Politie en jongeren in de schijnwerpers. De Vlaamse politionele organisatievormen ten opzichte van jongeren belicht

Annelies
De Schrijver

 

De Jeugd van Tegenwoordig!
 
Het onschuldige kind wordt een Duivelskind
 
 
“De jeugd van tegenwoordig!”, deze eeuwenoude verzuchting lijkt vandaag actueler dan ooit. Jongeren genieten van een overvloed aan negatieve mediabelangstelling. Denk hierbij aan de MP3-moord of de dodentocht van Hans Van Themsche. Naast deze extreme voorbeelden, wordt zowel nationaal als internationaal regelmatig gerapporteerd over incidenten waarbij jongeren betrokken zijn. En waar mediatieke rook is, is politiek vuur.
 
Of die jeugdcriminaliteit nu een groter probleem vormt dan vroeger, valt nog te bezien. In elk geval lijkt het alsof er nu prominenter over wordt bericht. De publieke opinie eist naar aanleiding van dergelijke gebeurtenissen een kordaat optreden van zowel de regering als haar uitvoeringsapparaten. Bij de genoemde feiten werd aan de publieke verontwaardiging gehoor gegeven. Begin 2008 werd een nieuw Nationaal Veiligheidsplan voorgesteld, waarin de krachtlijnen voor het politioneel beleid voor de periode 2008-2011 uitgezet werden. Jeugdcriminaliteit is één daarvan. De wijze waarop deze prioriteit is gekozen, doet vermoeden dat zij voornamelijk dient om te bevolking te sussen.
 
Dit vermoeden wordt nog versterkt wanneer we de veiligheidsplannen van voorgaande periodes en op andere beleidsniveaus erbij halen. Daarin zien we immers dat de focus op jongeren sterk afhankelijk is van de aan- of afwezigheid van spraakmakende incidenten. Dat beleid en publieke opinie in een onderling afhankelijke relatie staan, is niet nieuw, maar zo’n wisselwerking heeft wel een aantal implicaties. Daar wringt hem ineens ook het schoentje. Waar in de 19de eeuw een sterk preventief beleid werd gehuldigd, ervaren we nu een veel repressiever klimaat. De onverantwoordelijke jongere die geholpen moest worden, wordt nu een verantwoordelijke dader die gestraft moet worden.
 
Een overzicht van de evolutie
 
De visies over jeugdcriminaliteit op het werkveld van de lokale politie moeten worden gekaderd in beslissingen die genomen worden op hogere beleidsniveaus. Een efficiënt beleid vereist een aanpak met voldoende aandacht voor probleemverkenning, analyse, doelstellingen, actieplannen en resultaten. In die optiek is het aangeraden om gestructureerd en doelbewust te werken. We zien dan ook zeer duidelijk dat sinds het begin van deze eeuw gewerkt wordt met federale, nationale en zonale veiligheidsplannen, die – ondermeer – een politioneel beleid ten opzichte van jongeren uittekenen.
 
Deze documenten vertalen maatschappelijke noden naar concrete werkpunten voor de politie. Gedurende de periode 1999-2003 lag er in het federaal veiligheids- en detentieplan een focus op jongeren in een dader- én slachtofferrol. Vooral de oproep tot het oprichten van gespecialiseerde jeugdafdelingen bij de lokale politie verdient extra aandacht. Immers, door een unit te creëren die zich exclusief bezighoudt met de jongeren, wordt de kans op een adequaat en tijdig optreden danig verhoogd. Ook al had deze jeugdpolitie in eerste instantie een preventieve rol, toch werden minderjarigen als verantwoordelijke criminelen bezien.
 
Waarom die aandacht voor minderjarigen? Een mogelijke verklaring vinden we in de media-aandacht rond twee belangrijke gebeurtenissen. Enerzijds was er de zaak Dutroux. De druk op politici na de Witte Mars als symbool van publieke verontwaardiging en gemeenschappelijk protest, was te groot om onbeantwoord te blijven. Anderzijds was er de zaak rond Patrick Mombaerts, die in 1998 door een groep minderjarigen werd gedood. Deze ophefmakende zaak heeft zeker een verschuiving in visie over minderjarigen teweeggebracht. Het onschuldige kindsbeeld begon te barsten.
 
De kadernota Integrale Veiligheid 2004-2007 die het federaal veiligheids- en detentieplan actualiseerde, had dan weer helemaal geen aandacht meer voor jongeren. Deze afwezigheid van specifieke prioriteiten kunnen we koppelen aan een ontbreken van gemediatiseerde feiten waarbij jongeren betrokken waren in de periode voorafgaand aan de opstelling ervan. Een nieuw federaal veiligheidsplan dat de kadernota actualiseert, is – mede door de moeilijke regeringsonderhandelingen – nog steeds niet opgesteld.
 
Door de federale politie werd wel een Nationaal Veiligheidsplan 2008-2011 voorgesteld, met daarin twaalf prioriteiten waar gedurende vier jaar strategisch en projectmatig op zal worden gewerkt. Eén daarvan is – zoals eerder gesteld – jeugdcriminaliteit. Een totaalaanpak wordt vooropgesteld, met aandacht voor preventie, begeleiding, bestraffing en resocialisering. Waarom opnieuw die jeugddelinquenten? Nogmaals blijkt er een sterke link met de nationale mediaberichtgeving. In de periode voor 2008 kwamen er immers een aantal minderjarige moordenaars uitgebreid in het nieuws. Hans van Themsche, Björn Moons, Adam G. en Marius O. zijn slechts enkele voorbeelden.
 
De regering werd dan ook opnieuw door de publieke opinie gedwongen om actie te ondernemen. Daarmee vindt nog eens een verschuiving in de visie over minderjarige daders plaats. Waar aanvankelijk een sterk preventief beleid werd gevoerd, komen jongeren almaar meer in een repressiever beleid terecht. Het onschuldige kind van weleer dat beschermd moest worden, is nu finaal een duivelskind geworden.
 
Hoe moet het nu verder?
 
Uiteraard is het een goede zaak dat een incidenteel beleid gevoerd wordt. Een regering is maar regering bij machte van het volk. Maar het is ook de taak van onze leiders om verder te denken, en problemen in de eerste plaats te vermijden. Populistische chantage mag slechts de allerlaatste noodoplossing zijn. In die optiek is het dan ook aangeraden om naast een incidenteel (repressief) beleid eveneens een proactief (preventief) beleid te voeren.
 
Een van de mogelijke hulpmiddelen die de Belgische regering daarvoor heeft, is het inzetten van degelijk opgeleide jeugdagenten om jeugdproblematiek aan de wortel aan te pakken en escalaties te voorkomen. Hoewel vele Vlaamse lokale politiezones over een gespecialiseerde jeugdbrigade beschikken, laat de opleiding van deze agenten te wensen over. Een degelijke opleiding op maat is onbestaande. De uitbouw van zo’n opleiding tot jeugdagent, die een specifiek deel van het politionele werk vooropstelt, zou een antwoord kunnen bieden op deze tekortkomingen.
 

Bibliografie

 

Bibliografie
 
 
1. Boeken, verzamelwerken en tijdschriften
 
ALBERS, W.A.J., ‘De jeugd is de politie een zorg’, Tijdschrift voor de politie, 1983, afl. 8/9, 382-388.
 
ALBERS, W.A.J., Politie en jeugdigen: naar een probleemgerichte politiezorg voor minderjarigen, Arnhem, Gouda Quint, 1990, 285p.
 
APPIER, J., ‘Preventive justive: the campaign for women police’ in Women Police, NATARAJAN, M., (ed.), Aldershot, Ashgate publishing, 2005, 3-36.
 
BAARDE, D. en GOEDE, M., Basisboek methoden en technieken: praktische handleiding voor het opzetten en uitvoeren van onderzoek, Houten, Stenfert Kroese, 1997, 304p.
 
BAGGERMAN, A. en DEKKER, R., ‘Verlichting, revolutie en kindbeeld in Nederland. De periode rond 1800 als keerpunt’, Justitiële verkenningen, 2005, afl. 5, 9-23.
 
BERVOETS, E.J.A., ‘Bijdrage aan de politiële jeugdtaak, portret van een buurtagent’, Tijdschrift voor de politie, 2005, afl. 6, 20-24.
 
BERVOETS, E.J.A., Tussen respect en doorpakken. Een onderzoek naar de politiële aanpak van Marokkaanse jongeren in Gouda, Utrecht en Amsterdam, Amersfoort, Elsevier Overheid, 2006, 357p.
 
BIJLEVELD, C.C.J.H., Methoden en technieken van onderzoek in de criminologie, Den Haag, Boom Juridische uitgevers, 2005, 316p.
 
BOLZAN, N., “Kids are like that!” Community attitudes to young people, Australië, National Youth Affairs Research Scheme, 2003, 108p.
 
BOUVERNE-DE BIE, M., ROOSE, R. en BALLET, D., ‘Pendelen tussen penalisering en bijstand. De defensieve logica van de Belgische jeugdbescherming’ in Criminologie: tussen kritiek en realisme, CHRISTIAENS, J., ENHUS, E., NUYTIENS, A., SNACKEN, S. en VAN CALSTER, P., (eds.), Brussel, VUBPress, 2007, 39-52.
 
BRUINS, J. en VAN RIESSEN, E., ‘Jeugd en politie-(re)organisatie (1)’, Tijdschrift voor de politie, 1993, afl. 1/2, 3-7.
 
BRUINS, J. en VAN RIESSEN, E., ‘Jeugd en politie-(re)organisatie (2)’, Tijdschrift voor de politie, 1993, afl. 3, 56-60.
 
BUTLER, A.J.P., ‘Point de vue d’un fonctionnaire de police’, Déviance et société, 1994, afl. 1, 89-94.
 
CAMBRE, B. en WAEGE, H., ‘Kwalitatief onderzoek en dataverzameling door open interviews’ in Een samenleving onderzocht: methoden van sociaal-wetenschappelijk onderzoek, BILLIET, J. en WAEGE, H., (eds.), Antwerpen, De Boeck, 2006, 315-342.
 
CARTUYVELS, Y., ‘De grote etappes in het Belgische jeugdrecht : continuïteit, circulatie of breuk ?’, Tijdschrift voor jeugdrecht en kinderrechten, 2001, afl. 4, 132-156.
 
CHRISTIAENS, J., ‘Bridges over troubled water : vragen bij de specificiteit en de grenzen van de (Belgische) jeugdbescherming’ in Protection de la jeunesse, formes et réformes. Jeugdbescherming, vormen en hervormingen, CHRISTIAENS, J., DE FRAENE, D. en DELENS-RAVIER, I., (eds.), Brussel, Bruylant, 2005, 253-264.
 
CHRISTIAENS, J., ‘De hervorming van de jeugdbescherming : à la recherche du model perdu’, Panopticon, 2005, 4-18.
 
CODDE, J., Jeugdbescherming en politie. De jeugdige delinquent in het recht en de rol van de politie in de moderne opvattingen betreffende jeugdbescherming, Deel 1 en 2, Universiteit Gent, Onuitgegeven doctoraal proefschrift criminologie, 1968, 188p.
 
CODDE, J., Jeugdbescherming en politie. De jeugdige delinquent in het recht en de rol van de politie in de moderne opvattingen betreffende jeugdbescherming, Deel 3 en 4, Universiteit Gent, Onuitgegeven doctoraal proefschrift criminologie, 1968, 212p.
 
COPPES, R., DE GROOT, F. en SHEERAZI, A., Politie en criminaliteit van Marokkaanse jongens. Een praktijkonderzoek, Deventer, Gouda Quint, 1997, 235p.
 
D’HAESE, W., Politionele jeugdzorg, Antwerpen, Maklu, 2008, 231p.
 
DE HERDT, ‘Jeugdbescherming bij de politie Brussel’, De politieofficier, 1975, afl. 8/9, 10-15.
DE KERF, E.L.A.M. en TER HAAR, L., ‘Jeugdpolitie vroeger en nu’, Tijdschrift voor de politie, 1983, afl. 8/9, 375-381.
 
DE KIMPE, S. en PONSAERS, P., ‘Meten van tevredenheid van de burger over de politie: is er nog ruimte voor criminologen?’ in Burgers en hun overheid. Naar een DJ-overheid, REYNAERT, H., VAN DE WALLE, S. en VERLET, D., (eds.), Brugge, Vanden Broele, 2006, 107-127.
 
DE NAEYER, N., ‘Werken met jongeren. Dienst jeugd en gezin van zone Brussel-West’, Politiejournaal – politieoffier, 2002, afl. 8, 23-25.
 
DE SMET, B., Jeugdbeschermingsrecht in kort bestek, Antwerpen, Intersentia, 2005, 435p.
 
DENZIN, N. en LINCOLN, Y., ‘Introduction: the discipline and practice of qualitative research’ in Handbook of qualitative research, DENZIN, N en LINCOLN, Y., (eds.), Thousand Oaks, Sage, 1-28.
 
DUCHATEAU, K., VAN POECK, B. en HEBBERECHT, P., Het levensverhaal van jongeren van Turkse en Marokkaanse orgine met een instellingsverleden, Gent, Universiteit Gent, 2004, 291p.
 
ELIAERTS, C., ‘Jeugddelinquentie en jeugdbeschermingsrecht: een moeilijke relatie’ in Kinderrechtengids: commentaren, regelgeving, rechtspraak en nuttige informatie over de maatschappelijke en juridische positie van het kind, VERHELLEN, E., (ed.), Centrum voor de rechten van het kind, Mys en Breesch 1994-2006, afl. 1999, 1-45.
 
GERLO, J., ‘Ten geleide’, in Van jeugdbeschermingsrecht naar jeugdrecht? Tekstbundel van het internationaal congres van 20 december 1990 aan de rijksuniversiteit Gent, ELIAERTS, C., GERLO, J., VERHELLEN, E., BALLET, D., WYLLEMAN, A. en CAPPELAERE, G., (eds.), Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen, 1990, IX-XII.
 
HAUBER, A.R., ‘Jeugd en politie. Reacties in wisselwerking’, Tijdschrift voor de politie, 1983, afl. 8/9, 400-407.
 
HINDS, L., ‘Building police-youth relationships: the importance of procedural justice’, Youth Justice, 2007, afl. 3, 195-209.
 
HUBERT, H.O., ‘Jeunes immigrés et agents des forces de l’ordre : les meilleurs ennemis’ in Mon délit ? Mon origine. Criminalité et criminalisation de l’immigration, BRION, F.en REA, A., (eds.), Brussel, De Boeck Université, 2001, 157-185.
 
HUIJTS, A. en NELISSEN, P.W.M., ‘Ik wil gewoon respect. Onderzoek naar de communicatie tussen politie en Marokkaanse jongeren’, Tijdschrift voor de politie, 2004, afl. 11, 21-24.
 
HURST, Y.G. en FRANK, J., ‘How kids view cops. The nature of juvenile attitudes toward police’, Journal of criminal justice, 2000, 189-202.
 
HURST, Y.G., FRANK, J. en BROWNING, S.L., ‘The attitudes of juveniles toward the police. A comparisation of black and white youth’, Policing, an international journal of police strategies and management, 2000, afl. 1, 37-53.
 
JACKSON, L., ‘Care or controle? The metropolitan women police and child welfare, 1919-1969’, The historical journal, 2003, afl. 3, 623-648.
 
JANS, R., ‘Preventie van jeugdcriminaliteit. De politie kan er iets aan doen, meent prof. Janssens’, Algemeen politieblad, 1999, afl. 23, 8-9.
 
JONES, S., ‘Depth interviewing’ in Social reseach methods:a reader, SEALE, C., (ed.), Londen, Routledge, 2004, 257-260.
 
JUNGER-TAS, J., ‘Taak en functie van de jeugdpolitie. Positie opgroeiende jongeren vereist deskundigheid van politie’, Tijdschrift voor jeugdhulpverlening, 1987, 173-176.
 
JUNGER-TAS, J., ‘Taak en functie van de jeugdpolitie’, Justitiële verkenningen, 1986, afl. 5, 629-649.
 
MASSEI, A. en VAN WELZENIS, I., ‘Politie uit de kinderschoenen? Politie en jeugd.’ in Voor verder onderzoek… essays over de politie en haar rol in de samenleving, DUHAUT, G., PONSAERS, P., PYL, G. en VAN DE SOMPEL, R., (eds.), Brussel, Politeia, 2002, 829-844.
 
MATTHIJS, K., ‘ Delinquente jongeren ; hoe denken ze over u ?’, Tijdschrift voor de politie, 1983, afl. 3, 137-139.
 
MOERINGS, M. en VAN DE BUNT, H.G., ‘Etiketten plakken’ in Tegen de regels: een inleiding in de criminologie, FISELIER, J., LISSENBERG, E., MOEDIKDO, P., ROMBOUTS, B., VAN RULLER, S. en TOEBOSCH, J., (eds.), Nijmegen, Ars Aequi Libri, 1980, 72-93.
 
MORSE, S.J., ‘Immaturity and irresponsibility’, The journal of criminal law and criminology, 1998, afl. 1, 15-67.
 
MUNCIE, J., Youth and crime, second edition, Londen, Sage Publications, 2004, 351p.
 
NABER, C. en WILS, J., Afschuw en woede om dood Julie en Melissa, De Standaard, 19 augustus 1996.
 
PARKER, A.L., MOHR, P.B. en WILSON, C., ‘Attitudinal and personality predictors of diversionary behaviour by the police’, Policing, an international journal of police strategies and management, 2004, afl. 1, 9-21.
 
PATTON, M., Qualitative research and evaluation methods, Thousand Oaks, Sage, 2002, 598p.
 
PEETERS, J. en VERHELLEN, E., ‘De strafrechtshervorming : naar een (nieuw) jeugdsanctierecht ?’, Panopticon, 1987, 467-483.
 
POTVIN, J. en TISSEYRE, C., La police vue par les jeunes, Brussel, Centrum voor jeugdmisdadigheid, 1978, 315p.
 
SABBE, H., Kinderbescherming en politie, Antwerpen, Koningrijke kring der commissarissen en adjunct-commissarissen van politie der stad Antwerpen en omliggende gemeenten, 1957, 110p.
 
SCAGLION, R. en CONDON, R.G., ‘ Determinants of attitudes toward city police’, Criminology, 1980, 485-494.
 
SCHEEPMAKER, C., ‘Voorwoord’, Justitiele Verkenningen, 2005, afl. 5, 5-8.
 
SCHOLTE, E., Jeugd, politie en hulpverlening : preventieve hulp aan jongeren met psychosociale problemen, Leuven, Acco, 1988, 306p.
 
SCHOLTE, E.M., ‘Preventieve hulpverlening aan jongeren met politiecontacten. Gedeelde verantwoordelijkheid van politie en hulpverlening’ in Politie in beweging : bijdrage tot de discussie over de politie van morgen, ELIAERTS, C. en BENNET, T., (eds.), Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen, 1990, 187-218.
 
SUSINI, J., ‘La police et la jeunesse’, Revue de science criminelle et de droit pénal comparé, 1976, 787-804.
 
VALLAEYS, T., VAN DEN DRIESSCHE, E., VANOVERBERGHE, N. en VERHENNE, P., Vrouwen bij de Belgische politiediensten. Functioneren en functioneringsproblemen, Brussel, INBEL, 1995, 148p.
 
VAN DER LAAN, A.M. en BLOM, M., Jeugddelinquentie: risico’s en bescherming. Bevindingen uit de WODC zelfgerapporteerde jeugdcriminaliteit 2005, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2006, 335p.
 
VAN DIJK, C., ‘De uithandengeving : grens aan de jongere of aan het systeem ?’ in Protection de la jeunesse, formes et réformes. Jeugdbescherming, vormen en hervormingen, CHRISTIAENS, J., DE FRAENE, D. en DELENS-RAVIER, I., (eds.), Brussel, Bruylant, 2005, 265-281.
 
VAN GANGELEN, H.G., ‘Jeugd-politie, een nood-zaak ?’, Tijdschrift voor de politie, 1983, afl. 8/9, 408-417.
 
VAN NIJNATTEN, C., ‘Jeugdzorg naar de basis. Agenten schromend met opvoedend te werk te gaan’, Algemeen politieblad, 1992, afl. 20, 20-22.
 
VAN PUYVELDE, S., ‘Jeugdbrigade Brussel West: Jongeren op het rechte spoor houden’, Inforevue, maart 2006, 27-29.
 
VAN SAN, M. en LEERKENS, A., Criminaliteit en criminalisering. Allochtone jongeren in België, Amsterdam, Amsterdam university press, 2001, 278.
 
VAN WELZENIS, I. en MASSEI, A., ‘Dossier : jeugdbrigade (deel 2)’, Sociaal welzijnsmagazine, 2002, alf. 6., 4-6.
 
VAN WELZENIS, I. en MASSEI, A., ‘Dossier : jeugdbrigade’, Sociaal welzijnsmagazine, 2002, afl. 5, 9-12.
 
VERHELLEN, E., CAPPELAERE, G. en VANDEKERCKHOVE, A., Politie en jeugd: een inventarisstudie omtrent de relatie politie – minderjarigen, Brugge, Vanden Broele, 1991, 166p.
 
VERHELLEN, E., Jeugdbescherming en jeugdbeschermingsrecht, Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen, 1988, 550p.
 
VERKUYTEN, M., Etnische identiteit. Theoretische en empirische benaderingen, Amsterdam, Het spinhuis, 1999, 213p.
 
WEINBERGER, B., ‘La police des mineurs : Manchester à la fin du XIX ͤ et au début du XX ͤ siècle’, Déviance et société, 1994, afl. 1, 31-42.
 
WORMHOUDT, R.H., ‘Jeugdpolitie en de basispolitiefunctie : een onhoudbare combinatie ?’, Tijdschrift voor de politie, 1987, afl. 10, 437-442.
 
X., ‘Vrouwen bij de politie’, RoSa-Factsheet, 2005, 1-9.
 
YOUNG, J., ‘The role of the police as amplifiers of deviancy, negotiators of reality and translators of fantasy: some consequences of our present system of drug control as seen in Notting Hill’ in Images of deviance, COHEN, S., (ed.), Harmondsworth, Penguin Books Ltd, 1971, 27-61.
 
ZIJLSTRA, R., ‘Jeugdpolitie’, Proces, 1989, afl. 2, 46-53.
 
 
 
2. Wetgeving
 
Decreten van de Vlaamse Raad inzake bijzondere jeugdbijstand, gecoördineerd op 4 april 1990, B.S., 8 mei 1990.
 
Decreet van 15 december 1998 houdende goedkeuring van het samenwerkingsakkoord van 7 april 1998 tussen de Staat en de Vlaamse Gemeenschap inzake slachtofferzorg, B.S., 13 juli 1999.
 
K.B. 17 van september 2001 tot vaststelling van de organisatie- en werkingsnormen van de lokale politie ten einde een gelijkwaardige minimale dienstverlening aan de bevolking te verzekeren, B.S., 12 oktober 2001
 
Interministeriële omzendbrief PLP 35 betreffende de procedure tot indiening van de zonale veiligheidsplannen en de goedkeuring ervan door de Ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie, B.S., 2 juni 2004.
 
Ministeriële omzendbrief GPI 19 betreffende de functie, bevoegdheden en opdrachten van de politieassistenten, B.S., 11 juni 2006.
 
Ministeriële omzendbrief PLP 41 tot versterking en/of bijsturing van het lokaal veiligheidsbeleid en de specifieke aanpak van de jeugdcriminaliteit, met in het bijzonder een aanspreekpunt voor scholen, B.S., 24 juli 2006.
 
Ministeriële omzendbrief GPI 58 betreffende de politionele slachtofferbejegening in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, B.S., 5 juni 2007.
 
Wet van 15 mei 1912 op de kinderbescherming, B.S., 27-29 mei 1912.
 
Wet van 15 juli 1960 tot zedelijke bescherming van de jeugd, B.S., 20 juli 1960.      
 
Wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, B.S., 15 april 1965.
 
Wet van 29 juni 1983 betreffende de leerplicht, B.S., 6 juli 1983.
 
Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveau’s, B.S., 5 januari 1999.
 
Wet van 13 juni 2006 tot wijziging van de wetgeving betreffende de jeugdbescherming en het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd, B.S., 19 juli 2006.
 
Nieuwe gemeentewet 15 mei 2007, B.S., 29 juni 2007.
 
Toelichting bij het voorstel van wet tot instelling van een bijzondere jeugdpolitie, Gedr. St., Kamer, 1961-62, nr. 301/1.
 
 
 
3. Beleidsdocumenten
 
FEDERALE POLITIE, Deontologische code van de politiediensten, Directie interne relaties, dienst interne communitcatie, Brussel, 2006.
 
FEDERALE POLITIE, Nationaal Veiligheidsplan 2003-2004, 2003, 23p.
 
FEDERALE POLITIE, Nationaal veiligheidsplan 2004-2007, 2004, 39p.
 
FEDERALE POLITIE, Nationaal veiligheidsplan 2008-2011, 2008, 63p.
 
FEDERALE POLITIE, Veiligheidsmonitor 2006. Leeswijzer bij de tabellenrapporten, Directie van de nationale gegevensbank, 2006, 22.
 
FEDERALE POLITIE, Veiligheidsmonitor 2006, tabellenrapport, resultaten van de federale enquête, Brussel, Federale Politie, 2007, 124p.
 
FEDERALE REGERING, Regeerakkoord ‘Een brug naar de 21ste eeuw’, 7 juli 1999, 39p.
 
FEDERALE REGERING, Regeerakkoord gesloten door de onderhandelaars van CD&V, MR, PS, Open VLD en cdH, 18 maart 2008, 43p.
 
LOKALE POLITIE DRUIVENSTREEK, Zonaal veiligheidsplan 2005-2008, 2005, 43p.
 
LOKALE POLITIE GAOZ, Zonaal Veiligheidsplan 2005-2008, 2005, 45p.
 
LOKALE POLITIE MECHELEN, Zonaal Veiligheidsplan 2005-2008, 2005, 261p.
 
NATIONAAL FORUM VOOR SLACHTOFFERBELEID, Strategisch plan van een nationaal slachtofferbeleid. Fundamenten voor een Belgische handvest van het slachtoffer van een strafrechtelijk misdrijf, juni 1996, 50p.
 
ONKELIX, L. en DEWAEL, P., Kadernota integrale veiligheid, 2004, 120p.
 
PONSAERS, P. en ENHUS, E., ‘1ste nationaal veiligheidsplan 2001 – Krachtlijnen’, bijlage bij Het Politiejournaal, 2000, afl. 20.
 
United Nations Standard Minimum Rules for the Administration of Juvenile Justice (“The Beijing Rules”), adopted by General Assembly resolution 40/33 of 29 November 1985.
 
VERWILGHEN, M., Federaal veiligheids- en detentieplan, 1999, 213p.
 
 
 
4. Krantenartikels
 
BARBIEUX, B., Hoofd ingeslagen voor ogen van vriend, Nieuwsblad, regio Brabant Leuven, 30 november 1998.
 
BCZ, Doders van Patrick Mombaerts vandaag voor de jeugdrechter, De Standaard, 7 december 2001.
 
G.N., S.D.B. en F.V., Messteek beslecht vete, De Standaard, 4 september 2007.
 
GOEMAN, T., Leuvenaar zonder reden de schedel ingeslagen door bende jongeren, Gazet van Antwerpen, 30 november 1998.
 
H.R.T., M.E., D.H.H., Schutter zocht doelbewust vreemdelingen, De Standaard, 12 mei 2006.
 
K.U.M., Tiener vermoord voor mp3-speler in Brussel-Centraal, De Standaard, 14 april 2006.
 
RENOUT, F., ‘Dit is echte guerilla met wapens’, De Standaard, 28 november 2007.
 
VANDERMEERSCH, P., Le monde entier wil een betere toekomst voor onze kinderen, De Standaard, 21 oktober 1996.
 
VANSEVER, H., Doodgestoken voor een sigaret, De Standaard, 4 februari 2007.
 
VERHAEGE, T., “Liefde voor mijn kinderen houdt me recht”, De Standaard, 10 februari 2007.
 
VERHOEST, P., Waarom er alleen in Brussel rellen waren met Turkse jongeren, De Standaard, 26 oktober 2007.
 
 
 
5. Internetbronnen
 
InfoZone: een link tussen de Federale Politie en de Lokale Politie: www.info-zone.be [23 maart 2008].
 
LOKALE POLITIE HEKLA, Prioriteit 3: overlast bij jongerenfuiven, http://www.hekla.be/hekla/zvp/prioriteit3. [23 maart 2008].
 
LOKALE POLITIE HOUTHALEN/HELCHTEREN, Tussentijdse evaluatie van het zonaal veiligheidsplan 2005-2008: http://www.houthalen-helchteren.be/Page.aspx?ID=1214 [23 maart 2008].

Download scriptie (812.85 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2008