De media als informatie-en representatiebron voor transgenders

Cato
Samyn

Vandaag de dag lijkt de transgenderproblematiek meer dan ooit aanwezig te zijn in de media. Voorbeelden als Kaat uit Thuis, de film The Danish Girl, Conchita Würst die het Eurovisiesong festival won in 2014 en het wereldberoemde model Andreja Pejic zorgen voor heel wat aandacht voor de transgendergemeenschap. Genoeg voorbeelden uit de media te vinden dus. De vraag luidt echter of transgender personen akkoord gaan met de informatie en representaties die worden meegegeven via de media. Daarom focust deze masterproef op de inzichten van transgenders zelf. Belangrijk om te weten is dat transgender een parapluterm is voor mensen die genderdysforie ervaren. Dit betekent dat hun genderidentiteit niet of slechts gedeeltelijk overeenkomt met hun geboortegeslacht. Onder deze term vallen namelijk verschillende transgenderidentiteiten:

Bron: Transgenderinfopunt

 

Aan de hand van kwalitatieve diepte-interviews met vijftien Vlaamse transgenders met elk diverse transgenderidentiteiten, uiteenlopende achtergronden en andere thuissituaties, werd er gepeild naar hun mening over genderdysforie in de media. Het belang van dit onderzoek duidt voornamelijk op de gemarginaliseerde en kwetsbare positie van transgenders in onze maatschappij. Niet alleen de cijfers over discriminatie, negatieve attitudes en geweld tegenover transgender personen zijn zorgwekkend, ook onderzoek naar depressie, zelfmoordgedachten en -pogingen bij transgenders wijst op de ernst van de zaak. Het probleem ligt vooral bij het ontbreken van positieve beeldvorming, zichtbaarheid en kennis. De media kunnen een belangrijke rol spelen in het stimuleren van de representatie en aanwezigheid van transgenders om zo te streven naar het verminderen en uiteindelijk uitschakelen van stereotypering, discriminatie en transfobie van transgenders in onze maatschappij (Kuyper, 2012; Motmans, de Biolley, & Debunne, 2009; Motmans, T’Sjoen & Meier, 2014).

 

Het belang en de aanwezigheid van genderdysforie in de media

Het belang van de media zit vooral in het informeren over genderdysforie van zowel het brede publiek als transgender personen. Zo leren mensen op een vaak onbewuste en ontspannende manier over het transgenderissue. De media zorgen voor zichtbaarheid, wat het transgendertopic bespreekbaar maakt en waardoor het taboe errond doorbroken wordt. Voor transgenders zelf zijn de media vooral belangrijk als herkenningspunt of hulpmiddel. Zo zegt Romy, die zich identificeert als genderqueer: “Het is altijd wel leuk om uzelf te kunnen erkennen en herkennen. En als sommige reportages dat kunnen doen is dat altijd wel goed he. Zo de bevestiging van ik ben niet raar.” Toch gaan de meeste respondenten niet zelf gericht op zoek naar de aanwezigheid van genderdysforie in de media. Dit vooral omdat de interesse naar informatie vaak sterk vermindert na de transitie. Daarnaast wilt men niet steeds geconfronteerd worden met het transgendergegeven aangezien zij hierdoor het gevoel krijgen bestempeld te worden als ‘de transgender’ of als ‘de ander’ in de maatschappij. Ook kunnen de media ervoor zorgen dat de anonimiteit van transpersonen verloren gaat door het in beeld brengen van fysieke aspecten die eigen zijn aan transpersonen, zoals bijvoorbeeld littekens.

 

Positieve en negatieve representatie

Het representatievraagstuk omtrent genderdysforie kan worden opgedeeld in positieve en negatieve representatie. Positieve representatie omvat in de eerste plaats het goed informeren over het transgendertopic door journalisten of televisiemakers zelf. Het contacteren van transpersonen of transgenderverenigingen door het medialandschap gebeurt steeds meer, waardoor er minder fouten worden gemaakt. Ook vinden vele bevraagden het belangrijk dat transgenders worden afgebeeld als gewone mensen en moet er niet steeds gefocust worden op het feit dat men transgender is. Het grootste struikelblok van de media zit vervat in de representatie van de diversiteit van het transgenderissue. Zo worden vooral transseksuele vrouwen afgebeeld, waardoor andere genderidentiteiten, zoals transmannen, transgenderisten en genderfluïde personen weinig aandacht krijgen. Daarnaast ligt de focus te vaak op de fysieke transitie terwijl het psychologische aspect onderbelicht wordt. Ook de verhaallijnen in de media lijken altijd té positief volgens sommige respondenten, waardoor de problematiek van innerlijke strijd, discriminatie en/of transfobie te weinig in beeld wordt gebracht. Daarnaast hebben transgenders nog steeds het gevoel dat de mediarepresentatie van transpersonen soms ridiculiserend en dehumaniserend overkomt. “Ge kunt nooit genoeg informatie geven, maar alstublieft geen circus van maken, geen freakshow van maken.”, benadrukt Kathy, die zich identificeert als genderqueer. Vooral het stereotype beeld van de man in vrouwenkleren keerden regelmatig terug in de interviews. Ook gebeurt het nog te vaak dat de media verwijzen naar het vorige geslacht van transgenders of het foute woordgebruik toepassen, dit vooral op televisie of in de geprinte media. Zo wijst Heidi, die zich identificeert als transvrouw, op een veel gemaakte fout: “Zeker als ze dan beginnen spreken over ombouwen. Dat doet ge met een auto, niet met uw lichaam. Dat niet gebruiken alstublieft, dat is heel onpersoonlijk ook.” Door negatieve representatie krijgen transpersonen het gevoel dat hun kwetsbare positie in de maatschappij wordt bevestigd, wat een negatieve invloed kan hebben op het zelfbeeld van deze mensen. Het gevoel van schaamte en isolatie kan hierdoor versterkt worden.

 

De media als informatiebron

De media worden meestal niet als primaire informatiebron aanschouwd, vaak komen medische informatie en/of tips van andere transgenders op de eerste plaats. Wel kan er een duidelijk verschil worden vastgesteld tussen de offline en online media als informatiebron. Daar waar de offline media het vertrekpunt vormen voor het opzoek gaan naar verdere informatie over genderdysforie, is de functie van de online media meer diepgravend. De online media, zoals informatieve websites, fora, sociale media en Youtube, worden, ondanks meer aanwezigheid van expliciete transfobie, omschreven als één van de meest cruciale bronnen van informatie voor transpersonen. Vooral Facebook en Youtube waren belangrijk voor het vergemakkelijken van het in contact komen met andere transgenders, het uitwisselen van tips en het herkennen en vergelijken van eigen situatie en/of transitie.

We kunnen dus concluderen dat de media wel degelijk invloed hebben op transgenders zelf. Daarom is het van groot belang dat de media trachten weg te stappen van negatieve representaties en rekening houden met de fouten die in het verleden werden gemaakt, zodat deze in de toekomst vermeden kunnen worden. Maar zoals Gabriela, die zich identificeert als transgenderiste, samenvat: “We zijn op de goede richting, maar er is nog heel veel werk aan de winkel.”

Download scriptie (911.97 KB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2016
Promotor(en)
Joke Bauwens
Kernwoorden