Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

The Billie project: kwalitatief onderzoek naar de percepties van jongeren over het leven van mensen met ernstige psychische problemen

Oona Moeyaert
Via de story completion methode werden 47 verhalen verzameld bij jongeren uit de derde graad secundair onderwijs. Aan de hand van deze verhalen werd onderzocht welke positie jongeren toeschrijven aan mensen met een psychische kwetsbaarheid en vanuit welke rollen deze positie in de samenleving wordt beschreven.

'k Blijf staan

Zoë Alaerts
Binnen de theorie van Nieuwe autoriteit, miste ik iets wat hulpverleners hands on konden gebruiken met jongere, ouders, leerkrachten, etc.
Daarom ontwikkelde ik samen met Hannah Claes een bordspel over de 8 basishoudingen van Nieuwe Autoriteit.

DE IDEALE GROEPSSAMENSTELLING BIJ SAMENWERKEND LEREN VOLGENS LEERLINGEN UIT DE DERDE GRAAD SECUNDAIR ONDERWIJS: Een mixed-method onderzoek naar hoe leerlingen hun groepsgenoten kiezen

Noa Rogiers
In deze masterproef wordt onderzocht hoe leerlingen hun groepen samenstellen en op basis van welke motieven. Daarnaast wordt nagegaan welke groepssamenstellingen volgens leerlingen leiden tot het beste eindresultaat en welke tot een goede samenwerking. Om een antwoord op de onderzoeksvragen te formuleren, werd een kwantitatief en kwalitatief onderzoek opgesteld. Dit bestond enerzijds uit een online vragenlijst die peilde naar de voorkeur van leerlingen om samen te werken met bepaalde groepsgenoten en anderzijds uit een interview naar de motieven voor de voorkeuren van leerlingen.

Short Forms Beyond Borders: SWOT-analyse van een kortverhalendatabank voor meer literatuur in de lessen Frans

Aurélie Slegers
Deze scriptie beschrijft de SWOT-analyse van een kortverhalendatabank van het project Short Forms Beyond Borders van Erasmus+ en KU Leuven. De criteria van de SWOT-analyse worden opgesteld aan de hand van een grondige studie van de vakliteratuur inzake leesbevorderend literatuuronderwijs, de eindtermen literatuur, de aanwezigheid van literatuur in (digitale) leermiddelen en methodes en de visie van de onderwijspraktijk op literatuuronderwijs en de databank in se.

Het bevorderen van leesbegrip en leesmotivatie bij leerlingen uit de B-stroom en het derde jaar arbeidsmarktfinaliteit: kwalitatief onderzoek naar de percepties en ervaringen van leraren

Jolien Michiels
Deze scriptie onderzoekt welke didactische principes Vlaamse leraren Nederlands en PAV hanteren in hun klaspraktijk bij het bevorderen van het leesbegrip en de leesmotivatie van hun leerlingen en welke bevorderende en belemmerende principes zij hierbij ervaren.

Budgetpret: Het effect van differentiatie in het vak Mens en Samenleving.

Yllka Maliqi
In deze scriptie werd onderzocht wat het effect is van differentiatie tijdens de les mens en samenleving.

(BE)SCHERM

Rani Vanlerberghe Emilia Renier André Wittevrongel-Liefhooghe Brontië Courtens Liza Keulemans Laurens Van Der Meulen
Kinderen gebruiken tegenwoordig op steeds jongere leeftijd games en sociale media. Om hierop in te spelen, werd er een volledig nieuwe klassessie bedacht om op maat te maken voor leerlingen van de derde graad basisonderwijs. Deze sessie gaat vanaf nu verder onder de naam (BE)SCHERM via het preventieteam van Centrum Geestelijke Gezondheidszorg Largo.

Breuken breken met Barton

Pascale Van Elslande Stef Engels
De onderzoeksvraag die aan de basis ligt van deze bachelorproef is: “Hoe kunnen de didactische principes van Barton ingezet worden om de leerstof rond breuken aan te brengen in de eerste graad van de B-stroom?”. Het eindproduct wordt gerealiseerd vanuit die vraagstelling.

De zitepidemie

Amber Ollivier
Uit de literatuur is af te leiden dat in het hoger onderwijs weinig tot geen fysieke activiteit aan bod komt, dit ondanks de vele voordelen. In dit onderzoek wordt in kaart gebracht wat de totale fysieke activiteit van studenten beïnvloedt en wat het effect is van fysieke activiteit op een leerprestatie, rekening houdend met de motivatie en het engagement. Dit werd door cross sectioneel onderzoek nagegaan, waarbij een instructieactiviteit vooraf wordt gegaan door fysieke activiteit.

In dit onderzoek werd het effect van individuele factoren, sociale netwerken, fysieke omgeving, de macro omgeving, academische druk, studentenleven, examens, lessen en de schoolomgeving op de totale wekelijkse fysieke activiteit geanalyseerd. Het engagement van studenten is gebaseerd op verscheidene motorische theorieën over kennisconstructie, namelijk het constructivisme van Bruner (1966), de embodied cognition theory (Brouillet et al., 2010) en de theory of event coding (Hommel, 2015). Uit deze theorieën is af te leiden dat fysieke activiteit een motivator kan zijn voor kennisconstructie en meer engagement. De motivatie is binnen dit onderzoek de bevrediging van de basisbehoeften autonomie, verbondenheid en competentie (Ryan en Deci, 2017).

De individuele factoren en de sociale netwerken zorgen voor meer fysieke activiteit. Daarentegen zorgt het studentenleven voor minder fysieke activiteit. Fysieke activiteit zorgt ook voor hogere leerprestaties, rekening houdend met het engagement van studenten. Er is geen significant effect op de motivatie. De voordelen van fysieke activiteit, vastgesteld bij lagere en secundaire leerlingen, zijn zo ook aanwezig bij studenten van het hoger onderwijs. Meer fysieke activiteit kan bovendien een eerste stap zijn om de zitepidemie te doorbreken en de algemene volksgezondheid verder te stimuleren.

Een gedifferentieerd contractwerk

Karlien De Baere
In de literatuur vinden we heel weinig onderzoek naar het uitproberen van differentiatievormen die al vele jaren hun nut hebben bewezen in het basisonderwijs, in andere contexten. Kijk maar naar bijvoorbeeld contractwerk, het is een differentiatievorm die men vaak toepast in het basisonderwijs, maar bijna niet in het secundair onderwijs. Maar wat is nu het effect van zo’n gedifferentieerd contractwerk op het welbevinden, leerwinst en leermotivatie van leerlingen in het secundair onderwijs?

Bachelorproject GOESting

Bettie Lernout Bente Gevaert Floor Laureyns Lieze Knezevic Marieke Van Hove Nina van Henis Bettie Lernout
Hoe kunnen we tot een haalbare samenwerking komen tussen een secundaire school en een ervaringsdeskundige geestelijke gezondheidszorg?

Een model voor efficiënt coöperatief leren in STEM-projectonderwijs 2A

Andreas Boussery
In dit werk ga ik op zoek naar een efficiënte manier om groepswerk vorm te geven tijdens STEM-lessen binnen de eerste graad A-stroom. Hiervoor ontwikkelde ik een model gebaseerd op literatuur en testte ik dit uit in mijn eigen klaspraktijk met positieve resultaten tot gevolg.

Wiskunst, waar wiskunde en kunst elkaar inspireren

Ine Meers
Deze scriptie onderzoekt de raakvlakken tussen competenties inzake wiskunde en de transversale sleutelcompetentie 16: Cultureel bewustzijn en culturele expressie. Daaruit vloeide een uitbreidingsbundel, voor de eerste graad A-stroom, die de leerinhouden van transformaties aanhaalt door middel van islamitische kunst.

Het rendement van de Summer Academy

Samira Oulhaj
Een kind zal zich pas kunnen ontplooien als het op micro, meso en macro niveau voldoende wordt ondersteund. Het is een gedeelde verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat kinderen kunnen opgroeien met de nodige talenten.

Kinderen van de dekolonisatie: DE POSTKOLONIALE BENADERING IN HET VLAAMSE LITERATUURONDERWIJS

Amanda Adam
We merken een steeds grotere belangstelling op voor onderwerpen als de postkoloniale benadering, dekolonisatie en antiracisme in het Vlaamse culturele en academische milieu. Enkel met betrekking tot het Vlaams secundair (literatuur)onderwijs weten we niet in hoeverre de postkoloniale benadering reeds een plaats heeft kunnen opeisen. Om die reden onderzoek ik in deze scriptie in hoeverre de postkoloniale blik is doorgedrongen in het Vlaams secundair literatuuronderwijs, en dat op drie vlakken: op het vlak van (1) de behandelde literatuur, (2) de benadering van de literatuur en (3) de functies van het postkoloniale literatuuronderwijs. Enkel door de huidige stand van zaken over postkolonialisme in het secundair onderwijs na te gaan, kunnen we het postkoloniale literatuuronderwijs systematisch verbeteren en leerkrachten aanmoedigen om de voorgenoemde ideeën en voordelen in te zetten in hun lessen.

Hier word gespelt - Onderzoek naar het draagvlak bij Vlaamse leerkrachten voor een herziening van de werkwoordspelling

Niels Planckaert
Deze scriptie bestaat uit een attitudeonderzoek naar het draagvlak voor een herziening van de werkwoordspelling bij Vlaamse leerkrachten.

De perceptie van microbiologie bij zesdejaarsleerlingen in het secundair onderwijs

Duygu Gök
Ten gevolge van de coronapandemie staan microben in een slecht daglicht, maar ook in de lessen biologie en natuurwetenschappen in het secundair onderwijs ligt de klemtoon op het negatieve. Hoe is het dan gesteld met de perceptie van microbiologie bij zesdejaarsleerlingen ASO en TSO? Om deze vraag te beantwoorden, werd in deze scriptie een enquête opgesteld, gelinkt aan een Instagramaccount met educatieve posts over microbiologie.

Een wiskundig drama

Robbe Calcoen
Wiskunde wordt als saai en moeilijk voorgesteld in de maatschappij. Om deze misvattingen weg te werken, zou drama ingezet kunnen worden binnen de wiskundeles. Het doel van dit onderzoek is om te achterhalen of dit mogelijk is en of dit het gewenste effect heeft.

Met de hand op het hart, zo leer je reanimeren!

Leen Luts
Reanimeren in het onderwijs is een thema dat de laatste jaren meer en meer aan bod komt. Leerkrachten vinden het echter moeilijk om reanimatielessen te geven aan hun leerlingen. In dit Actie-Onderzoek is een basisles rond reanimatie ontworpen van waaruit leerkrachten kunnen vertrekken.

STEAM onderwijs: Waar staan we vandaag in Vlaanderen?

Eva Severens
STEM-onderwijs kennen we intussen allemaal, maar hoe zit het met STEAM? Hoe wordt STEAM vandaag de dag geïmplementeerd in het Vlaamse onderwijs? En wat is de meerwaarde van de A? In deze scriptie geven verschillende leerkrachten een zicht op de werking met STEAM in ons huidige scholenlandschap.

Doelmatigheidsbeleving en attitudes ten aanzien van inclusief onderwijs.

Annelies De Meulenaere
De voordelen van inclusief onderwijs voor leerlingen met een beperking, maar ook voor hun medeleerlingen en de maatschappij, zijn groot. Aan de hand van een enquête werd nagegaan hoe student-leraren hiernaar kijken en hoe zij hun capaciteiten inschatten. Op basis van de resultaten werd een brochure gemaakt, om beginnende leraren met veel positiviteit en zelfvertrouwen op weg te zetten.

Samen dóór de stilte, het taboe van rouw na zelfdoding binnen het gezin

Sandra Mannaerts
Een zelfdoding confronteert de nabestaanden, naast specifieke rouwthema's, vaak met taboe. Deze bachelorproef onderzoekt wat aan de basis ligt en formuleert concrete acties om taboe binnen het gezin en haar omgeving te doorbreken.

Een concrete en werkbare visie voor DiverGENT die betekenis geeft aan het leren van onze inclusieve leerling

Julie Van Hoorde
In onze organisatie vernieuwen we samen de visie naar een concrete én doorleefde visie volgens de richtlijnen van schoolontwikkeling. Ons veranderingsproces kan een voorbeeld zijn voor wie zoekt naar een meer inclusieve en diversiteitgerichte visie voor zijn organisatie.

Onderzoek naar variabelen die een invloed kunnen hebben op de selectie van educatieve apps door leerkrachten secundair onderwijs.

Tom De Schepper
Ontwikkelaars van digitale leermiddelen houden in hun business model doorgaans enkel rekening met de prijs van de ontwikkeling en het kanaal waarlangs de leermiddelen verspreid worden. In deze educatieve masterproef onderzoeken we de verwachtingen van leerkrachten.

Interne kwaliteitszorg en het nieuwe referentiekader voor onderwijskwaliteit (OK): hoe gaan schoolleiders hiermee om?

Eva Maesen
Dit onderzoek gaat de ervaringen van schoolleiders met het referentiekader voor onderwijskwaliteit (OK) en met de nieuwe doorlichtingsmethode, Inspectie 2.0, na. Daarnaast wordt onderzocht of de innovatiecapaciteit en kwaliteitszorg van scholen samenhangen met het verkregen advies van de onderwijsinspectie.