"Kom, we gaan een beetje slapen hé." De communicatie tussen professionele hulpverleners en ouderen in een woon- en zorgcentrum.

Evelien Verstraeten
Persbericht

"Kom, we gaan een beetje slapen hé." De communicatie tussen professionele hulpverleners en ouderen in een woon- en zorgcentrum.

“Kom, we gaan een beetje slapen hé”Kinderlijk taalgebruik in Vlaamse woonzorgcentra

“Oké, gade een beetje rusten?”, “We gaan slapen hé.”, “Ga gij eerst uw robeke aandoen?”. Misschien associeert u die zinnen vooral met opvoeders in een kinderdagverblijf, maar het zijn uitspraken van hulpverleners in een Vlaams woonzorgcentrum. Bij hun taalgebruik staat Evelien Verstraeten, studente Meertalige Communicatie, stil. Voor haar meesterproef heeft ze gesprekken tussen hulpverleners en bewoners van een woonzorgcentrum opgenomen en taalkundig geanalyseerd. Daaruit blijkt dat ouderen dikwijls met elderspeak of kinderlijk taalgebruik aangesproken worden.

Welzijn en waardigheidDe Vlaamse overheid is om het welzijn van ouderen in woonzorgcentra bekommerd. Sinds vorig jaar bestaan er daarom evaluatiecriteria om de kwaliteit van de woonzorgcentra te meten. Het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid peilt naar de kwaliteit van zorg en veiligheid, levenskwaliteit en  de kwaliteit van zorgverleners en zorgorganisatie. Elk Vlaams woonzorgcentrum krijgt vervolgens een individueel kwaliteitsrapport. Op basis daarvan kunnen de woonzorgcentra hun zorgactiviteiten bijsturen.

Ook de academische wereld schenkt aandacht aan het welzijn van ouderen. In die context heeft Woolhead het begrip waardigheid bestudeerd. Ouderen hechten veel belang aan respect voor hun identiteit. Als een twintiger hun met een troetelnaam aanspreekt, schaadt dat hun waardigheidsgevoel. Daarnaast wijzen ouderen op de ongelijkheid tussen jong en oud en brengen ze het gebrek aan keuzevrijheid ter sprake. Zo ervaren ouderen bij ziekenhuisopnames dat het medisch personeel te weinig rekening houdt met hun wensen. Die aspecten zijn verbonden met autonomie. Sommige ouderen klagen het gebrek aan autonomie in woonzorgcentra aan. Te weinig zelfstandigheid schaadt de gezondheid en de levensvoldoening van een individu. Ouderen die meer controle over hun leven hebben, zijn gezonder, gelukkiger en leven bovendien langer.

Een goede communicatie bewaart het waardigheidsgevoel van ouderen. Toch zou er nog meer aandacht aan die communicatie geschonken moeten worden. Ieder van ons heeft een stereotiep beeld van een oudere. Onbewust stemmen we ons taalgebruik daarop af. Zo gaan we bijvoorbeeld luider praten, onze intonatie stijgt en we vereenvoudigen ons taalgebruik. Elderspeak, zo heet het fenomeen, duikt vooral in woonzorgcentra op en daar zijn de gevolgen aanzienlijk. Door het kinderlijke taalgebruik krijgen de waardigheid en het zelfbeeld van ouderen een fikse deuk. Als reactie verzetten ouderen zich meer tijdens hun verzorging.

Kinderlijk taalgebruik in VlaanderenOm te weten te komen of elderspeak ook in Vlaanderen voorkomt, heeft Verstraeten geluidsopnames geanalyseerd. Vijf hulpverleners van een woonzorgcentrum hebben tijdens hun dienst de interacties met de bewoners vastgelegd. In haar onderzoek focust Verstraeten uitsluitend op de taalkundige aspecten van elderspeak, namelijk: de vereenvoudiging van het taalgebruik, de aansprekingen, de verkleinwoorden en de stopwoorden. De voorbeeldzinnen aan het begin van dit artikel illustreren de belangrijkste bevindingen van het onderzoek.

Tijdens de interacties met de bewoners gebruiken de hulpverleners korte, enkelvoudige zinnen. Meestal (69%) gebruiken de hulpverleners ja-neevragen. Open vragen zoals “Waarom zijde gij toch zo boos?” komen veel minder voor. Het taalgebruik van de hulpverleners is dus opvallend eenvoudig. Bovendien beantwoordt het aan de stereotypes rond ouderen.

Op woordniveau vindt Verstraeten nog andere elementen van elderspeak terug. De hulpverleners spreken de bewoners vooral met de u-vorm aan. Daarnaast gebruiken ze ook de we-vorm. Opvallend is dat 66% van de we-vormen een betuttelende bijklank heeft. Bijvoorbeeld in de zin: “We gaan slapen hé.”. Met die aanspreking geeft de zender van de boodschap aan dat de ontvanger niet zelfstandig kan handelen.

Verkleinwoorden zoals robeke en een beetje en stopwoorden zoals en kom zijn andere elementen die op elderspeak duiden. Bijna 25% van de zelfstandige naamwoorden van het corpus heeft een verkleinend achtervoegsel. 16% van de woorden in het corpus zijn tussenwerpsels. Tussenwerpsels die te pas en te onpas gebruikt worden, noemt men stopwoorden. Naast kom en gebruiken de hulpverleners ook dikwijls zo, allez, se en nee.  Het gebruik van troetelnamen tot slot, blijft  eerder beperkt. De hulpverleners spreken de bewoners vooral (88%) met hun voornaam aan.

Communiceren met ouderenDe resultaten van het onderzoek bevestigen de hypothese. Elderspeak komt ook in Vlaamse woonzorgcentra voor. Hoewel Verstraeten het onderzoek op kleine schaal gevoerd heeft, kan het een aanzet zijn om nieuwe communicatiestrategieën uit te werken. Daarbij is het vooral belangrijk om de waardigheid van elke oudere te respecteren. In de opleidingen van (toekomstige) hulpverleners kan zo’n strategie aangeleerd worden.

Het Communication Enhancement of Ageing model (CEA) van Ryan kan daarbij een leidraad zijn. Het model toont dat we elke oudere als individu moeten benaderen, waardoor we de stereotypes doorbreken. In gesprek met een oudere mogen we bijvoorbeeld pas luider praten als de oudere hardhorend blijkt te zijn. Daarnaast moeten we te eenvoudige taal, verkleinwoorden en betuttelende we-vormen vermijden. Door onze communicatiestrategie op het individu af te stemmen, krijgen ouderen de kans om hun communicatieve vaardigheden optimaal te benutten. De communicatie tussen jong en oud zal dus vlotter verlopen, de waardigheidswensen van ouderen worden gerespecteerd en daardoor stijgen ook hun levenskwaliteit en levensverwachting.

Het onderzoek van Verstraeten leert ons dus dat we de communicatie met ouderen zeker niet uit het oog mogen verliezen.

Bibliografie

Literatuuropgave

Artikels

Bulter, W., (2003). Signalering. Tijdschrift voor Taalbeheersing. 25, nr.2, 192.

Carpiac-Claver & Levy-Storms (2007). In a Manner of Speaking: Communication Between Nurse Aides and Older Adults in Long-Term Care Settings. Health Communication, 22, nr. 1, 59-67.

Dieltjens, S. & Heynderickx, P. (2008). Wisselende wij’s in bedrijfscommunicatie. Handelingen van VioT. 1-10.

Hehman, Corpuz, Bugental (2012). Patronizing Speech to Older Adults. Journal of Nonverbal Behavior, 36, nr. 4, 249-261.

Herman, Williams (2009). Elderspeak’s Influence on Resistiveness to Care: Focus on Behavioral Elements. National Institute of Health, 24, nr. 5, 417-423.

Kemper, Finter-Urczyk, Ferrell, Harden, Billington (1998). Using Elderspeak With Older Adults. Discourse processes, 25, nr. 1, 55-73.

Miller, C.A. (2008). Communication Difficulties in Hospitalized Older Adults with Dementia. American Journal of Nursing, 108, nr. 3, 58-66.

Nussbaum, Pitts, Huber, Krieger & Ohs (2005). Ageism and Ageist Language Across the Life Span: Intimate Relationships and Non-intimate Interactions. Journal of Social Issues, 61, nr. 2, 287-305.

Ryan, Meredith, Maclean, Orange (1995). Changing the Way we Talk with Elders: Promoting Health Using the Communication Enhancement Model. International Journal of Aging and Human Development, 41, nr. 2, 69-107.

Small, Gutman, Hillhouse (2003). Effectiveness of Communication Strategies Used by Caregivers of Persons With Alzheimer’s Disease During Activities of Daily Living. Journal of Speech, Language, and Hearing Research, 46, nr.2, 353-367.

Williams, Kemper & Hummert (2003). Improving Nursing Home Communication: An intervention to Reduce Elderspeak. The Gerontologist, 43, nr. 2, 242-247.

Williams, Herman, Gajweski, Wilson (2009). Elderspeak Communication: Impact on Dementia Care. National Institute of Health, 24, nr.1, 11-20.

Williams, Herman (2011). Linking Resident Behavior to Dementia Care Communication: Effects of Emotional Tone. Behavior Therapy. 42, 42-46.

Woolhead, Calnan, Dieppe & Tadd (2004). Dignity in older age: What Do Older People in the United Kingdom Think?. Age and Ageing, 33, nr. 2, 165-170.

Woolhead, Tadd, Boix-Ferrer, Krajcik, Schmid-Pfahler, Spjuth, Stratton & Dieppe (2006). “Tu” or “Vous?” A European Qualitative Study of Dignity and Communication with Older People in Health and Social Care Settings. Patient Education and Counseling, 61, nr.3,  363-371.

Boeken

Harwood, J. (Red.) (2007). Understanding Communication and Aging: Developing Knowledge and Awareness. University of Arizona: SAGE.

Hyland, K. (2013). Discourse Studies Reader: Essential Excerpts. London: Bloomsbury Academic.

Renkema, J. (2004). Introduction to Discourse Studies. John Benjamins Publishing Company.

Vermaas, H. (2004). Mag ik u tutoyeren?, L.J. Veen/Het taalfonds.

Rapporten, scripties en cursusteksten

Charter of fundamental rights of the European Union (2000). Official Journal of the European Communities.

De Valck, K. & Heynderickx, P.  (2010). Nederlands: Taalkunde 1Nederlandse Zinsontleding {cursustekst gebaseerd op Vandeweghe, W. (2000). Grammatica van de Nederlandse zin. Leuven-Apeldoorn.} Antwerpen, Lessius Hogeschool.

De Vos, M. & Raepsaet, S. (2010). Taalkundige Analyse van de complexiteit van Accountinghandboeken. (Niet-gepubliceerde scriptie). Universiteit Gent, Faculteit Economie en Bedrijfskunde.

Websites

Dieltjens, S. & Heynderickx, P. (2007). Het verraderlijke wij-gevoel. Genootschap Onze Taal. Geraadpleegd 28 november via http://www.kennislink.nl/publicaties/het-verraderlijke-wij-gevoel.

FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu (2013). De wet van 22 augustus 202 betreffende de rechten van de patiënt. Geraadpleegd 5 november 2013 via http://www.health.belgium.be/eportal/Myhealth/PatientrightsandInterculturalm/Patientrights/BillRightsPatient/index.htm#.UnjoBXAoK8o.

FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu (2012). In een goede relatie weet je wat je aan elkaar hebt. Geraadpleegd 5 november 2013 via http://www.patientenrechten.be/.

Genootschap Onze Taal (z.j.). Hom of kuit? Moeten sprekers afleren ‘eh’ te zeggen?.  Geraadpleegd 29 januari 2014 via https://onzetaal.nl/hom-of-kuit/moeten-sprekers-afleren-eh-te-zeggen .

Genootschap Onze Taal (z.j.). Nevenschikking en Onderschikking. Geraadpleegd 29 januari 2014 via https://onzetaal.nl/taaladvies/advies/nevenschikking-en-onderschikking.

Radio 1 Koppiekoppie (2013). Waarom gebruiken we stopwoorden?. Geraadpleegd 19 december 2013 via http://www.radio1.be/programmas/koppiekoppie/waarom-gebruiken-we-stopwoorden.

Scott, M (2010). WordSmith Tools. Geraadpleegd op 10 maart 2014 via http://www.lexically.net/downloads/version5/HTML/index.html?type_token_ratio_proc.htm.

Statistics Belgium Economie (2013). Bevolkingsvooruitzichten. Geraadpleegd 2 november 2013 via http://statbel.fgov.be/nl/statistieken/cijfers/bevolking/vooruitzichten/.

Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid (2010). Veelgestelde vragen over ROB en RVT. Geraadpleegd 3 december via http://www.zorg-en-gezondheid.be/Zorgaanbod/Residentiele-ouderenzorg/Rusthuisinfofoon/Veelgestelde-vragen-over-ROB-en-RVT/.

Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid (2012). Vanaf maart 2013 meten woonzorgcentra kwaliteit op dezelfde manier. Geraadpleegd 2 november 2013 via http://www.zorg-en-gezondheid.be/Nieuws/Vanaf-maart-2013-meten-woonzorgcentra-kwaliteit-op-dezelfde-manier/.

Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid (2013). Woonzorgcentra en rust- en verzorgingstehuizen. Geraadpleegd 2 november 2013 via http://www.zorg-en-gezondheid.be/Zorgaanbod/Residentiele-ouderenzorg/Woonzorgcentra-en-rust--en-verzorgingstehuizen/.

Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid (2013). Programmacijfers: aanbod en behoefte woonzorgcentra. Geraadpleegd 2 november 2013 via http://www.zorg-en-gezondheid.be/programmatiewoonzorgcentra/.

Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid (2013). Adressen woonzorgcentra: provincie Vlaams-Brabant. Geraadpleegd 27 januari 2014 via https://www.zorg-en-gezondheid.be/uploadedFiles/NLsite_v2/Rapporten/Repertorium_burst_def%20-%20ADRESSEN%20WZC-%20PROVINCIE%20Vlaams-Brabant.pdf .

Vlaamse overheid (z.j.). Woonzorgcentra (vroeger rusthuizen). Geraadpleegd 2 november 2013 via http://www.vlaanderen.be/nl/gezin-welzijn-en-gezondheid/gezondheidszorg/ouderenzorg/woonzorgcentra-vroeger-rusthuizen.

VRT Taalnet (2009). Eigenlijk gewoon euh… . Geraadpleegd 19 december via http://www.vrt.be/taal/eigenlijk-gewoon-euh.

Williamson (2009). Type-Token Ratio (TTR). Geraadpleegd op 10 maart 2014 via http://www.sltinfo.com/type-token-ratio/

Universiteit of Hogeschool
master meertalige communicatie
Publicatiejaar
2014
Kernwoorden
Share this on: