Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

De Heropleving van de Stad Lier

Dorien Everaerts
Deze studie focust zich op de problematiek van de stad Lier en de uiteindelijke heropleving hiervan. Hier wordt vooral gekeken naar de detailhandel aangezien dit een cruciaal element is in een stad, waarmee niet enkel Lier met problemen heeft te kampen.

"Ge weet niet waar ge recht op hebt": trajecten van jongeren in dak- en thuisloosheid in Gent

Hebe Van Laethem
Dak- en thuisloosheid bij jongeren is nog steeds erg aanwezig in Gent. Dit onderzoek vertrekt vanuit de ervaring van deze jongeren om de kennis te verzamelen die nodig is voor het uitwerken van een sterk beleid op maat van jongeren en hun noden.

Spelen op een kosteloze speelplaats: Een labyrintische omgeving om te experimenteren, genieten en dingen te ontdekken

De Visscher Anissa Martens Jetse
Een mondiale praktijkverkenning naar Tanzania gaf ons heel wat inzichten omtrent het gebruik van kosteloos materiaal op de speelplaats. De kernwoorden 'didactisch kosteloos materiaal - speelplaats -zelfstandig spel' staan dan ook centraal.

Stimulans voor meer maatschappelijk bewustzijn: Binnen de dynamiek van een partnerrelatie kunnen zowel mannen als vrouwen zowel slachtoffer als pleger van partnergeweld worden

Ruth Anthuenis
Kwetsbaarheid is een moeilijk gegeven in onze samenleving. Laat staan mannelijke kwetsbaarheid, dat is al helemaal taboe. Mannelijk slachtofferschap en vrouwelijk daderschap blijken nog steeds onbekende fenomenen te zijn. Omdat dit tot veel onzichtbare ellende leidt, is er dringend meer maatschappelijk bewustzijn nodig:
Binnen de dynamiek van een partnerrelatie kunnen zowel mannen als vrouwen zowel slachtoffer als pleger van partnergeweld worden.

Effect van de epidurale anesthesie op borstvoeding

Nisrine Amrani
Effect van de epidurale anesthesie op borstvoeding na een vaginale bevalling
Auteur: Amrani Nisrine
Interne promotor: Vermeulen Joeri
Externe promotor: Debonnet Serena
Introductie:
Het doel van deze bachelor proef is om na te gaan welk effect de epidurale anesthesie heeft
op de start van de borstvoeding na een vaginale bevalling. Het praktijkdeel richt zich op wat
de ervaringen zijn van zorgverleners die dagdagelijks met de materniteit in aanraking komen.
Methode:
Om dit literatuuronderzoek uit te voeren werd beroep gedaan op Pubmed en EhBIB Search.
De artikels werden op basis van abstractie en “levels van evidence” gekozen. Voor het
praktijkdeel werden er zes interviews afgenomen bij zorgverleners.
Resultaten:
Door de epidurale anesthesie te gebruiken als interventie op de baringspijn, zien we dat dit
een effect heeft op het opstarten van de borstvoeding. Eveneens gaat de epidurale anesthesie
ook de Fergussonreflex negatief beïnvloeden. De epidurale anesthesie in combinatie met
synthetische oxytocine gaat ook het gedrag van de pasgeborene beïnvloeden.
Discussie/besluit:
Om het effect van de epidurale anesthesie beter te begrijpen zouden er meer studies moeten
plaatsvinden. Ook is het niet altijd duidelijk of de gevolgen plaatsvinden omwille van de
epidurale anesthesie of door de synthetische oxytocine, die tegelijkertijd aanwezig is.
Sommige artikels spreken elkaar tegen of geven tegenstrijdige informatie.
Er wordt evenwel geconstateerd dat de epidurale anesthesie een effect zou hebben op de
start van de borstvoeding.

Implementatie van de SRD II: een blik op remuneratie

Dominik Verbist
Deze scriptie vormt een onderzoek naar de omzetting van de regels omtrent remuneratie voor bestuurders van beursgenoteerde vennootschappen uit de SRD II naar Belgisch recht. Hierbij wordt rekening gehouden met de Belgische rechtsleer aangaande het oude regime. Een rechtsvergelijking met Nederland en Frankrijk gaat op zoek naar lessen die de Belgische wetgever uit de omzetting in deze landen kan trekken.

Betrouwbaarheidsanalyse van een hogedruk waterstoftank voor brandstofcel-elektrische voertuigen

Iron Degryse
Het minimaliseren van de menselijke, ecologische voetafdruk en het behouden van
een comfortabele en betaalbare levenswijze is waarschijnlijk een van de grootste
uitdagingen van de 21e eeuw. Een van de terreinen waar op dit moment veel innovatie plaatsvindt in deze context is de auto-industrie, waar wordt gezocht naar
alternatieven voor auto’s op fossiele brandstof. Een belangrijk voorbeeld van deze
alternatieven zijn brandstofcel-elektrische voertuigen. Ze combineren een lage uitstoot met een gebruikspatroon dat vergelijkbaar is met dat van auto’s op fossiele
brandstof. Vooral voor zwaar transport lijken ze interessant.
Hoewel het fysieke concept aantrekkelijk lijkt, moet er nog veel technologische
ontwikkeling en optimalisatie plaatsvinden. Dit proefschrift richt zich op een essentieel onderdeel van het aandrijfsysteem in een brandstofcel elektrisch voertuig: het
drukvat waar de waterstof (en dus de energie) wordt opgeslagen. Het is verreweg het
zwaarste onderdeel van het aandrijfsysteem en verhoogt dus de vermogensbehoefte
van het voertuig aanzienlijk. Als oplossing om het gewicht van de constructie te
beperken, wordt gezocht naar alternatieve materialen ter vervanging van staal. Een
materiaalgroep met een zeer hoge specifieke sterkte en stijfheid zijn de vezelcomposieten.
Hoewel ze technisch beter presteren, blijven er enkele problemen. Vezelcomposieten
zijn minder matuur en hun mechanisch gedrag is inherent moeilijker te modelleren.
Hierdoor hebben bedrijven tegenwoordig de keuze tussen twee onaantrekkelijke opties: grote tijdrovende en dure experimentcampagnes uitvoeren of een zeer grote
veiligheidsfactor gebruiken. De industriestandaard voor de veiligheidsfactoren van
composiet drukvaten ligt nu rond de 2,25.
Dit proefschrift behandelt een alternatieve benadering om de structurele betrouwbaarheid van een composiet drukvat te beoordelen, een zogenaamde ringtest. Hier
wordt de hydraulische druk van de waterstof nagebootst door een radiaal contactmechanisme jegens een ringmonster. Op deze manier kan veel materiaal worden
bespaard. De ambitie is om een template te ontwikkelen waarin de ringtest wordt
gecombineerd met een uitgebreide virtuele testcampagne (= eindige elementenmodel).
Deze combinatie zou de kosten van de testcampagne kunnen beperken, terwijl de
veiligheidsfactor redelijk laag blijft.
In dit proefschrift worden modellen voor de ringtest ontwikkeld en geverifieerd.
Relaties tussen de ontwerpvariabelen, andere gegevens en de barstdruk worden
bestudeerd. Op deze manier wordt een objectieve en cijfermatige inschatting gemaakt
van de (na)delen van de ring test.

Ruimtelijke ingrepen voor de reductie van luchtvervuiling en blootstelling in street canyons: case study Belgiëlei

Laura Adams
Verschillende ruimtelijke ingrepen, welke inzetten op de verbetering van de luchtkwaliteit en de vermindering van blootstelling aan polluenten in street canyons, worden allereerst gebundeld binnen een overzichtelijke toolbox. Vervolgens worden deze tools via ontwerpend onderzoek toegepast op een representatieve case, de Belgiëlei, waarbij scenario's inzetten op pollutie captatie, -ventilatie, blootstellings-reductie en haalbaarheid. De toolbox en de scenario's vormen een eerste belangrijke stap richting de meer praktische aanpak van street canyons.

Rechtspersoonlijkheid voor robots: een rechtsfilosofische afweging vanuit Belgisch juridisch perspectief

Victor Schollaert
Robots zijn in ons recht vandaag niets meer dan voorwerpen. Het wordt tijd om te overwegen of ze de status van personen verdienen in ons recht. Door middel van een rechtsfilosofische afweging wordt in dit onderzoek een voorzichtig positieve balans opgemaakt.

Een concrete en werkbare visie voor DiverGENT die betekenis geeft aan het leren van onze inclusieve leerling

Julie Van Hoorde
In onze organisatie vernieuwen we samen de visie naar een concrete én doorleefde visie volgens de richtlijnen van schoolontwikkeling. Ons veranderingsproces kan een voorbeeld zijn voor wie zoekt naar een meer inclusieve en diversiteitgerichte visie voor zijn organisatie.

Zorgmassage bij kankerpatiënten

Shania De Vos
Aan de hand van semi-gestructureerde interviews werd een kwalitatief onderzoek uitgevoerd naar de beleving van zorgmassage bij kankerpatiënten in Vlaanderen.

Van Corona tot Guinness: De impact van de Coronacrisis op marketingcampagnes van alcoholproducenten

Sema Dogdu
Een crisissituatie wordt doorgaans gekenmerkt door een verandering in het alcoholconsumptiepatroon, en de huidige Corona-crisis vormt hierop geen uitzondering. Er zijn steeds meer alcoholreclames te zien op sociale mediakanalen, met als gevolg dat er een toegenomen blootstelling aan alcoholproducten in het dagelijks leven is. Uit bestaande studies blijkt dat de portrettering van alcohol in advertenties tot veranderingen in attitudes en gedrag kan leiden, wat een belangrijk aspect is gezien alcoholconsumptie nadelige gevolgen heeft voor de algemene gezondheid. Met deze studie onderzoeken we hoe alcoholproducenten hun reclame aanpassen om alcoholgebruik te beïnvloeden in de context van een crisissituatie. Hiervoor wordt een framing analyse uitgevoerd van verbale en visuele boodschappen in Facebook advertenties van de drie grootste alcoholproducenten ter wereld.

Muziek in erfgoed Herbestemming van monumenten tot concertzalen in Vlaanderen

Raphael De Mey
Deze thesis beoogt om op basis van voornamelijk akoestisch theoretische toetsing van bestaande cases en hun erfgoedwaarden enkele algemene aandachtspunten mee te geven die een tool kunnen zijn bij het herbestemmen van monumenten tot concertzalen.

Bouwen aan de UGent - Hoe duurzaam is het en wat kan er beter?

Sara Helsen
Bouwen en gebouwen hebben een grote impact op het leefmilieu. Als grootgrondbezitter en universiteit heeft de Universiteit Gent een voorbeeldrol te spelen. In deze masterproef wordt onderzocht hoe duurzaam de UGent bouwt en wat er beter kan.

De gerechtelijke reorganisatie door collectief akkoord en de Herstructureringsrichtlijn: De controversiële invoering van een Europese Relative Priority Rule

Louis Destoop
Dit werkstuk bestudeert en beschrijft de verschillende voor- en nadelen die gepaard gaan met de relative priority rule, een regel die vanuit Europees initiatief in het nationaal recht kan worden opgenomen.

The Biomechanical Fingerprint of a Dressage Rider

Amber Heidbuchel Sam Van Rossom Philippe Minguet
Biomechanische studie die enerzijds de houding van de dressuurruiter op het paard objectiveert m.b.v. een simulator en anderzijds de fysieke capaciteiten van dressuurruiters evalueert in functie van hun rijvaardigheid.

Op welke afdeling hoor ik thuis chef? Een kritisch interpretatieve synthese over de classificatie van transgenders in de gevangenis.

Phaedra D'hauwer
Deze scriptie legt de focus op transpersonen in detentie en de problematieken tijdens detentie. De hoofdfocus is hun plaatsingskeuze en het tekort aan informatie en beleid. In deze scriptie werd gebruikt gemaakt van een kritisch interpretatieve synthese als onderzoeksmethode.

Dansen op het slappe koord: een studie naar grensoverschrijdend gedrag in de professionele danssector

Matilde Willemyns
Hoewel de MeToo-beweging al sinds 2017 actief ijvert voor betere omstandigheden in de cultuursector, blijkt deze problematiek nog steeds branded actueel, met de open brief van dansers gericht aan Jan Fabre als een van de meest besproken gevallen. De professionele danssector bevindt zich namelijk in een bijzonder kwetsbare positie. Want hoe stel je grenzen in een job waarbij het lichaam hét instrument is? Om dit te beantwoorden werd er met een kwalitatief onderzoek dieper ingegaan op hoe jonge vrouwelijke professionele dansers hun grenzen opstellen vanuit de complexe interactiestructuur in de danswereld.

This is ME traject -Preventieve holistische workshops op de werkvloer voor medewerkers van ZNA met verhoogde stress en/of angst en/of spierpijnen in tijden van COVID- 19

Marie Ernalsteen
Preventieve holistische workshops op de werkvloer voor medewerkers van ZNA met verhoogde stress en/of angst en/of spierpijnen in tijden van Covid-19.

Safety and feasibility of S‐Caine patch use in children under the age of three: a pilot study

Britt Anciaux
Kinderen jonger dan drie jaar die pijnlijke prikken of procedures moeten ondergaan zouden baat hebben bij adequate pijnverlichting, zoals de opwarmende S-Caine pleister die lidocaïne en tetracaïne bevat.

“Sportminnend Sint-Pietersveld”: Lichamelijke opvoeding in de heropvoedingspraktijk van het Rijksopvoedingsgesticht te Ruiselede, 1912-1965.

Hannah Carnier
Deze masterproef onderzoekt de functie, de betekenis en de praktische invulling van lichamelijke opvoeding in de heropvoedingspraktijk binnen de context van het Rijksopvoedingsgesticht (ROG) van Ruiselede in de periode tussen 1912 en 1965.

Want al ben ik zwart als roet, 'k meen het wel goed. De evoluerende representatie van de knecht van Sinterklaas in Belgische kranten (1850-1970).

Anke Van den Broek
De scriptie gaat in op de evolutie van de Belgische knecht van Sinterklaas. De Belgische Zwarte Piet kwam anders tot stand dan de Nederlandse. Bovendien geeft de scriptie inzichten in de weergave en toenemende racialisering van Zwarte Piet.

Slachtoffers van onwetendheid: de kennisverspreiding van het DES-hormoon in België sinds 1971

Antje Van Kerckhove
In 1947 veroverde het DES-hormoon de wereld. Het middel had als doel om miskramen te voorkomen en werd wereldwijd voorgeschreven aan miljoenen zwangere vrouwen. In 1971 werd echter aangetoond dat DES schadelijk was voor de baby’s – zogenaamde DES-kinderen – die als foetus werden blootgesteld aan het hormoon. Vooral DES-dochters liepen ernstige medische risico’s. Bovendien bleek jaren later dat ook DES-kleinkinderen vatbaar zijn voor de gevolgen van DES. Dat het middel in België nog zeker tot 1977 – zes jaar nadat de schadelijkheid formeel werd bewezen – is toegediend aan zwangere vrouwen, doet onderzoeksjournaliste Greet Pluymers en enkele DES-dochters vermoeden dat er sprake is van een dofpotoperatie. Een mogelijke doofpotaffaire zou inderdaad verklaren waarom DES op de markt bleef tussen 1971 en 1977, maar het vormt geen antwoord op de vraag waarom er vandaag in België – in tegenstelling tot bijvoorbeeld de Verenigde Staten en Nederland – nog steeds weinig kennis bestaat of circuleert over de schadelijke gevolgen van het hormoon. Dit onderzoek gaat daarom na hoe de late en gebrekkige kennisverspreiding van DES binnen de Belgische context verklaard kan worden. Daarbij neemt deze studie afstand van een mogelijke doofpotaffaire door op zoek te gaan naar een lange termijn verklaring voor de relatieve onwetendheid over DES in België. Om een licht te werpen op het gebrek aan kenniscirculatie vanaf 1971 steunt dit onderzoek op inzichten uit de agnotologie, een theorie die ervan uitgaat dat onwetendheid het gevolg is van culturele constructies.
Zo bood deze studie – aan de hand van interviews met DES-dochters en gynaecologen – inzicht in de langdurige mechanismen en processen die aan de basis liggen van de gebrekkige kennisverspreiding van het DES-hormoon in België. De rol van ouders en artsen – die golden als de belangrijkste informatieverstrekkers in het kennisproces van DES-dochters – bleek daarbij cruciaal. Indien zij niet optraden als kennisverspreiders, bleven DES-dochters vaak jarenlang in het ongewisse over hun DES-identiteit. Verder wees de analyse uit dat DES-dochters in grote mate afhankelijk waren van toeval voor een juiste diagnostisering. Daarnaast bleek dat de schuldgevoelens van sommige DES-moeders – zeker in huishoudens waar een sterk taboe rustte op infertiliteit – het stilzwijgen van DES in de hand werkte. Op die manier toonde ik aan dat het stigma rond onvruchtbaarheid bijdroeg aan de onwetendheid over DES en niet alle ouders zomaar fungeerden als doorgeefluiken van kennis. Tot slot toonde dit onderzoek aan dat ook gynaecologen hun rol als informatieverstrekkers niet systematisch opnamen. Zo bleek dat artsen – ondanks het feit dat ze sinds het begin van de jaren 1970 geïnformeerd waren over de schadelijkheid van DES – het probleem leken te onderschatten. Deze onderschatting was het gevolg van de overtuiging dat het DES-probleem vanaf het einde van de jaren 1980 verleden tijd was. Maar deze opvatting alleen kon het kennistekort niet verklaren. Andere redenen waren de onzichtbaarheid van het DES-probleem in combinatie met de moeilijkheid om congenitale afwijkingen te linken met het hormoon, de exclusieve focus op fertiliteitsproblemen, het gebrek aan ondervraging
94
en de mogelijk nauwe relaties tussen UCB en de medische wereld. Op die manier ontstond er een algemeen gebrek aan belangstelling voor het DES-probleem in medische kringen in België waar DES-dochters tot op heden het slachtoffer van zijn.

ONLINE GEBRUIK VAN AFBEELDINGEN VAN LEERLINGEN DOOR SCHOLEN: SCHENDING VAN HET RECHT OP PRIVACY EN GEGEVENSBESCHERMING?

Hanne Van Meirhaeghe
In deze masterproef wordt onderzocht wanneer het online gebruik van afbeeldingen van leerlingen door scholen een schending uitmaakt van het recht op privacy en gegevensbescherming.

Gender stratification in the workplace environment: implications for mental health

Esther Lermytte
Genderstratificatie op de arbeidsmarkt zorgt ervoor dat psychosociale risicofactoren op de werkvloer ongelijk verdeeld worden onder mannen en vrouwen. Deze factoren beïnvloeden ons mentaal welzijn. Deze thesis bestudeert hoe de mentale gezondheid van mannelijke en vrouwelijke werknemers in Europa verschillend beïnvloed wordt door bepaalde jobkenmerken.