Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

Inclusief onderwijs: een ambitieus streven, of een utopie? Een verkennend onderzoek in de Westhoek.

Eric Manishime
Als start zocht ik breed info over de doelgroep en het thema. Omdat er veel informatie
bestaat over dit thema, heb ik een selectie moet maken van ’subthema’s die mij bruikbaar
leken voor dit onderzoek.
Mijn onderzoek uit twee delen. Het eerst
deel bestaat uit kwantitatief onderzoek. Hier ga ik op zoek naar cijfers. Via de
ondersteuningsnetwerken heb ik cijfers verzameld van het aantal leerlingen met een IAC-verslag in Westhoek en West-Vlaanderen.
Het tweede deel is gericht op kwalitatief onderzoek. Hier ga ik ga informatie verzamelen via
interviews en een enquête over hoe tevreden deze jongeren, hun ouders en ondersteuners
zijn over de ondersteuning.

Kleuters met weinig sociale wederkerigheid: van inzicht naar uitzicht (praktijkonderzoek in het ondersteuningsnetwerk Oost-Brabant)

Eleonora Tilkin-Franssens
Steeds meer kleuters worden bij het ondersteuningsnetwerk aangemeld met een (gemotiveerd) verslag type 9 of doorverwezen naar het buitengewoon onderwijs. Het ondersteuningsnetwerk waar ik voor werk, is een inclusiemotor die tracht zoveel mogelijk kinderen binnen het gewoon onderwijs tot leren te laten komen binnen het draagvlak van de school.
In dit onderzoek wordt onderzocht hoe ondersteuners leerkrachten beter kunnen begeleiden bij het creëren van een klasomgeving waarin kleuters met weinig sociale wederkerigheid wel tot ontwikkeling kunnen komen en waarbij de leerkracht minder gevoelens van onmacht, stress en handelingsverlegenheid ervaart.
Door uit te zoeken hoe de normale ontwikkeling van een kleuter er uitziet op het domein van sociaal-emotionele ontwikkeling, sociaal-communicatieve ontwikkeling, taalontwikkeling en spelontwikkeling probeert dit onderzoek een manier te vinden om leerkrachten en ondersteuners meer inzicht in de ontwikkeling van hun specifieke kleuter te bieden. Vanuit dat inzicht wordt getracht om te komen tot een beter afgestemde omgeving, aanpak en aanbod naar de kleuter toe.
Dit onderzoek tracht hierbij een antwoord te geven op wat ondersteuners en leerkrachten nodig hebben om dit te kunnen verwezenlijken en wat het gevolg is van een korte interventie op de beleving van de band tussen de leerkracht en de kleuter.
Overkoepelende conclusies trekken was niet mogelijk, aangezien de steekproef te klein was. Er kan wel afgeleid worden dat het inzetten van ondersteuners om de ontwikkeling van het jonge kind beter te begrijpen een meerwaarde kan betekenen.
Daarnaast is het aanreiken van een manier om kinderen te observeren en zo hun ontwikkelingsniveau te bepalen in combinatie met het bepalen van hun beleving van en door anderen een manier om te weten te komen waar net op kan ingezet worden om hun ontwikkeling te stimuleren.
Het opstellen van kleine, haalbare activiteiten om aan de band tussen kleuter en leerkracht te werken terwijl er naar een duidelijk doel wordt toegewerkt, kan ondersteuners helpen om gerichter de leerkrachten te ondersteunen zodat de kleuter zijn/haar ontwikkeling ook wordt gestimuleerd buiten ondersteuningstijd.

ASS in het kleuteronderwijs: Ondersteuningsnoden binnen de klascontext

Johan D'hooge
Onderzoek naar de noden en draagkracht in de kleuterklas met een kleuter met al dan niet vastgestelde ASS.

De ondersteunende rol van de school bij de specifieke onderwijsbehoeften van kinderen met kanker: een systematische literatuurstudie

Pauline Verhelst
De terugkeer naar school tijdens of na de behandeling van kanker is zowel voor het kind, zijn/haar gezin en de school een mijlpaal. Ondanks de verschillende uitdagingen waar kinderen met kanker bij hun terugkeer naar school mee geconfronteerd kunnen worden, blijkt ongeveer de helft van deze kinderen onvoldoende onderwijsondersteuning te krijgen. Het doel van deze masterproef was daarom (1) om via een systematische literatuurstudie de specifieke onderwijsnoden van kinderen met kanker in kaart te brengen en (2) om concrete handvaten voor de onderwijspraktijk uit te schrijven.

Portrettering van kinderen met moeilijk hanteerbaar gedrag

Margot Van Landuyt Kerlijne Van Den Eede
De bachelorproef gaat over de methodiek portrettering. Deze methodiek heb ik samen met een medestudente vertaald naar eenvoudig materiaal dat gebruikt kan worden binnen het lager onderwijs.

Het Effect Van Dispenserende En Compenserende Maatregelen Op De Leesvaardigheid Van Leerlingen In Het Lager Onderwijs

Sophie De Clercq
Er werd onderzocht welk effect dispenserende en compenserende maatregelen hebben op de leesvaardigheid bij leerlingen uit het lager onderwijs. Dit onderzoek toonde aan dat er geen significant verschil is tussen leerlingen die deze maatregelen krijgen en leerlingen die dit niet krijgen op vlak van leesvaardigheid.

De kracht van muziek in een EMB werking met de focus op (zelf)redzaamheid die zich vertaalt in een liedjesbundel.

Nele Verheyden
In het bijzonder onderwijs is mede door de invoer van het M-decreet een verschuiving merkbaar in de doelgroep van kinderen met een EMB (ernstig meervoudige beperking), die zich uit in een bredere zorgvraag. Deze kinderen geven aan dat ze op een ervaringsgerichte, zintuiglijke en basale wijze tot leren komen. Daarom werd de kracht van muziek onderzocht en toegepast bij kinderen met een EMB in de vorm van een liedjesbundel gericht op de ADL (algemene dagelijkse levensverrichtingen).

Geluk zit in een klein hoekje

Be Goris
Hoe kan Dienst Ondersteuningsplan (DOP) de levenskwaliteit verhogen voor personen met een beperking

VERBORGEN TALENTEN. De invloed van ouders op faalangst, gecontroleerde motivatie en onderpresteren bij (hoog)begaafde leerlingen in Vlaanderen.

Sarah Balcaen
Bij een begaafde steekproef (IQ > 120) uit het Vlaamse project TALENT, wordt er nagegaan in welke mate en waarom deze doelgroep onderpresteert. Specifiek wordt er een model getoetst, met behulp van model- en padanalyses, waarin psychologische controle van de ouders, faalangst en gecontroleerde motivatie gelinkt zijn met onderpresteren.

The Circle of Courage "Verbondenheid, behulpzaamheid, zelfstandigheid en meesterschap in een inclusieve klas"

Lies Debaillie
Lies Debaillie, studente BanaBa buitengewoon onderwijs aan VIVES Kortrijk, zocht voor haar praktijkonderzoek een manier om de sociaal- emotionele vaardigheden in een inclusieve klas te versterken. Een antwoord vond ze bij de wijsheden van de Sioux indianen. Ze werkte een project uit rond ‘The Circle of Courage’. Deze cirkel bestaat uit vier belangrijke opvoedingswaarden: behulpzaamheid, verbondenheid, zelfstandigheid en meesterschap.

Wat is de houding van leerlingen lager onderwijs ten opzichte van klasgenoten met een beperking die begeleid worden door een ondersteuningsteam?

myrte van der straeten Evelyn De Boeck
In deze bachelorproef is er onderzoek gedaan naar de houding van leerlingen lager onderwijs ten opzichte van klasgenoten met een beperking die ondersteund worden door een ondersteuningsteam.

Welbevinden wel bevonden?

Lin Tulfer
Onderzoek naar het welbevinden van leerlingen met een 'label'. Hoe ervaren zij dit label in de klas en voelen zij zich voldoende ondersteund.

LEIDING GEVEN AAN ONDERWIJSVERNIEUWING: De casus van het M-decreet

Marie Kestemont Kaat Mennens
Bij de implementatie van een onderwijsvernieuwing als het M-decreet ontstaat er een slingerbeweging tussen de schoolleider en het schoolteam. Binnen die slingerbeweging vindt er een proces van wederzijdse aanpassing plaats, waarin de concrete vertaling van de vernieuwing aangepast wordt aan de context en de praktijk van de betrokken onderwijsprofessionals. De schoolleider probeert hierbij een sturende en ondersteunende rol op te nemen.

De Yucelmethode: visueel en krachtgericht. Bouwen aan herstel.

Majorie-Gracia den Hoedt
De Yucelmethode versus jongvolwassen studenten met een autismespectrumstoornis en een normale begaafdheid

Professionalisering van Vlaamse Schoolleiders

Emma Adriaensen
De Vlaamse onderwijskoepels organiseren opleidings- en ontwikkelingsactiviteiten voor schooldirecteurs. Toch blijken secundaire schooldirecties opleidingsnoden te ervaren, merkwaardig genoeg in die domeinen waar ook de koepels sterk de nadruk op leggen in hun aanbod.

De samenwerking tussen het gewoon en buitengewoon basisonderwijs

Luca De Coninck
Alle leerlingen zijn welkom in het gewoon onderwijs. Sinds september 2017 kreeg het Vlaams onderwijs een nieuw ondersteuningsmodel die middelen van het buitengewoon onderwijs flexibeler wil inzetten in het gewoon onderwijs door vooral leraren en lerarenteams te ondersteunen. Het vergt een nauwe samenwerking tussen de leraar en de ondersteuner. Lees in deze scriptie hoe de samenwerking verloopt in de praktijk.

The lived experience of participation of 5- to 8-year-old children with developmental problems: an inductive thematic analysis

Birger Destoop
Deze scriptie poogt bij te dragen aan de volledigheid en geldigheid van het construct participatie van jonge kinderen met een ontwikkelingsproblematiek door de doorleefde ervaring van de kinderen zelf in kaart te brengen.

Visievorming van natuurgebaseerd onderwijs in Southern Cross Schools

Olivier Oben
Natuurgebaseerd onderwijs vraagt een aangepaste schoolmissie en -visie. In deze bachelorproef is een proces van missie- en visievorming terug te vinden en kan u ook nagaan aan welke eigenschappen uw schoolteam moet werken om natuurgebaseerd aan de slag te gaan.

Inclusief hoger onderwijs. Ik zie, ik zie wat jij niet ziet.

Stéphanie Vanderheeren
Het aantal studenten met een functiebeperking in het hoger onderwijs stijgt jaar na jaar. Toch blijkt een kloof te bestaan tussen studenten met en zonder functiebeperking. We bevroegen studenten met een functiebeperking over de drempels en succesfactoren die zij ervaren in het hoger onderwijs aan de hand van de Arts-based methodiek Photovoice.

Omgaan met gedemotiveerde leerkrachten in het Vlaamse basisonderwijs: Een kwalitatief onderzoek naar de aanpak van schoolleiders

Mohamed Louarroudi
Leerkrachten bepalen in grote mate de kwaliteit van het onderwijs. De invloed van leerkrachten op de leerresultaten van leerlingen is niet te onderschatten. Het zijn de leerkrachten die in direct contact staan met de leerlingen tijdens hun leerproces. Daardoor is lerarenmotivatie cruciaal. Demotivatie zorgt er immers voor dat leerkrachten ineffectiever gaan presteren. Leerlingen die achtereenvolgend naar ineffectieve leerkrachten worden toegewezen presteren significant lager dan degenen die naar effectieve leerkrachten worden toegewezen. Dat maakt dat een schoolleider een enorme verantwoordelijkheid met zich draagt.

Het doel van deze studie is het fenomeen gedemotiveerde leerkrachten in het Vlaamse basisonderwijs in kaart te brengen vanuit het perspectief van schoolleiders. Dit onderzoek is wetenschappelijk relevant omdat het een lacune in de literatuur opvult. Het geeft een antwoord op welk gedrag gedemotiveerde leerkrachten vertonen en hoe schoolleiders basisonderwijs daarmee omgaan in een Vlaamse context.

Concreet werden 12 schoolleiders bevraagd door middel van diepte-interviews. De respondenten werden geselecteerd op basis van aantal jaar ervaring, het onderwijsnet en de onderwijskoepel waarin ze tewerkgesteld zijn. De data werd gecodeerd en zowel deductief als inductief geanalyseerd. Daarnaast is het selectiekenmerk ‘ervaring’ in relatie gebracht met de aanpak van schoolleiders op basis van Matrix Coding Query. Het analysewerk is uitgevoerd door middel van het softwarepakket QSR Nvivo11.

De resultaten geven aan dat schoolleiders het niet eenvoudig achten om gedemotiveerd gedrag bij leerkrachten aan te pakken. Ze geven wel aan dat ze zes hoofdstrategieën hanteren: (1) anticiperen, (2) exploreren, (3) assisteren, (4) compenseren, (5) confronteren en (6) vermijden. Bovendien vermelden ze dat gedemotiveerde leerkrachten zeven verschillende gedragingen vertonen: ze klagen voortdurend, voeren geen taken uit, nemen zelden initiatief, zijn te veel afwezig, vertonen reactionair gedrag, reageren frustraties af op kinderen en zonderen zich af van de omgeving.

Handykit/Handykid: Hulpmiddelen voor lagereschoolkinderen met DCD

Dorothée Bogaert Bryan Beck Charlotte Demasure Michiel Windels
De Handykit/Handykid is een toolbox voor kinderen met Devolopmental Coordination Disorder (DCD). De materialen uit deze toolbox ondersteunen kinderen met DCD tijdens de activiteiten op school.

De kracht van binnenklasdifferentiatie? Een kwantitatief onderzoek naar de relatie met het welbevinden van leerlingen in sociaal-etnisch gesegregeerde basisscholen

Elena Van den Broeck
De centrale onderzoeksvraag van deze studie richt zich op het verband tussen de binnenklasdifferentiatie door de leerkracht en het welbevinden van de leerlingen in het vierde leerjaar in sociaal-etnisch gesegregeerde basisscholen.

Scholen met een hoge proportie sociaal-etnische minderheden verdienen extra aandacht aangezien zij als risicoscholen worden beschouwd. Daar waar in het verleden de meerderheid van onderzoek binnen deze context zich op de cognitieve uitkomsten bij leerlingen richtte, richt dit onderzoek zich op een non-cognitieve uitkomst, namelijk het welbevinden van deze leerlingen. Aangezien weinig geweten is over hoe het welbevinden van de leerlingen ondersteund en bevorderd kan worden is het belangrijk om in kaart te brengen welke factoren kunnen bijdragen aan het vergroten van het welbevinden van de leerlingen en welke rol de leerkracht via binnenklasdifferentiatie kan innemen.

Individueel Aangepast Curriculum in het Secundair Onderwijs

Eva Vanneste
Door het M-decreet zullen meer en meer jongeren met een beperking schoollopen in het gewoon onderwijs. Het is echter niet voor al die jongeren haalbaar om het gemeenschappelijk curriculum te volgen en de leerplandoelstellingen te behalen. Als er ondanks de redelijke aanpassingen geen mogelijkheid bestaat om het gemeenschappelijk curriculum te volgen, kan de leerling overschakelen naar fase 3 binnen het zorgcontinuüm, het individueel aangepast curriculum of IAC. Dit houdt echter zowel kansen als knelpunten in.

De Violen Gelijkstemmen in de Kwaliteitszorg Binnen het Stedelijke Onderwijslandschap van Gent

Judith Van Dorpe Inge Van de Putte
Deze masterproef kwam tot stand na een vraag uit de praktijk van het Stedelijk Onderwijs Gent. Zij zijn twee jaar geleden gestart met afstemmingsgesprekken tussen het interstedelijk Centrum voor Leerlingenbegeleiding, de Pedagogische Begeleiding Stedelijk Onderwijs Gent en de basisscholen. Om deze afstemmingsgesprekken te optimaliseren vroegen zij ondersteuning van de Vakgroep Orthopedagogiek, Universiteit Gent. In deze masterproef wordt gefocust op drie onderzoeksvragen: (a) ‘Hoe is de kwaliteit van de afstemmingsgesprekken? Waardoor wordt deze beïnvloed?’ (b) ‘Hoe is de wisselwerking tussen de school, het iCLB en de PBSOG in het afstemmingsgesprek?’ (c) ‘Wat is nodig om de kwaliteit en de wisselwerking te verbeteren?’. De data werd verzameld aan de hand van observaties van afstemmingsgesprekken en focusgroepen met alle partners. De data werd geanalyseerd via thinking with theory (Jackson & Mazzei, 2012c), waarbij de concepten assemblage, leiderschap en eigen-leiderschap werden ingeplugd in de data. De analysemethode doet recht aan de complexiteit van de praktijk en biedt nieuwe denksporen voor reflective practitioners. Uit de analyse kwamen verschillende inzichten naar boven, o.a. dat elk afstemmingsgesprek een unieke assemblage is met unieke interacties, uitdrukkingen, e.d.. Het werd ook duidelijk dat de visie van de afstemmingsgesprekken vrij vaag is en weinig nadruk legt op gedeelde verantwoordelijkheid. Aan de hand van deze en vele andere inzichten uit de analyses worden in de conclusies handvatten aangereikt voor het versterken van het proces van de afstemmingsgesprekken.

Vos is anders

Jitske Van Coillie
Een theoretische weergave over Quality of Life, inclusie, inclusief onderwijs en het M-decreet. Een verdiepend onderzoek aan de hand van enquêtes op de stageplaatsen rond inclusief onderwijs. Een zicht in de werkwijze en achterliggende denkwijzen bij het ontwerpen van de methodiek van het voorleesverhaal.

'Hoe kunnen kleuters in het gewone onderwijs, die in de klas zitten met een leerling met beperking, inzicht en begrip krijgen voor het 'anders' zijn.