Alcohol laat zijn sporen na

Sofie
Rutjens

3.3 miljoen sterfgevallen per jaar wereldwijd zijn te wijten aan alcoholgebruik. Dit is 1 op 20 van alle sterfgevallen en waarschijnlijk een onderschatting van het werkelijke aantal. Tot op de dag van vandaag is het opsporen van alcoholgebruik een aantal dagen na inname nog niet optimaal. Er wordt dus nog steeds druk gezocht naar een goede techniek om dit te doen en zo de kosten verbonden aan de behandeling van alcohol-gerelateerde aandoeningen te drukken. Want zoals het spreekwoord luidt: voorkomen is altijd beter dan genezen.

Drinken kan je duur komen te staan

Wie drinkt niet eens graag een glaasje of betrapt zich er af en toe op eentje teveel te drinken? Alcohol drinken is dan ook gelinkt aan diverse sociale en culturele activiteiten en het eerste contact met alcohol gebeurt ook alsmaar vroeger. Hoewel af en toe een glaasje drinken de gezondheid niet drastisch schaadt, kan overvloedige consumptie wel aanleiding geven tot verscheidene gezondheidsproblemen en zelfs de dood.

Daarom is het  voor de gezondheidszorg  van financieel belang om alcoholmisbruik aan te kunnen tonen. Mensen die omwille van gezondheidsredenen, zoals nier- en leverproblemen, een drankverbod hebben, zouden kunnen gemonitord worden. In hun geval zou drinken aanleiding geven tot een verslechtering van hun toestand en dus een hogere maatschappelijke kost met zich meebrengen. Hetzelfde geldt voor mensen die omwille van alcoholproblemen opgenomen worden in instellingen. Zij hebben moeite om hun alcohol-vrij-leven vol te houden. Voornamelijk in de vrije weekends – weekends waarbij ze de instelling mogen verlaten – is de kans op terugval groot. De patiënten proberen hun consumptie te verdoezelen door de vrijdagavond al te drinken in de hoop dat de sporen van alcohol niet meer merkbaar zijn wanneer ze na hun weekend terugkeren. Dit levert misschien geen onmiddellijke fysieke schade op, maar hun verslaving verhoogt de kans hierop wel drastisch. Daarom is het opsporen en monitoren van alcoholmisbruik van groot belang om deze als het ware onnodige uitgave van financiële middelen ter behandeling van alcohol-gerelateerde gezondheidsschade te voorkomen.

Betrapt

Het opsporen van zwaar alcoholmisbruik is vandaag de dag relatief eenvoudig. Er zijn verscheidene technieken die zwaar alcoholgebruik betrouwbaar kunnen aantonen. Helaas is de monitoring van alcoholontzegging bij patiënten in behandeling voor hun alcoholverslaving nog niet optimaal.

Momenteel is een enkele inname die twee of meer dagen voor de meting plaatsvond moeilijk op te sporen. Er is een groot aandeel aan merkers – chemische stoffen in het lichaam die het bewijs zijn van inname – maar deze overbruggen een periode van maximaal anderhalve dag, hierna zijn ze verdwenen uit het lichaam. De periode waarin de aanwezigheid zichtbaar is, is ook afhankelijk van in welke lichaamsvloeistof de meting gebeurt. Zo zijn de meeste merkers langer aantoonbaar in urine dan in bloed. Haar wordt soms ook geanalyseerd, maar is onderhevig aan vele factoren en kan enkel worden gebruikt om ernstig alcoholmisbruik aan te tonen.

In de zoektocht naar betere merkers is de focus gelegd geweest op acetyltaurine (NAT) in urine. Een merker die ontstaat door de reactie in ons lichaam van de opgenomen alcohol met taurine, een stof die in ieders lichaam voorkomt en die verscheidene belangrijke lichamelijke functies heeft zoals de bescherming van celmembranen. Deze stof werd gemeten in ontdooide urinestalen van acht testpersonen. In september 2015 moesten de proefpersonen op verschillende tijdstippen na het drinken van een vooropgestelde hoeveelheid alcohol een urinestaal leveren. Deze werden ingevroren en uiteindelijk werd de concentratie ervan vergeleken met de merker die momenteel routineus gebruikt wordt om recent alcoholgebruik aan te tonen, namelijk ethylglucuronide (EtG).

Blijf op je hoede

De uiteindelijke uitkomst van het onderzoek maakt duidelijk dat de optimale merker nog steeds niet gevonden is. De nieuwe merker toont wel degelijk een relatie met alcoholinname, zelfs een beperkte inname van 0.7 promille, wat ongeveer overeenstemt met het drinken van 3 glazen bier,  is aantoonbaar. Helaas is de periode waarin het aantoonbaar is maar 24u en korter dan de standaardmerker, EtG, die reeds gebruikt wordt.

Verandering van concentratie acetyltaurine en ethylglucuronide in urine over de tijd na het drinken van alcohol

Verandering van concentratie acetyltaurine en ethylglucuronide in urine over tijd na het drinken van alcohol.

Hoewel acetyltaurine geen aanleiding geeft tot het gewenste resultaat is het onderzoek naar een goede merker voor monitoring van alcoholontzegging nog zeker niet afgerond. Er komt een tijd waarin het tijdstip van consumptie en wat je precies gedronken hebt achterhaald kan worden.. Hou dat maar in je achterhoofd  wanneer iemand je vraagt om ‘nog eentje’ te drinken.

Download scriptie (1.63 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2016
Promotor(en)
Christophe Stove