Sneller op de been dankzij de halve knieprothese

Lore
Verscheure

Inleiding en situering

De levensverwachting stijgt en de bevolking wordt steeds ouder. De kans dat uzelf, een familielid of een vriend vroeg of laat te maken krijgt met een gezondheidsprobleem is groot. Eén van die problemen is slijtage van een gewricht, algemeen gekend als artrose. Een vaak uitgevoerde behandeling bij artrose van de knie op oudere leeftijd is het plaatsen van een knieprothese. Geef toe, wie kent er nu geen opa of oma met een ‘nieuwe knie’?

Een ‘nieuwe knie’ of knieprothese is een ingreep waarbij het kniegewricht vervangen wordt door een implantaat in kunststof. Onder de knieprothesen onderscheiden we verschillende types, waaronder de totale knieprothese (TKP) en unicondylaire, of halve, knieprothese (UKP). Bij een TKP wordt het volledige kniegewricht vervangen door een kunstgewricht en bij een UKP slechts de binnenste of buitenste helft. De voordelen van een UKP zijn het behoud van de kruisbanden, de minder ingrijpende operatie, de kortere hospitalisatieperiode en de lagere kans op een heropname in het ziekenhuis binnen 30 dagen na de operatie. Het grote voordeel van een TKP is de langere levensduur van het implantaat.

In 1968 plaatste men de eerste TKP. Door de jaren heen werden de knieprothesen steeds meer geoptimaliseerd op basis van wetenschappelijk onderzoek. Omwille van de minder ingrijpende operatie en de snellere revalidatie werd meer overgegaan tot het plaatsen van een UKP. Ondanks de vele voordelen van een UKP wordt dit type prothese slechts in een kleine 10% van de patiënten in België geplaatst. In andere landen zoals bijvoorbeeld in Engeland is het percentage meer dan 50%.

Stel dat u al enkele maanden problemen hebt met uw rechter knie, waardoor u moeilijk kan wandelen en dagelijks hevige pijn hebt in uw knie. Uw chirurg raadt u aan een operatie te ondergaan waarbij u een ‘nieuwe knie’ krijgt. Dan wilt u natuurlijk een ‘nieuwe knie’ die ervoor zorgt dat u terug probleemloos en pijnvrij kan wandelen waar en wanneer u dat wenst, zonder uw evenwicht te verliezen of te vallen.

 

Doel onderzoek

Het doel van deze studie was om meer inzicht te krijgen in het herstel van het stappen en het evenwicht bij patiënten met een TKP vergeleken met patiënten met een UKP, omdat de evaluatie van het gangpatroon en valrisico bij patiënten met verschillende types implantaten (TKP en UKP) tijdens het revalidatieproces tot op heden nog niet gebeurd is. Om dit te verwezenlijken werd de revalidatie van alle geselecteerde patiënten op lange termijn bekeken en werden de 2 groepen van patiënten ook met elkaar vergeleken voor al deze variabelen.

 

Verloop onderzoek

De patiënten werden voor deze studie geselecteerd op de dienst orthopedie van het AZ Sint Lucas te Brugge over een periode van één jaar. Ze werden op 3 verschillende tijdstippen geëvalueerd: 2 of 3 dagen, 6 weken en 6 maanden na de operatie. Op elk testmoment vulden de patiënten 4 vragenlijsten in en voerden ze 2 functionele testen uit. De vragenlijsten evalueerden de patiënten op vlak van pijn, andere fysieke problemen, knie gerelateerde gezondheid, type behandeling en bewegingsangst. Na het invullen van de vragenlijsten, werden patiënten ook onderworpen aan functionele, fysieke testen. De eerste functionele test, de Timed Up and Go test (TUG), is een test waarbij patiënten moeten rechtstaan uit een stoel, 3 meter wandelen, draaien rond een kegel, terug wandelen en gaan zitten. De tweede functionele test, de Tinetti test, is een test die bestaat uit 2 delen, namelijk de Tinetti gang en de Tinetti balans. Deze 2 componenten van de Tinetti test evalueren de kwaliteit van het stappen, het evenwicht alsook het valrisico van patiënten.

 

Nieuwe inzichten

Dit pioniersonderzoek bracht enkele mooie nieuwe inzichten omtrent de revalidatie van patiënten met een knieprothese. Ten eerste maakten alle patiënten gedurende de revalidatie een zeer betekenisvolle verbetering op het gebied van stappen en evenwicht, gemeten door de vragenlijsten. Ten tweede bleken beide groepen (TKP en UKP) even snel progressie te maken wat betreft het stappen, het dynamisch evenwicht en het valrisico, gemeten door de TUG. Ten derde hadden patiënten met een UKP een relevant beter resultaat op het tweede en derde testmoment in vergelijking met patiënten met een TKP betreft het stappen, het statisch evenwicht en het valrisico, gemeten door de Tinetti test. Hierbij dient wel aangegeven te worden dat ook patiënten met een TKP geen ernstig valrisico vertoonden.

Deze studie bracht ook enkele nieuwe inzichten aan het licht in verband met knieprothese chirurgie. Een UKP met al zijn eerder bewezen medische voordelen, blijkt ook op gebied van stappen, evenwicht en valrisico minimaal even goed en zelfs iets beter te scoren dan een TKP. Bovendien blijkt uit cijfers van het RIZIV dat een UKP ook een kostenefficiëntere ingreep is dan een TKP. Desalniettemin krijgen in België nog steeds veel meer patiënten een TKP dan een UKP. Net zoals in Engeland moeten we in België streven naar een veel grotere frequentie voor het plaatsen van een UKP in plaats van een TKP. Het komt de patiënt en de ziekteverzekering ten goede.

 

Een ‘nieuwe knie’ via dagkliniek: droom of werkelijkheid?

Naast de optimalisatie van verschillende types prothesen, is er nog een revolutie in knieprotheseland. Het gebruik van robotica blijkt de patiënt immers nog sneller op de been te brengen. Navigatie robots slagen erin om de oriëntatie van het kunstgewricht driedimensionaal zodanig te perfectioneren dat de spanning op de ligamenten en de belasting van de knie de perfectie benaderen. Verder onderzoek moet uitwijzen of dit in een nog sneller herstel, beter gangpatroon en kleiner valrisico resulteert. Dit is echter een kwestie van tijd. Geen mens twijfelt eraan dat dit zo zal zijn. In 20 jaar tijd zijn we geëvolueerd van 10 à 14 dagen hospitalisatie naar 2 à 3 dagen ziekenhuisopname voor dergelijke ingrepen. De dagkliniek voor een ‘nieuwe knie’ komt nu echt wel heel dichtbij. ’s Morgens naar het ziekenhuis met een kapotte knie en ’s avonds terug naar huis met een nieuwe: het kan!

Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2019
Promotor(en)
Kurt Claeys en Henri Devroey