Home sweet home? Een onderzoek naar de effecten van een expatriate opdracht op de werk-gezinsbalans.

Nicky Dries
Persbericht

Home sweet home? Een onderzoek naar de effecten van een expatriate opdracht op de werk-gezinsbalans.

Werk en gezin op een buitenlandse opdracht

Balanceren op een slappe koord

 

Nicky Dries

 

 

 

Bij het falen van een expatriate opdracht -het niet halen van een prestatienorm of het vroegtijdig terugkeren naar het thuisland- blijken de ontevredenheid van de parter en andere gezinsoverwegingen de vaakst aangehaalde redenen. De laatste jaren nemen we dan ook een trend waar naar korte termijnopdrachten, waarbij het gezin thuis kan blijven, en het verkiezen van jonge singles als expatriates. Op deze manier willen organisaties de problemen vermijden die haast onvermijdelijk optreden bij het verhuizen van het gezin naar het buitenland. Toch neemt nog altijd meer dan de helft van alle expatriates een partner en kinderen mee naar het gastland. Daarenboven zouden organisaties door het discrimineren van kandidaten met een gezin het risico kunnen lopen een substantieel aandeel van hooggekwalificeerde kandidaten te elimineren. Het lijkt er dus op dat bedrijven met internationale aspiraties rekening moeten houden met het hele gezin, willen ze expatriates optimaal ondersteunen in hun missie.

 

De verantwoordelijkheid van de organisatie

 

Uit onderzoek blijkt dat expatriates in hogere mate dan gewone werknemers een negatieve invloed rapporteren van hun werk op hun gezinsleven, maar niet vice versa. Organisaties zouden hieruit de foutieve assumptie kunnen maken dat het privé-leven van de expatriate niet tot hun verantwoordelijkheden behoort zolang zijn of haar rendement er niet door beïnvloed wordt. Men moet echter in het achterhoofd houden dat een verslechtering van de kwaliteit van het gezinsleven ten gevolge van het werk, geladen gevoelens ten opzichte van dat werk teweegbrengt, waardoor een negatieve invloed op de prestatie op langere termijn waarschijnlijk wordt. Ook kunnen problemen binnen het gezin de expatriate ertoe aanzetten de buitenlandse opdracht vroegtijdig te beëindigen. Bovendien kan men stellen dat de verstoring van de werk-gezin balans van expatriate werknemers wel degelijk ten dele de verantwoordelijkheid is van de organisatie, aangezien werk en gezin door een buitenlandse opdracht afhankelijker worden van elkaar. Door de isolatie die expatriate gezinnen ondervinden van hun vertrouwde ‘netwerken’ van tastbare en psychosociale steun, worden ze afhankelijker van elkaar om die steun te verkrijgen. In een dergelijke context wordt de invloed die werknemer en gezin op elkaar uitoefenen veel groter.

 

 

‘Gezinsvriendelijke’ voordelen

 

Wat kunnen organisaties nu doen om verstoringen in de werk-gezin balans bij expatriates tegen te gaan? Een mogelijke aanpak is het opnemen van gezinsvriendelijke voordelen in het beloningspakket. De meerderheid van de bedrijven biedt premies en vergoedingen aan die de ongemakken van de expatriate en zijn gezin moeten verlichten. Het betalen van de huisvesting, de scholing van de kinderen en het compenseren van eventuele werkloosheid van de partner zijn hier voorbeelden van. Uit onderzoek blijkt echter dat deze financiële interventies vooral een invloed hebben op de bereidheid tot het aanvaarden van de buitenlandse opdracht, maar slechts in geringe mate op de werk-gezin balans. Enkel de toelagen voor de partner en het betalen van voorbereidende taal- en cultuurtrainingen blijken de werk-gezin balans van expatriates significant te verbeteren. Vooral de trainingen voorafgaand aan het vertrek van het gezin, lijken cruciaal te zijn: hoe beter en sneller het hele gezin zich aanpast aan de gastcultuur, hoe minder conflicten ze rapporteren tussen werk en gezin. De sleutel tot een succcesvolle buitenlandse opdracht voor een expatriate met gezin lijkt dus eerder bij een grondige voorbereiding dan bij een rijkelijk beloningspakket te liggen.

 

Naar een pro-actievere selectie

 

Een goede voorbereiding begint al bij de selectie van potentiële expatriates. Al te vaak wordt in het selectieproces de fout gemaakt zuiver gericht te zijn op technische kennis in plaats van op het potentieel van de persoon om zich aan te passen aan andere gewoontes, managementpraktijken, wetten, geloofsovertuigingen en woon- en werkomstandigheden. Reeds tijdens de selectiefase dienen communicatieve vaardigheden en gezinskenmerken centraal te staan. Net zoals dat vaak gebeurt bij een ‘gewone’ selectie, zouden organisaties kunnen trachten ideale en risicoprofielen voor expatriates én hun gezinsleden op te stellen en aan de hand daarvan potentiële kandidaten te screenen. Belangrijke factoren om na te gaan zijn culturele openheid,  aanpassingsvermogen, de gebondenheid van de gezinsleden aan één plaats of sociaal netwerk, de carrièreplannen van de partner en het verloop van eventuele voorgaande buitenlandse opdrachten, alsook de bereidheid van het gezin nogmaals naar het buitenland te verhuizen. Tevens moet de organisatie van haar kant een realistisch beeld schetsen van wat een expatriate opdracht inhoudt, waarbij niet enkel kansen, maar ook uitdagingen en valkuilen geëxpliciteerd worden. Wanneer de onderhandelingen achter de rug zijn, dient de organisatie regelingen te treffen voor voorbereidende taal- en cultuurtrainingen voor het hele gezin. Opvolging van het gezin na aankomst in het gastland is eveneens cruciaal voor het welzijn van het gezin, maar wordt vaak over het hoofd gezien. Voorzien in een netwerk van contactpersonen in het gastland, in formele of informele vorm, is echter zeer belangrijk om de continuïteit van de ondersteuning van het gezin te garanderen.  Organisaties die menen dat deze voorzieningen te verregaand zijn of simpelweg niet de middelen hebben om ze te treffen, dienen een afweging te maken: competente kandidaten niet selecteren als expatriates vanwege hun gezinssituatie, of het risico lopen dat de buitenlandse opdracht niet succesvol verloopt.

Het zou nochtans verkeerd zijn de volledige verantwoordelijkheid voor het slagen of falen van expatriate opdrachten op de organisatie af te schuiven. Het is de taak van potentiële expatriate gezinnen om voor een deel al aan zelfselectie te doen. Concrete afspraken tussen de gezinsleden over de taakverdeling binnen het gezin en de duur van de opdracht zijn onontbeerlijk. Wanneer iedereen in het gezin weet waaraan hij of zij begint, zal de kans op falen van het buitenlandse avontuur  een stuk lager liggen.

Bibliografie

Bibliografie

 

Ali, A. , Van der Zee, K. & Sanders, G. (2003). Determinants of intercultural adjustment among expatriate spouses. International Journal of Intercultural Relations, 27, p. 563-580.

 

Ali, A.J. (2003). The intercultural adaptation of expatriate spouses and children. Proefschrift, Groningen: RUG.

 

Brett, J.M. (1997). Family, Sex, and Career Advancement. In: Parasuraman, S. & Greenhaus, J.H. (red.) Integrating work and family: challenging choices for a changing world. Westport: Greenwood Publishing Group.

 

Bonache, J. & Fernández, Z. (1997). Expatriate compensation and its link to the subsidiary strategic role: a theoretical analysis. The International Journal of Human Resource Management, 8, p. 457-475.

 

Burgess, E.W. , Locke, H.J. & Thomes, M.M. (1971). The Family. From Traditional to Companionship. New York: D. Van Nostrand Company.

 

Caligiuri, P.M. , Hyland, M.M. , Joshi, A. & Bross, A.S. (1998). Testing a Theoretical Model for Examining the Relationship Between Family Adjustment and Expatriates’ Work Adjustment. Journal of Applied Psychology, 83, p. 598-614.

 

Crouter, A.C. (1994). Processes Linking Families and Work: Implications for Behavior and Development in Both Settings. In: Parke, R.D. & Kellam, S.G. (red.) Exploring family relationships with other social contexts. New Jersey: Lawrence Erlbaum Associates.

 

Dowling, P.J. & Welch, D.E. (2004). International Human Resource Management. London: Thomson Learning.

 

Elchardus, M. & Huysseune, M. (2000). Drukte, werk en liefde. Loopbaan en gezin in het leven van universitair gediplomeerde veertigers. Brussel: VUBpress.

 

ERI (2004) Internet Based Benefit and Compensation Administration textbook. http://www.eridlc.com/onlinetextbook/chpt21/, geraadpleegd op 22 maart 2005.

 

Ferber, M.A. & O’ Farrell, B. (1991). Work and family: policies for a changing work force. Washington D.C.: National academy Press.

 

Friedman, S.D. & Greenhaus, J.H. (2000). Work and family – allies or enemies? : what happens when business professionals confront life choices. New York: Oxford University Press.

 

Frone, M.R. , Yardley, J.K. & Markel, K.S. (1997). Developing and Testing an Integrative Model of the Work-Family Interface. Journal of Vocational Behavior, 50, p.145-167.

 

Ghekiere, I. (1999). Voorbereiding en begeleiding van expatriates. Licentiaatverhandeling, Brussel: VUB.

 

Gilbert, L.A. (1993). Two careers/one family. California: Sage Publications.

 

Glorieux, I. & Vandeweyer, J. (2002). 24 uur… Belgische tijd. Een onderzoek naar de tijdsbesteding van de Belgen. http://statbel.fgov.be/pub/d0/p008n110_nl.pdf, geraadpleegd op 22 maart 2005.

 

GMAC Global Relocation Services, National Foreign Trade Council & SHRM Global forum (2004).

Global Relocation Trends 2003/2004 Survey Report. 

http://24.227.160.195/gmac/WhitePapers/GRTS_2003-4.pdf, geraadpleegd op 15 december 2004.

 

Gowan, M.A. (2004). Development of the Recruitment Value Proposition for Geocentric Staffing. Thunderbird International Business Review, 46, p. 687-708.

 

Hofstede, G.H. (1994). Business cultures. Unesco Courier, 4, p. 12-16.

 

Hofstede, G.H. (2001). Culture’s consequences: Comparing values, behaviors, institutions, and organizations across nations. California: Sage Publications.

 

Hofstede, G.H. & McCrae, R.R. (2004). Personality and Culture Revisited: Linking Traits and Dimensions of Culture. Cross-Cultural research, 38, p. 52-88.

 

Johnson, E.C. , Kristof-Brown, A.L. , Van Vianen, A.E.M. , De Pater, I.E. & Klein, M.R. (2003). Expatriate Social Ties: Personality Antecedents and Consequences for Adjustment. International Journal of Selection and Assessment, 11, p. 277-288.

 

Kepir Sinangil, H. & Ones, D.S. (2003). Gender Differences in Expatriate Job Performance. Applied Psychology: An International Review, 52, p. 461-475.

 

Kline, J. , Gowan, M. & Neill, H. (2004). Effects of organizational rank and length of time in assignment on expatriate commitment. The Social Science Journal, 41, p. 471-476.

 

Lewis, S. & Dyer, J. (2002). Towards a Culture for Work-Life Integration? In: Cooper, C.L. & Burke, R.J. (red.) The new world of work: challenges and opportunities. Oxford: Blackwell Publishers.

 

Linehan, M. & Walsh, J.S. (2000). Work-Family Conflict and the Senior Female International Manager. British Journal of Management, 11, p. 49-58.

 

Lohmann, L.J. (2004). Expatriate Benefit Shopping List. http://www2.gol.com/users/llohmann/expatria/,

geraadpleegd op  18 februari 2005.

 

Lowry, R. (2005). VassarStats: Web Site for Statistical Computation.

http://faculty.vassar.edu/lowry/VassarStats.html, geraadpleegd op 2 mei 2005.

 

Mathis, R.L. & Jackson, J.H. (1994). Human resource management. USA: West Publishing Corporation.

 

Miller, S. (1997). The Role of a Juggler. In: Parasuraman, S. & Greenhaus, J.H. (red.) Integrating work and family: challenging choices for a changing world. Westport: Greenwood Publishing Group.

 

Morley, M. & Heraty, N. (2004). International Assignments and Global Careers. Thunderbird International Business Review, 46, p. 633-646.

 

Netemeyer, R.G. , Boles, J.S. & McMurrian, R. (1996). Development and Validation of Work-Family Conflict and Family-Work Conflict Scales. Journal of Applied Psychology, 81, p. 400-410.

 

Otté, J. (2002). Belonen van werknemers: de effecten van gezinsvriendelijke voordelen. Licentiaatverhandeling, Brussel:VUB.

 

ORC Worldwide (2002). Worldwide Survey of International Assignment Policies and Practices. http://www.orcinc.com/surveys/wws2002.html, geraadpleegd op 18 februari 2005.

 

Pallant, J. (2001). SPSS survival manual: a step by step guide to data analysis using SPSS for Windows (version 10). Buckingham: Open University Press.

 

Parasuraman, S. & Greenhaus, J.H. (1997). The Changing World of Work and Family. In: Parasuraman, S. & Greenhaus, J.H. (red.) Integrating work and family: challenging choices for a changing world. Westport: Greenwood Publishing Group.

 

Petitjean, C. (2001). Partners van expatriates: Invloed van de eigen loopbaan en de voorbereiding op de aanpassing in het buitenland. Licentiaatverhandeling, Brussel: VUB.

 

Powell, G.N. (1997). The Sex Difference in Employee Inclinations Regarding Work-Family Programs: Why Does It Exist, Should We Care, and What Should Be Done about It (If Anything)? In: Parasuraman, S. & Greenhaus, J.H. (red.) Integrating work and family: challenging choices for a changing world. Westport: Greenwood Publishing Group.

 

PriceWaterhouseCoopers (2002). International Assignments Global Policy and Practice Key Trends. http://www.hrconsulting.be/news/pwc_pr_IAkeytrends2002.pdf, geraadpleegd op 20 december 2004.

 

Riemer, J.W. (2000). Job relocation, sources of stress, and sense of home. Community, Work & Family, 3, 205-217.

 

Shaffer, M.A. & Harrison, D.A. (2001a). Forgotten Partners of International Assignments: Development and Test of a Model of Spouse Adjustment. Journal of Applied Psychology, 86, 238-253.

 

Shaffer, M.A. , Harrison, D.A. , Gilley, K.M. & Luk, D.M. (2001b). Struggling for balance amid turbulence on international assignments: work-family conflict, support and commitment. Journal of Management, 27, p. 99-121.

 

Singh, R. , Greenhaus, J.H. & Parasuraman, S. (2002). The Impact of Family Life on Career Decisions and Outcomes. In: Cooper, C.L. & Burke, R.J. (red.) The new world of work: challenges and opportunities. Oxford: Blackwell Publishers.

 

Suutari, V. & Tornikoski, C. (2001). The challenge of expatriate compensation: the sources of satisfaction and dissatisfaction among expatriates. International journal of Human Resource Management, 12, p. 389-404.

 

Takeuchi, R. , Yun, S. & Tesluk, P.E. (2002). An Examination of Crossover and Spillover Effects of Spousal and Expatriate Cross-Cultural Adjustment on Expatriate Outcomes. Journal of Applied Psychology, 87, p. 655-666.

 

Toh, S.M. & DeNisi, A.S. (2003). Host country national reactions to expatriate pay policies: a model and implications. Academy of Management Executive, 28, p. 606-621.

 

Toh, S.M. & DeNisi, A.S. (2005). A local perspective to expatriate success. Academy of Management Executive, 19, p. 132-146.

 

Tucker, M.F. , Bonial, R. & Lahti, K. (2004). The definition, measurement and prediction of intercultural adjustment and job performance among corporate expatriates. International Journal of Intercultural Relations, 28, p. 221-251.

 

Tung, R.L. (2004). Female Expatriates: The Model Global Manager. Organizational Dynamics, 33,  p. 243-253.

 

Vacature & K.U.Leuven (2004) De Grote Salarisenquête.  http://www.vacature.com/scripts/indexpage.asp?headingID=21213, geraadpleegd op 18 februari 2005.

 

Wayne, J.H. (2004). Considering the role of personality in the work-family experience: relationships of the big five to work-family conflict and facilitation. Journal of Vocational Behavior, 64, p. 108-130.

Universiteit of Hogeschool
Arbeids -en organisatiepsychologie
Publicatiejaar
2005
Share this on: