Ontwikkeling van een opleidings- en begeleidingsmodule voor portfolio ondernemers

Bjorn
Conings

De  crisis  die  de  afgelopen  jaren  over  Europa  heen  waaide,  heeft  ook  in  België  zijn  strepen achtergelaten. Cijfers van  de FOD Economie tonen aan dat er sinds 2009 een algemeen stijgende werkloosheidstendens in België is.Ten  tweede  toont  de  Vlaamse  zakenkrant  ‘De  Tijd’  aan  dat  ook  het  aantal  startende vennootschappen in Vlaanderen een negatieve trend volgt van 2007 tot en met 2013. Multinationals  beslissen  altijd  in  functie  van  hun  eigen  winstcijfer.  Als  het  buitenland  een  betere optie biedt, is er dus  geen garantie  dat zij actief blijven in België.  Op deze manier  beïnvloeden zijde  werkloosheid.  Een  oplossing  wordt  aangeboden  door  de  lokale  ondernemers.  Deze  kunnen  via de  invulling  van  meerdere  marktopportuniteiten  [portfolio  ondernemen]  de  tewerkstelling  doen heropleven of verbeteren. Deze studie onderzoekt de manier waarop potentiële portfolio ondernemers hun kwaliteiten kunnen ontwikkelen, dit in het kader van een opleidings- en begeleidingsmodule.Hiervoor behandelen  zowel de literatuurstudie (hoofdstuk 2), als het  praktijkonderzoek (hoofdstuk 3),  dezelfde  onderwerpen.  Er  worden  twee  stromingen  onderzocht:  de  beste  onderwijsvorm  voor ondernemers en de inhoud die een dergelijke module moet bevatten. Ten  eerste  kan  er  geconcludeerd  worden  dat  de  zakelijke  motivatie  een  ondernemer  echt onderscheidt  van  een  portfolio  ondernemer.  Er  zijn  twee  zakelijke  motivaties die  een  ondernemer aanzetten  tot  portfolio  ondernemen:  de exploitatie van  marktopportuniteiten  en  de  ondersteuning van eerdere activiteiten. Ten tweede wordt er vastgesteld welke onderwijsvorm het best past voor een ondernemer. Aan de hand van twee programma’s van VOKA en UNIZO  wordt er  besloten dat een ondernemer het liefst één maal per maand samenkomt. Dit doen ze het liefst in een beperkte groep van ongeveer vijftien deelnemers.  De  beste  manier  om  hiervan  te  leren  is  door  een  combinatie  te  voorzien  van  een theoretische  uiteenzetting  via  een  professionele  spreker  of  expert  en  een  praktijkgerichte uiteenzetting  via  ervaringsuitwisselingen.  De  verschillende  vormen  die  een  ervaringsuitwisseling kan aannemen worden verder besproken in hoofdstuk 3. Ten  derde  worden  de  referenten  besproken.  Hieruit  kan  besloten  worden  dat  een  referent  drie verschillende  vormen  kan  aannemen:  een  professor,  een  ervaringsdeskundige  van  het  te behandelen onderwerp (bijvoorbeeld een  consultant  of  advocaat)  of een vakgerichte trainer (zoals een facilitator of ondernemer).Verder  moet  de  inhoud  van  een  sessie  vooraf,  in  onderling  overleg,  worden  vastgelegd.  Hieraan gekoppeld  moet  een  organisator  ook  rekening  houden  met  de  eisen  van  een  referent  zoals  het aantal  deelnemers  en  de  klasvorm  (kring,  U-vorm  of  andere  mogelijkheden).  Andere  drempels staan vermeld in hoofdstuk 3. Ten  vierde  worden  de  verschillende  eigenschappen  opgesomd  die  een  ondernemer  moet  bezitten om  nieuwe  marktopportuniteiten  te  kunnen  herkennen  (zie  hoofdstuk  3).  Dit  onderzoek  stelt  ook vast dat de naambekendheid van de ondernemer of onderneming hiertoe kan bijdragen.Verder  worden  ook  verschillende  technieken  toegelicht  die  een  ondernemer  helpen  om  een marktopportuniteit  te  herkennen.  Zo  kan  een  ondernemer  meegaan  in  trends  of  kopiëren  van andere sectoren, maar ook andere technieken worden hier aangehaald. Ten  vijfde  wordt  de  verdere  begeleiding  van  ondernemers  besproken.  Het  herkennen  van  een opportuniteit  is  namelijk  niet  voldoende.  Bij  de  exploitatie  ervan  moet  er  rekening  worden gehouden  met verschillende aspecten, onder  meer de  juridische factoren en de juiste strategische marketingkeuze. Via een peterschapsproject worden ondernemers hierin begeleid. Tot  slot  wordt  er  een  voorstel  gedaan  voor  een  opleidings-  en  begeleidingsmodule.  Hierin  komen alle voorgaande aspecten terug en deze worden  samengevat in één module. Dit  is terug te vinden in hoofdstuk 4.

Download scriptie (1.77 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Hasselt
Thesis jaar
2014