Intra-Abdominal Pressure During Pregnancy

Stefan Van Cauwelaert Anneleen Staelens Kathleen Tomsin Wilfried Gyselaers
Persbericht

Intra-Abdominal Pressure During Pregnancy

Studie werpt nieuw licht op zwangerschapsvergiftiging.

ZwangerschapsvergiftigingZwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie) wordt gekenmerkt door een hoge bloeddruk en eiwitten in de urine. Het is een levensbedreigende aandoening die zich voordoet bij 2 tot 7% van alle zwangerschappen in het late 2de trimester en het 3de trimester van de zwangerschap en gepaard gaat met een verstoorde werking van alle orgaansystemen. Het is geassocieerd met een hoge moedersterfte en foetale sterfte. Tot op heden is er slechts één effectieve behandeling van zwangerschapsvergiftiging, namelijk de spoedbevalling. Een premature bevalling kan zeer nadelig zijn voor de foetus. Elk te vroeg geboren kind heeft extra medische zorg nodig.

GeschiedenisOndanks eeuwen van onderzoek naar het ontstaan en de mechanismen van zwangerschapsvergiftiging blijft de exacte oorzaak onzeker. In het oude Griekenland trachtten de aanhangers van de Griekse arts Hippocrates alle ziektebeelden te verklaren op basis van bepaalde lichaamssappen (de humores-theorie). De kwetsbaarheid van de vrouw voor aandoeningen tijdens de zwangerschap werd toegekend aan de baarmoeder. Een uitgedroogde baarmoeder zou zich als een dier binnen het lichaam kunnen verplaatsen op zoek naar vocht. Tijdens deze zoektocht was de baarmoeder in staat om allerlei organen overhoop te halen en zo ziekte te veroorzaken 1.

Pas in de twintigste eeuw  werd er enigszins inzicht verkregen in de mechanismen achter zwangerschapsvergiftiging. Zo kwamen bijvoorbeeld ernstige afwijkingen van de moederkoek bij vrouwen met zwangerschapsvergiftiging aan het licht 2–5. Halverwege de twintigste eeuw kreeg het geneeskundig onderzoek een andere wending. Na de ontdekking van de DNA-structuur in 1953 door Francis Watson en James D. Crick omarmden de moleculaire biologen het reductionisme (de theorie dat alle complexe systemen kunnen worden begrepen op basis van hun componenten). Biochemische en genetische technieken schoten als paddenstoelen uit de grond. De oorzaken en mechanismen van vele ziektes werden gezocht op moleculair niveau. Deze aanpak was in veel gevallen zeer vruchtvol. Enkele decennia gingen voorbij alvorens men tot het besef kwam dat zulke reductionistische visie niet exhaustief is en dat men het belang van evidente fysiologische parameters niet mag onderschatten. Aldus werd in vele geneeskundige takken teruggegrepen naar fundamentele onderzoeken welke de tand des tijds niet hadden doorstaan.

In het onderzoek van Stefan Van Cauwelaert, onder leiding van gynaecoloog prof. dr. Wilfried Gyselaers van het Ziekenhuis Oost-Limburg en Universiteit Hasselt, werd teruggegrepen naar het werk van de Britse chirurg Richard Horace Paramore (1876-1965).  Dr. R.H. Paramore koesterde een grote interesse voor de buikdruk van zwangere vrouwen en publiceerde in 1913 zijn bevindingen in het artikel “The Intra-Abdominal Pressure in Pregnancy” 6. Hierin beschreef hij zijn metingen van de rectale druk (een surrogaat voor de buikdruk) bij zwangere vrouwen in een tehuis voor aan lager wal geraakte vrouwen (Homes of Hope, Regent Square, Londen). Op basis van zijn metingen concludeerde hij dat de rectale druk tijdens de zwangerschap ernstig verhoogd is. Verder legde hij de link tussen een verhoogde buikdruk en zwangerschapsvergiftiging. Deze theorie werd door tijdsgenoten slecht ontvangen 6,7. Nu, een eeuw na de publicatie van zijn artikel, is er veel meer geweten omtrent buikdruk.

BuikdrukJaarlijks sterven wereldwijd duizenden patiënten ten gevolge van een verhoogde buikdruk 8,9. Buikdruk wordt uitgedrukt in millimeter kwik (mmHg) en wordt momenteel meestal gemeten via de blaas. Men spreekt van een verhoogde buikdruk als deze hoger is dan 12 mmHg. Wanneer de buikdruk stijgt tot boven 20 mmHg en wanneer de werking van de organen hierdoor wordt verstoord, spreekt men van het “Abdominaal Compartiment Syndroom” 10.  Een verhoogde buikdruk kan oorzaken hebben als ontstekingen in de buikholte en zware verwondingen en heeft gevolgen voor het volledige lichaam.

De longen en het hart worden samengedrukt waardoor de ademhaling en de hartfunctie verzwakt. Ook de doorstroming van de aders in de buikholte zwakt af door de hoge druk. Hierdoor kan het bloed zeer moeilijk terugstromen naar de buikholte. Het bloed stapelt zich op in de organen, de schedel, de ledematen enzovoort. Deze opstapeling van bloed heeft allerhande gevolgen. Armen en benen gaan zwellen, de druk in de schedel stijgt, de werking van organen als lever en nieren wordt verstoord en de darmwand verliest zijn barrièrefunctie waardoor bacteriën het lichaam betreden. De buikdruk moet in deze gevallen snel worden verlaagd door bijvoorbeeld de buikholte chirurgisch te openen 11,12.

Buikdruk en zwangerschapMet de huidige kennis omtrent buikdruk is het verhaal van dr. R.H. Paramore veel geloofwaardiger. Om de stelling van dr. R.H. Paramore te toetsen voerde Stefan Van Cauwelaert gedurende 3 maanden metingen van de buikdruk uit bij 24 zwangere vrouwen, zowel voor als na hun keizersnede. Ook controleerde hij de buikdruk van 27 vrouwen nadat ze hun baarmoeder operatief lieten verwijderen. Op die manier kon het effect van een operatie (bv. een keizersnede) op de metingen worden achterhaald. Natuurlijk werden nieuwere en meer accurate methoden gebruikt als een eeuw geleden. De keizersnede had geen effect op de metingen. De resultaten waren verbazingwekkend. De buikdruk nam bij een groot percentage van de hoogzwangere vrouwen duizelingwekkende waardes aan. 46% van de hoogzwangere vrouwen had een buikdruk tussen 12 mmHg en 20 mmHg en 33% had een buikdruk hoger dan 20 mmHg.

En nu ?Deze bevindingen openen de deuren voor een stroom aan nieuw onderzoek. De meeste zwangere vrouwen ondervinden geen symptomen van zulke hoge buikdrukken. Tijdens hun zwangerschap hebben ze dus mechanismen ontwikkeld die hen hiertegen beschermen. Het is echter niet geweten of elke vrouw deze mechanismen heeft ontwikkeld of zelfs kan ontwikkelen. Daarom bestaat er de mogelijkheid dat bepaalde gevallen van zwangerschapsvergiftiging hierdoor verklaard zouden kunnen worden. Maar men moet zich zelfs niet beperken tot zwangerschapsvergiftiging. Tijdens en na de zwangerschap is de vrouw vatbaar voor allerhande aandoeningen waarvoor er nog geen verklaring gevonden is. Zo lijden veel zwangere vrouwen aan een drukverhoging binnen de schedel en worden er na de bevalling vaak bloedklonters in de bloedbaan waargenomen. Omwille van de nieuwe dimensie dat deze studie aan het gynaecologisch onderzoek biedt, werd het enthousiast ontvangen op het zesde wereldcongres over het abdominaal compartiment syndroom te Cartagena (Colombia). Hier werd het bekroond met zowel de eerste als de tweede prijs.

Aldus is de eer van dr. R.H. Paramore hersteld en kan hij worden gezien als de grondlegger van het buikdruk-onderzoek bij zwangere vrouwen.Wil je graag meer weten over deze scriptie? Contacteer de auteur: stefan.vancauwelaert@gmail.com

Bibliografie

Referenties

1. Demand N. American Jou. Am. J. Philol. 1996;117(2):323–325.

2. Brosens I, Robertson WB, Dixon HG. The physiological response of the vessels of the placental bed to normal pregnancy. J. Pathol. Bacteriol. 1967;93(2):569–79. Available at: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/6054057. Accessed September 28, 2013.

3. Brosens IA, Robertson WB, Dixon HG. The role of the spiral arteries in the pathogenesis of preeclampsia. Obstet. Gynecol. Annu. 1972;1:177–91. Available at: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/4669123. Accessed September 28, 2013.

4. Gerretsen G, Huisjes HJ, Elema JD. Morphological changes of the spiral arteries in the placental bed in relation to pre-eclampsia and fetal growth retardation. Br. J. Obstet. Gynaecol. 1981;88(9):876–81. Available at: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/7272259. Accessed September 28, 2013.

5. Khong TY, De Wolf F, Robertson WB, Brosens I. Inadequate maternal vascular response to placentation in pregnancies complicated by pre-eclampsia and by small-for-gestational age infants. Br. J. Obstet. Gynaecol. 1986;93(10):1049–59. Available at: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/3790464. Accessed September 28, 2013.

6. Paramore RH. The Intra-abdominal Pressure in Pregnancy. BJOG An Int. J. Obstet. Gynaecol. 1913;24(3):149–171. Available at: http://doi.wiley.com/10.1111/j.1471-0528.1913.tb13916.x. Accessed September 28, 2013.

7. RH P. Toxaemias of Pregnancy. Br. Med. J. 1933;2(3800):844–844–845. Available at: http://europepmc.org/abstract/PMC/PMC2369548. Accessed September 28, 2013.

8. Eddy V, Nunn C, Morris JA. ABDOMINAL COMPARTMENT SYNDROME. Surg. Clin. North Am. 1997;77(4):801–812. Available at: http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0039610905705855. Accessed September 28, 2013.

9. Tiwari A, Haq AI, Myint F, Hamilton G. Acute compartment syndromes. Br. J. Surg. 2002;89(4):397–412. Available at: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/11952578. Accessed September 28, 2013.

10. Kirkpatrick AW, Roberts DJ, De Waele J, et al. Intra-abdominal hypertension and the abdominal compartment syndrome: updated consensus definitions and clinical practice guidelines from the World Society of the Abdominal Compartment Syndrome. Intensive Care Med. 2013;39(7):1190–206. Available at: http://www.pubmedcentral.nih.gov/articlerender.fcgi?artid=3680657&tool=…. Accessed September 25, 2013.

11. Pavlovic DB, Kogler VM. Intraadbdominal hypertension and abdominal compartment syndrome in the intensive care unit. Signa Vitae. 2006;1(1):13–15.

12. Sugerman HJ. Hypothesis: Preeclampsia is a venous disease secondary to an increased intra-abdominal pressure. Med. Hypotheses. 2011;77(5):841–849. Available at: http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0306987711003690. Accessed September 28, 2013.

Universiteit of Hogeschool
Biomedische wetenschappen
Publicatiejaar
2013
Kernwoorden
Share this on: