitspraak wordt verwacht in 2015.

Er zijn dus momenteel géén adequate oplossingen. De angst voor escalatie is dus wel degelijk gegrond. Zolang de partijen geen politieke uitweg bereiken zullen de incidenten blijven plaatsvinden. Dit is een risicovolle situatie voor de internationale gemeenschap. Het economische belang van de Zuid- Chinese Zee beperkt zich niet tot de omliggende landen, maar ook de Verenigde Staten, Japan, India en zelfs de Europese Unie dringen aan op een de-escalatie.