Over Europese solidariteit: Solidariteitsfonds van de Europese Unie en Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering

Olivier Drooghmans
Persbericht

Over Europese solidariteit: Solidariteitsfonds van de Europese Unie en Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering

Natuurrampen en massaontslagen: twee zorgenkinderen van deze tijd met de EU als babysitter.

Natuurrampen komen steeds regelmatiger voor in Europa. Denk maar aan de hevige overstromingen uit 2002 in Midden-Europa of de hevige aardbevingen uit 2009 in het Italiaanse L'Aquila. Vaak leidt dit tot zware financiële inspanningen voor de getroffen staten. Zij zijn het hun bevolking namelijk verplicht om ervoor te zorgen dat er zo snel mogelijk herstelmaatregelen worden genomen. In tijden van globalisering en crisis zijn er echter ook nog andere financiële kopzorgen, met name massaontslagen, zoals we deze onder andere kenden bij Opel Antwerpen. De staat wil ook deze mensen kunnen opvangen en een toekomst bieden. Al deze maatregelen kunnen potentieel een bom leggen onder iedere nationale begroting. Om de zware financiële last te verminderen, richtte de Europese Unie twee fondsen op: 'het solidariteitsfonds van de Europese Unie' en 'het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering'. De desbetreffende verordeningen van beide fondsen blijken echter niet omvattend en duidelijk genoeg om een effectieve toepassing van de fondsen te garanderen. Verduidelijking van deze vormen van Europese solidariteit dringt zich dus op.

Natuurrampen versus rampen met natuurlijke oorzaak

Het Europese solidariteitsfonds biedt financiële ondersteuning bij natuurrampen. Om steun uit dit fonds te ontvangen, dient de getroffen lidstaat een aanvraag in te dienen. Ook landen die in onderhandeling zijn over de toetreding tot de EU kunnen reeds van dit fonds gebruik maken. De aanvragende staat dient duidelijk te maken dat het gaat om een ramp met natuurlijke oorzaak, zoals bijvoorbeeld overstromingen of aardbevingen. Toch kunnen mits goede rechtvaardiging ook rampen met een niet-natuurlijke oorsprong in aanmerking genomen worden. Zij kunnen immers een grote impact op de natuur hebben, wat van hen een natuurramp maakt, zoals een olietanker die zinkt en olie in zee lekt. De Europese Commissie staat echter nogal weigerachtig tegen deze toepassing. Het principe 'de vervuiler betaalt' mag immers volgens de Commissie niet vergeten worden.

Natuurrampen, groot en klein?

Uiteraard kan de Europese Unie niet bij de minste schade optreden. Hiervoor hanteert de EU een schadedrempel. De omvang van de schade moet groter zijn dan 3 miljard Euro of 0,6% van het Bruto Nationaal Inkomen van de lidstaat. De nadruk ligt dus op steun bij rampen van grote omvang, zoals bijvoorbeeld de aardbevingen van april 2009 in de Italiaanse provincie L'Aquila. Om het herstel te bespoedigen, ontving de Italiaanse regering een kleine 494 miljoen Euro. Europa zou echter Europa niet zijn zonder een uitzondering op deze regel te kennen. Kleinere, regionale rampen kunnen zo ook steun uit dit fonds ontvangen. Een grondige kijk op de toepassing van het fonds leert ons dat deze rampen echter de meerderheid van de aanvragen vormen. De uitzondering wordt dus de regel. De Commissie moet deze aanvragen vaak afwijzen, aangezien ze niet voldoende gefundeerd zijn. Dit komt echter doordat de criteria zeer vaag zijn: de omvang van een regio is niet gedefinieerd, het grootste deel van de bevolking moet getroffen zijn en ernstige, langdurige gevolgen voor de macro-economische stabiliteit moeten worden aangetoond. Het vergt veel tijd van de lidstaten om de Commissie op tijd (binnen de tien weken) van de nodige, volledige gegevens te voorzien. Door toch in een aanvraag te voorzien, voldoen de lidstaten aan de druk die uitgaat van de bevolking om in een herstel te voorzien, maar al te vaak moeten zij met lege handen naar hun burgers terugkeren. Het lijkt dus alsof de Commissie hier slordig omspringt met de solidariteit.

Compensatie voor globalisering

Daarnaast is er ook het Europese globaliseringsfonds. Hiermee wil de EU tegemoet komen aan de negatieve gevolgen die globalisering met zich mee kan brengen, zijnde massaontslagen. Dit fonds wil de terugkeer en herintegratie van de getroffen werknemers op de arbeidsmarkt bevorderen. De Europese Unie is bovendien verantwoordelijk voor het buitenlands handelsbeleid en dus ook voor beslissingen die leiden tot toename van liberalisering van de handel. Hierdoor is enige solidariteit langs Europese kant dus wel op zijn plaats en werkt dit fonds als een soort van compensatie voor de nadelige gevolgen van globalisering.

Crisis houdt aan maar de hulp stopt

De lidstaat die gebruik wenst te maken van dit fonds, dient op eigen initiatief een aanvraag naar de Europese Commissie te zenden. Hierbij dient zij aan te tonen dat grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen de oorzaak zijn van de ontslagen. Dit is enkel het geval bij substantiële toename van de invoer naar de EU, een snelle daling van het marktaandeel van de EU in een bepaalde sector of de verplaatsing van bedrijfsactiviteiten naar derde landen. Andere oorzaken die ook rechtstreeks het gevolg zijn van globalisering, zoals verandering van de organisatie van de productie, worden ten onrechte niet opgenomen in deze lijst en gedupeerde werknemers tengevolge hiervan blijven in de kou staan. Om enigszins hieraan tegemoet te komen, heeft de Commissie een tijdelijke crisisuitzondering geïntroduceerd in 2009. Hierdoor werd de heersende crisis ook aanvaard als reden voor de ontslagen. Onafgezien dat deze crisis verre van is opgelost, is de crisisuitzondering niet meer verlengt na 2011. Hierdoor is er een sterke ongelijkheid tussen ontslagen die beide te wijten zijn aan dezelfde crisis, maar hebben plaatsgevonden voor of na 2011. Het is moeilijk om uit te leggen aan werknemers die na 2011 ontslagen zijn omwille van de crisis waarvoor Europese solidariteit staat.

Europese solidariteit onder constructie

Deze twee fondsen zijn in grote mate een goed voorbeeld van hoe de Europese Unie zich solidair acht met de lidstaten. De Europese burger kan dus zeker rekenen op haar Unie. De idee van steunmechanismen op te zetten is lovenswaardig, al verdiende de eigenlijke uitwerking van beide fondsen misschien iets meer inhoudelijke aandacht. Door enkele onduidelijkheden in de verordeningen zelf, zoals kort aangegeven, bestaat de mogelijkheid dat er afbreuk wordt gedaan aan de solidariteit die men voor ogen had. Aangezien de Europese Unie echter steeds evaluaties doet van haar fondsen bestaat er nog de mogelijkheid dat de verordeningen worden aangepast. De belangrijkste aanbeveling voor mogelijke aanpassingen is dat de EU met duidelijke taal naar voren komt en zo interpretatieve discussies achter zich laat.

Bibliografie

1. Europese Solidariteit

1.1 Europese werkingsdocumenten

Europese Commissie

  • COM (2011) 613 def.

1.2 Rechtsleer

  • Barnard, C., "Solidarity and the Commission's 'Renewed Social Agenda" in Ross, M. en Borgmann-Prebil, Y. (eds.), Promoting Solidarity in the European Union, Oxford, Oxford University Press, 2010, 73-105.
  • Bertoncini, Y., "Solidarity within the European Union: political foundations", Notre Europe 2012, http://www.notre-europe.eu/uploads/tx_publication/Solidarity_Tribune_Y.Bertoncini_Jan2012_1_.pdf, 1-7.
  • Myrdal, S. en Rhinard, M., "The European Union's Solidarity Clause: Empty Letter or Effective Tool? - An Analysis of Article 222 of the Treaty on the Functioning of the European Union", Occasional UIpapers 2010, http://www.ui.se/upl/files/44241.pdf, 1-23.

2. Solidariteitsfonds van de Europese Unie

2.1 Europese werkingsdocumenten

Europese Commisie

  • COM (2002) 481 def.
  • COM (2002) 514 def.
  • COM (2004) 397 def.
  • COM (2005) 108 def.
  • COM (2005) 709 def.
  • COM (2006) 444 def.
  • COM (2007) 632 def.
  • COM (2008) 722 def.
  • COM (2009) 193 def.
  • COM (2011) 613 def.
  • COM (2011) 694 def.

Europees Parlement

  • A5-0341/2002

Comité van de Regio's

  • resolutie 10 oktober 2002, nr. 0294/2002, Pb. C. 19 maart 2003, afl. 066, 26-27.

Europees Economisch en Sociaal Comité

  • advies 24 oktober 2002, nr. 1158/2002 ECO

Rekenkamer

  • Speciaal verslag Rekenkamer nr. 3/2008, het Solidariteitsfonds van de Europese Unie: hoe snel, efficiënt en flexibel is het? Vergezeld van antwoorden van de Commissie, Pb. C. 18 juni 2008, afl. 153, 1-16.

2.2 Rechtsleer

 

2.3 Speeches

 

3. Het Europees Fonds voor Aanpassing aan de Globalisering

3.1 Europese werkingsdocumenten

Europese Commissie

  • COM (2006) 91 def.
  • COM (2008) 421 def.
  • COM (2009) 394 def.
  • COM (2010) 464 def.
  • COM (2010) 2020 def.
  • COM (2011) 212 def.
  • COM (2011) 336 def.
  • COM (2011) 466 def.
  • COM (2011) 608 def.
  • SEC (2007) 1142 def.
  • SEC (2009) 322 def.
  • SEC (2009) 1207 def.

Europees Parlement

  • EP-PE_TC1-COD(2006)0033.

 

Comité van de Regio's

  • advies 11 oktober 2006, Pb. C.  6 maart 2007, afl. 051, 1-6.

 

Europees Economische en Sociaal Comité

  • advies 13 september 2006, nr. 1147/2002 CCMI.

3.2 Rechtsleer

3.2 Speeches

  • László, A., European Globalisation Adjustment Fund - Helping 1500 workers at Volvo, Sweden, SPEECH/10/209 (5 mei 2010).