Duik de kast eens in!

Lynn
Wouters

 

DUIK DE KAST EENS IN!
Seksuele diversiteit in het lager onderwijs

Dit artikel werd geschreven op 2 juni 2012 ter afronding van de opleiding leerkracht lager onderwijs aan de Hogeschool Universiteit Brussel en vormt een korte samenvatting van mijn eindwerk. Ik heb dit kunnen realiseren met behulp van mijn promotor, Chris Van Praet. Mijn eindwerk handelt over het thema ‘homoseksualiteit’. Ik koos voor dit onderwerp, omdat het me persoonlijk aanspreekt. Ik wil leerkrachten en kinderen het belang laten inzien dat iedereen uniek is met zijn eigen gevoelens en waarden. Iedereen moet de vrijheid krijgen om te zijn, wie hij/zij is! Ik heb vijf lessen gemaakt die elkaar opvolgen. Zo komt het thema geleidelijk en speels aanbod en leren de kinderen dat ‘homoseksualiteit’ als normaal beschouwd kan worden. 

Opzoek naar informatie

Voor ik kon beginnen, moest ik zelf eerst wat meer informatie vinden over homoseksualiteit. Ik vond al snel stapels informatie. Ik zocht in boeken, cursussen, brochures… Er waren ook organisaties die me hulp boden. Ik kreeg in de plaats ontzettend veel bruikbaar materiaal. Ik duidde de belangrijkste zaken en kreeg nieuwe inzichten over mijn onderwerp. Mijn eigen ervaringen waren een soort van bevestiging voor wat ik las.

Door enkele verhalen en artikels te lezen over homoseksualiteit, viel het me op dat het taboe en de discriminatie nog steeds aanwezig was in de maatschappij. Ook in kranten en tijdschriften kwam het steeds naar voren. Dit was een extra reden om de lessenreeks te maken. Als de leerlingen van jongsaf aan leren om met homoseksualiteit gewoon om te gaan, dan zullen ze later minder snel vooroordelen hebben en discrimineren. Immers ‘jong geleerd, is oud gedaan…’

Lessenreeks voor derde graad

Om het thema te introduceren in de klas, koos ik voor een speciaal kastje. Dit vormt de rode draad van de lessenreeks rond seksuele diversiteit. Het bevat zes lades die voor elk één les staan. De verschillende lades moeten één voor één aanbod komen. Het is namelijk niet vanzelfsprekend om meteen te beginnen praten over homoseksualiteit. In elke lade steekt iets dat te maken heeft met wat er die les gaat gebeuren. De nieuwsgierigheid van de leerlingen zal steeds geprikkeld worden, waardoor ze extra gemotiveerd zullen zijn. ‘Mensen zijn verschillend’ is het eerste onderwerp. Er wordt een stellingenspel gespeeld om dingen van elkaar te weten te komen. Kinderen ontdekken dat er verschillen bestaan. De stellingen zijn grappig, maar op het einde worden ze serieuzer. Tijdens deze les worden er ook voorwerpen gesorteerd in vakken. Het eerste vak is voor de jongens en het tweede voor de meisjes. Ze komen tot de conclusie dat er voorwerpen zijn die zowel gebruikt kunnen worden door jongens als meisjes. Door middel van een collage maken ze duidelijk wie ze zijn. Iedereen accepteert elkaar zoals men is! De volgende les gaat over vriendschap en liefde. Om het klasklimaat positief te bevorderen, wordt er een blad doorgegeven. De andere leerlingen noteren van iedereen één positieve eigenschap op het blad. Het is interessant om elkaar goed te leren kennen. Soms worden vrienden verliefd op elkaar. De leerlingen brainstormen over verliefdheid, waarin er duidelijk gemaakt wordt dat jongens ook verliefd kunnen worden op andere jongens en meisjes op andere meisjes. Met het prentenboek ‘Wachten op matroos’ wordt de speciale vriendschap en verliefdheid nog eens op een fijne manier aangebracht. Op het einde krijgen de leerlingen nog een vriendschapsbandje, zodanig dat de hele klas zich verboden voelt met elkaar. De derde les gaat over verschillende soorten gezinnen. Het begint met een liedje waarin een jongen zingt over zijn twee vaders en dat dit eigenlijk helemaal niet zo erg is. Er wordt hier dieper op ingegaan door vragen en de leerlingen krijgen de kans om hun eigen gezinssituaties weer te geven op papier. Ook door middel van een spel leren de kinderen dat er nog andere leefvormen bestaan. Ze mogen zich verkleden en zich inleven in verschillende gezinsrollen. Ze bedenken specifieke kenmerken voor de zeven leefvormen. Aan de hand van een filmpje en een prentenboek ‘de mama’s van Sterre’ wordt er nog verder gesproken over gezinnen met twee papa’s of twee mama’s. In de voorlaatste les staat homoseksualiteit centraal. De leerlingen lezen een verhaal over Leila. Het is een meisje, dat ontdekt dat ze gevoelens heeft voor een ander meisje. De leerlingen lossen vragen op en komen meer te weten over het leven van een holebi. Nadien maken de leerlingen een vouwspelletje. Daarin staan vragen die de leerlingen op een andere manier laten nadenken over homoseksualiteit. Het wordt gebruikt om per twee een gesprek te voeren. Tijdens deze les wordt er uit de lade een dobbelsteen en enkele pionnen gehaald. De leerlingen spelen een bordspel met kennisvragen, stellingen, inzichtvragen en nieuwsberichten over homoseksualiteit. In de laatste lade steekt een briefje met een liedje (Laïs – ’t Smidje) op. Dit wordt op het einde van de les gebruikt. De leerlingen beginnen met een oefening, waarbij ze een tekst moeten koppelen aan een foto. Onbewust gaan ze meningen en vooroordelen gebruiken om de foto’s in te delen. Ze leren dat dit soms negatief en standvastig kan zijn. Om aan te leren wat discriminatie is, worden de leerlingen door middel van kaartjes ingedeeld in een meerderheid- of minderheidpositie. Ze ontdekken dat het niet fijn is om uitgesloten te worden. In de realiteit gebeurt dit nog vaak. Daarom lezen de leerlingen verschillende recente krantenartikels over discriminaties en bespreken ze. Het is belangrijk dat iedereen geaccepteerd wordt. Na het vormen van paartjes krijgen de leerlingen de opdracht om een dans aan te leren op het liedje van Laïs. De leerlingen hebben geleerd om respect te tonen naar elkaar toe. De dans zorgt ervoor dat ze steeds bij iemand nieuw terecht komen. 

Besluit

Ik ben ervan overtuigd, dat deze lessenreeks veel mogelijkheden biedt voor de praktijk van het onderwijs. De leerlingen leren zich openstellen voor andere leefvormen en ontdekken de belangrijkheid van het uniek zijn en het geaccepteerd worden. Ik hoop, dat ik in mijn opzet geslaagd ben om zoveel mogelijk leerkrachten aan te sporen om rond dit onderwerp te werken met kinderen in het lager onderwijs.

Universiteit of Hogeschool
Odisee
Thesis jaar
2012