Cross-sectional and longitudinal study of the radiological characteristics of the intervertebral disc. Evolution in function of age. Influence of repetitive micro trauma. Influence of (macro) trauma.

Charlotte Van Langenhove
Persbericht

Hoe snel zijn we versleten?

Normal
0

21

false
false
false

NL
JA
X-NONE

/* Style Definitions */
table.MsoNormalTable
{mso-style-name:Standaardtabel;
mso-tstyle-rowband-size:0;
mso-tstyle-colband-size:0;
mso-style-noshow:yes;
mso-style-priority:99;
mso-style-parent:"";
mso-padding-alt:0cm 5.4pt 0cm 5.4pt;
mso-para-margin:0cm;
mso-para-margin-bottom:.0001pt;
mso-pagination:widow-orphan;
font-size:12.0pt;
font-family:Cambria;
mso-ascii-font-family:Cambria;
mso-ascii-theme-font:minor-latin;
mso-hansi-font-family:Cambria;
mso-hansi-theme-font:minor-latin;
mso-ansi-language:NL;}

Stapt u ook wel eens uit bed met een pijnlijke rug of nek? U bent misschien de 40 al voorbij en de mensen uit uw omgeving wuiven schalks uw klachten weg: “Dat is de ouderdom.” Klopt dit? Hebben ze gelijk?

 

Rug- en nekpijn zijn zeer belangrijke medische probleem in de Westerse wereld. Tussen 18 en 71% van de populatie heeft wel eens last van nekpijn. Het probleem is even groot bij mannen als  vrouwen. Wanneer u als patiënt een arts consulteert met rug- of nekpijn is het mogelijk dat deze beeldvorming nodig zal achten. Hij heeft dan enkele opties, gaande van een radiografie of “gewone foto” zoals we het in de volksmond ook wel noemen tot een MRI scanner. Onze rug bestaat namelijk niet alleen uit beenderige delen (die kan je goed zien op een radiografie) maar ook uit tussenwervelschijven, zachte gelkussentjes die als schokdempers optreden tussen onze wervels. De tussenwervelschijven  bestaan uit stevige ringen aan de buitenkant en een gelatineuze massa aan de binnenkant (Figuur 1 en 2). De scriptie onderzocht deze gelkussentjes maar ook afwijkingen aan de wervels die in verband staan met deze tussenwervelschijven.

 

De tussenwervelschijven zijn het best te bekijken op een MRI-beeld. Een groep van 1298 patiënten werd onderzocht. Ongeveer de helft had nekklachten en daarbij werd de nek gescand, de andere helft had klachten van de onderrug en daarbij werd deze gescand. De leeftijd van de patiënten varieerde tussen 14 en 85 jaar. De grootste groep patiënten had een ongeval gehad waarbij de klachten waren opgetreden. De andere groep patiënten, jonge mensen tussen 18 en 36 jaar was, had geen afwijkingen op de beelden. Deze groep werd gebruikt als controlegroep. De scriptie bracht de karakteristieken van de tussenwervelschijven en de aanliggende wervellichamen nauwgezet in kaart. Een 13-tal kernmerken werd bekeken per patiënt. Zo kunnen tussenwervelschijven scheuren, uitpuilen (dit heet een hernia, protrusie of bulging naargelang de soort uitpuiling). De aanliggende wervels kunnen onder andere artrose vertonen, er kunnen kleine beenderige aanwassen ontstaan die de beweeglijkheid van de wervelzuil teniet doen, er kunnen ontstekingsreacties optreden in de wervellichamen door overbelasting en ga zo maar door. Er werden ook metingen uitgevoerd, zo werd de hoogte van de discus en de graad van uitdroging gemeten.

 

Deze studie was de eerste om onderzoek uit te voeren naar de plaats van het gelatineus deel van de tussenwervelschijf in de nek. In de lage rug werd het fenomeen al eens beschreven in een kleine studie maar ook hier zijn we de eerste die dit op grote schaal uitvoeren. We konden aantonen dat het gelatineus deel zich niet altijd mooi in het midden van de wervels zal bevinden. Bij patiënten met afwijkingen van de wervelzuil liggen deze centra dan anders dat bij patiënten zonder afwijkingen. De precieze oorzaak en de gevolgen hiervan dienen nog verder onderzocht te worden.

 

Veroudering van de tussenwervelschijf zal zich manifesteren door het uitdrogen van deze schijven en een afname van de hoogte. Het opvallende resultaat van de studie was dat we al veroudering konden waarnemen bij de jonge groep patiënten tussen 18 en 36 jaar die verder nog geen ziektetekens aan de rug of nek hadden.

 

Er zijn 2 mogelijke hypotheses voor het optreden van slijtage en scheuren in de stevige ringen aan de buitenzijde van de tussenwervelschijf. Men spreekt hier over het dilemma van de kip of het ei. Treden er eerst scheuren op in de buitenste ring en zorgt dit voor verdere slijtage van de gehele schijf of zal de schijf eerst verslijten en treden er daardoor scheuren op? De scriptie kon bewijs leveren voor het feit dat de 2 hypotheses mogelijk zijn.

 

Het zal u ook niet verbazen dat er over de degeneratie van de nek en rug al veel onderzoek uitgevoerd werd. De meerwaarde van de scriptie zit in het feit dat het over een groot aantal patiënten gaat. Een heleboel van de reeds gekende bevindingen konden ook bevestigd worden door de scriptie. Zo zal de hoogte van de tussenwervelschijf afnemen met de leeftijd. Bij vrouwen maten we een afname van 0,03 mm per jaar, bij mannen een afname van 0,02 mm per jaar. Ook zijn niet alle niveaus zijn even vatbaar voor slijtage. Zo zullen de onderste niveaus van de nek (C5-C6) en de onderste niveaus van de rug (L4-L5 en L5-S1) het snelst degenereren.

 

Heeft uw familie nu gelijk?

Ja en neen, we zijn effectief sneller versleten dan we zelf willen toegeven. Wat niet wil zeggen dat nekpijn of rugpijn altijd te wijten is aan ouderdomsverschijnselen. Wanneer u een aantal weken blijvende pijn heeft in de nek of rug kan u best een arts raadplegen. 

Bibliografie

1. Quattrocchi CC, Alexandre AM, Della Pepa GM, Altavilla R, Zobel BB. Modic changes: anatomy, pathophysiology and clinical correlation. Acta Neurochir Suppl. 2011;108:49-53.

2. Cheung KM, Karppinen J, Chan D, Ho DW, Song YQ, Sham P, et al. Prevalence and pattern of lumbar magnetic resonance imaging changes in a population study of one thousand forty-three individuals. Spine (Phila Pa 1976). 2009;34(9):934-40.

3. Wheater PR, Young B. Wheater's functional histology : a text and colour atlas. 5th ed. Oxford: Churchill Livingstone; 2006. x, 437 p. p.

4. Resnick D. Diagnosis of bone and joint disorders. 4th ed ed. Philadelphia ; London: W. B. Saunders; 2002.

5. Fardon DF, Williams AL, Dohring EJ, Murtagh FR, Gabriel Rothman SL, Sze GK. Lumbar disc nomenclature: version 2.0: Recommendations of the combined task forces of the North American Spine Society, the American Society of Spine Radiology and the American Society of Neuroradiology. Spine J. 2014;14(11):2525-45.

6. Galluci M, Anselmi M, Di Sibio A, Gregori LM. Annular tears, fissures of HIZ? . Neuroradiology. 2011;53(Suppl 1):S161-S5.

7. Watanabe A, Benneker LM, Boesch C, Watanabe T, Obata T, Anderson SE. Classification of intervertebral disk degeneration with axial T2 mapping. AJR Am J Roentgenol. 2007;189(4):936-42.

8. Pfirrmann CW, Metzdorf A, Zanetti M, Hodler J, Boos N. Magnetic resonance classification of lumbar intervertebral disc degeneration. Spine (Phila Pa 1976). 2001;26(17):1873-8.

9. Abdulkarim JA, Dhingsa R, DB LF. Magnetic resonance imaging of the cervical spine: frequency of degenerative changes in the intervertebral disc with relation to age. Clin Radiol. 2003;58(12):980-4.

10. Frobin W, Leivseth G, Biggemann M, Brinckmann P. Vertebral height, disc height, posteroanterior displacement and dens-atlas gap in the cervical spine: precision measurement protocol and normal data. Clin Biomech (Bristol, Avon). 2002;17(6):423-31.

11. Yukawa Y, Kato F, Suda K, Yamagata M, Ueta T. Age-related changes in osseous anatomy, alignment, and range of motion of the cervical spine. Part I: Radiographic data from over 1,200 asymptomatic subjects. Eur Spine J. 2012;21(8):1492-8.

12. Ulbrich EJ, Anon J, Hodler J, Zimmermann H, Sturzenegger M, Anderson SE, et al. Does normalized signal intensity of cervical discs on T2 weighted MRI images change in whiplash patients? Injury. 2014;45(4):784-91.

13. de Bruin F, Ter Horst S, van den Berg R, de Hooge M, van Gaalen F, Fagerli KM, et al. Signal intensity loss of the intervertebral discs in the cervical spine of young patients on fluid sensitive sequences. Skeletal Radiol. 2016;45(3):375-81.

14. Schleich C, Muller-Lutz A, Zimmermann L, Boos J, Schmitt B, Wittsack HJ, et al. Biochemical imaging of cervical intervertebral discs with glycosaminoglycan chemical exchange saturation transfer magnetic resonance imaging: feasibility and initial results. Skeletal Radiol. 2016;45(1):79-85.

15. Ernst CW, Stadnik TW, Peeters E, Breucq C, Osteaux MJ. Prevalence of annular tears and disc herniations on MR images of the cervical spine in symptom free volunteers. Eur J Radiol. 2005;55(3):409-14.

16. Lee TH, Kim SJ, Lim SM. Prevalence of disc degeneration in asymptomatic korean subjects. Part 2 : cervical spine. J Korean Neurosurg Soc. 2013;53(2):89-95.

17. Lama P, Le Maitre CL, Dolan P, Tarlton JF, Harding IJ, Adams MA. Do intervertebral discs degenerate before they herniate, or after? Bone Joint J. 2013;95-B(8):1127-33.

18. Nakashima H, Yukawa Y, Suda K, Yamagata M, Ueta T, Kato F. Abnormal findings on magnetic resonance images of the cervical spines in 1211 asymptomatic subjects. Spine (Phila Pa 1976). 2015;40(6):392-8.

19. Pettersson K, Hildingsson C, Toolanen G, Fagerlund M, Bjornebrink J. Disc pathology after whiplash injury. A prospective magnetic resonance imaging and clinical investigation. Spine (Phila Pa 1976). 1997;22(3):283-7; discussion 8.

20. Han SR, Choi CY. Spontaneous regression of cervical disc herniation: a case report. Korean J Spine. 2014;11(4):235-7.

21. Cvetanovich GL, Hsu AR, Frank RM, An HS, Andersson GB. Spontaneous resorption of a large cervical herniated nucleus pulposus. Am J Orthop (Belle Mead NJ). 2014;43(7):E140-5.

22. Orief T, Orz Y, Attia W, Almusrea K. Spontaneous resorption of sequestrated intervertebral disc herniation. World Neurosurg. 2012;77(1):146-52.

23. Mahajan PS, Al Moosawi NM, Hasan IA. A Rare Case of Near Complete Regression of a Large Cervical Disc Herniation without Any Intervention Demonstrated on MRI. Case Rep Radiol. 2014;2014:832765.

24. Suzuki A, Daubs MD, Inoue H, Hayashi T, Aghdasi B, Montgomery SR, et al. Prevalence and motion characteristics of degenerative cervical spondylolisthesis in the symptomatic adult. Spine (Phila Pa 1976). 2013;38(17):E1115-20.

25. Deburge A, Mazda K, Guigui P. Unstable degenerative spondylolisthesis of the cervical spine. J Bone Joint Surg Br. 1995;77(1):122-5.

26. Kopacz KJ, Connolly PJ. The prevalence of cervical spondylolisthesis. Orthopedics. 1999;22(7):677-9.

27. Dean CL, Gabriel JP, Cassinelli EH, Bolesta MJ, Bohlman HH. Degenerative spondylolisthesis of the cervical spine: analysis of 58 patients treated with anterior cervical decompression and fusion. Spine J. 2009;9(6):439-46.

28. Sheng-yun L, Letu S, Jian C, Mamuti M, Jun-hui L, Zhi S, et al. Comparison of modic changes in the lumbar and cervical spine, in 3167 patients with and without spinal pain. PLoS One. 2014;9(12):e114993.

29. Matsumoto M, Okada E, Ichihara D, Chiba K, Toyama Y, Fujiwara H, et al. Modic changes in the cervical spine: prospective 10-year follow-up study in asymptomatic subjects. J Bone Joint Surg Br. 2012;94(5):678-83.

30. Prescher A. Anatomy and pathology of the aging spine. Eur J Radiol. 1998;27(3):181-95.

31. Shriver MF, Lubelski D, Sharma AM, Steinmetz MP, Benzel EC, Mroz TE. Adjacent segment degeneration and disease following cervical arthroplasty: a systematic review and meta-analysis. Spine J. 2016;16(2):168-81.

32. Beattie PF, Brooks WM, Rothstein JM, Sibbitt WL, Jr., Robergs RA, MacLean T, et al. Effect of lordosis on the position of the nucleus pulposus in supine subjects. A study using magnetic resonance imaging. Spine (Phila Pa 1976). 1994;19(18):2096-102.

33. Kanayama M, Togawa D, Takahashi C, Terai T, Hashimoto T. Cross-sectional magnetic resonance imaging study of lumbar disc degeneration in 200 healthy individuals. J Neurosurg Spine. 2009;11(4):501-7.

34. Nguyen HS, Doan N, Shabani S, Baisden J, Wolfla C, Paskoff G, et al. Upright magnetic resonance imaging of the lumbar spine: Back pain and radiculopathy. J Craniovertebr Junction Spine. 2016;7(1):31-7.

35. Teichtahl AJ, Urquhart DM, Wang Y, Wluka AE, O'Sullivan R, Jones G, et al. Modic changes in the lumbar spine and their association with body composition, fat distribution and intervertebral disc height - a 3.0 T-MRI study. BMC Musculoskelet Disord. 2016;17(1):92.

36. Belavy DL, Adams M, Brisby H, Cagnie B, Danneels L, Fairbank J, et al. Disc herniations in astronauts: What causes them, and what does it tell us about herniation on earth? Eur Spine J. 2016;25(1):144-54.

37. Battie MC, Videman T, Parent E. Lumbar disc degeneration: epidemiology and genetic influences. Spine (Phila Pa 1976). 2004;29(23):2679-90.

38. Seon-Yu K, In-Sik L, Bo-Ram K, Jeong-Hoon L, Jongmin L, Seong-Eun K, et al. Magnetic Resonance Findings of Acute Severe Lower Back Pain. Ann Rehabil Med. 2012;36:47-54.

39. Pokhraj S, Rupal P, Chetan M, Narrotam P. MRI Evaluation of Lumbar Disc Degenerative Disease. Journal of Clinical and Diagnostic Research. 2015;9(4):4-9.

40. Henmi T, Sairyo K, Nakano S, Kanematsu Y, Kajikawa T, Katoh S, et al. Natural history of extruded lumbar intervertebral disc herniation. J Med Invest. 2002;49(1-2):40-3.

41. Rasekhi A, Babaahmadi A, Assadsangabi R, Nabavizadeh SA. Clinical manifestations and MRI findings of patients with hydrated and dehydrated lumbar disc herniation. Acad Radiol. 2006;13(12):1485-9.

42. Takada E, Takahashi M, Shimada K. Natural history of lumbar disc hernia with radicular leg pain: Spontaneous MRI changes of the herniated mass and correlation with clinical outcome. J Orthop Surg (Hong Kong). 2001;9(1):1-7.

43. Saal JA. Natural history and nonoperative treatment of lumbar disc herniation. Spine (Phila Pa 1976). 1996;21(24 Suppl):2S-9S.

44. Boos N, Semmer N, Elfering A, Schade V, Gal I, Zanetti M, et al. Natural history of individuals with asymptomatic disc abnormalities in magnetic resonance imaging: predictors of low back pain-related medical consultation and work incapacity. Spine (Phila Pa 1976). 2000;25(12):1484- 92.

45. Vogt MT, Rubin DA, Palermo L, Christianson L, Kang JD, Nevitt MC, et al. Lumbar spine listhesis in older African American women. Spine J. 2003;3(4):255-61.

46. Been E, Li L, Hunter DJ, Kalichman L. Geometry of the vertebral bodies and the intervertebral discs in lumbar segments adjacent to spondylolysis and spondylolisthesis: pilot study. Eur Spine J. 2011;20(7):1159-65.

47. Luoma K, Vehmas T, Gronblad M, Kerttula L, Kaapa E. Relationship of Modic type 1 change with disc degeneration: a prospective MRI study. Skeletal Radiol. 2009;38(3):237-44.

48. Al-Rawahi M, Luo J, Pollintine P, Dolan P, Adams MA. Mechanical function of vertebral body osteophytes, as revealed by experiments on cadaveric spines. Spine (Phila Pa 1976). 2011;36(10):770-7.

49. Son IN, Kim YH, Ha KY. Long-term clinical outcomes and radiological findings and their correlation with each other after standard open discectomy for lumbar disc herniation. J Neurosurg Spine. 2015;22(2):179-84.

50. Pan A, Hai Y, Yang J, Zhou L, Chen X, Guo H. Adjacent segment degeneration after lumbar spinal fusion compared with motion-preservation procedures: a meta-analysis. Eur Spine J. 2016;25(5):1522-32.

51. Dar G, Masharawi Y, Peleg S, Steinberg N, May H, Medlej B, et al. Schmorl's nodes distribution in the human spine and its possible etiology. Eur Spine J. 2010;19(4):670-5.

52. Teraguchi M, Yoshimura N, Hashizume H, Muraki S, Yamada H, Oka H, et al. The association of combination of disc degeneration, end plate signal change, and Schmorl node with low back pain in a large population study: the Wakayama Spine Study. Spine J. 2015;15(4):622-8. 

Universiteit of Hogeschool
Master in de geneeskunde afstudeerrichting ziekenhuisarts
Publicatiejaar
2016
Promotor(en)
Prof. K. Verstraete
Kernwoorden
Share this on: