Voorbij Jihad vs. McWorld

Linde
Van Goethem

 

Voorbij Jihad vs. McWorld
Hoe democratie een antwoord kan bieden op fundamentalisme en globalisering
aan de hand van het werk van Benjamin Barber

“It appears increasingly likely that man is not going to make it. He has done too much that is self-destructive and too little to save himself. Although it is hardly consoling, there will be a certain justice in his extinction if it results from his thoughts and choices. But it would be an unpardonable irony if he were to destroy himself not because of what he thought, but because he thought what he thought made no difference.”
(Barber, 1971)

Wat nu? In deze tijd van verregaande globalisering, van het individualisme en de consumptiesamenleving, een steeds groter wordend contrast tussen arm en rijk, een groei van het aantal jihadisten en de hernieuwde opkomst van het nationalisme, lijkt de democratie te falen op alle vlakken. Benjamin Barber (°1939), Amerikaans politiek filosoof, stelt dat niet de democratie zelf faalt, maar de hedendaagse liberale invulling ervan. Hij gelooft dat de democratie nog steeds een antwoord kan bieden op de problemen waar we tegenover staan, maar dan wel in een nieuw jasje. In het onderzoek werd Barbers concept Strong Democracy uitgewerkt en bekritiseerd in het licht van diens eigen visie en theorieën omtrent fundamentalisme, globalisering, individualisme en consumentisme. Hierbij werd de nadruk gelegd op hun wederzijdse afhankelijkheid.

Het doel van het onderzoek was te kijken in hoeverre het mogelijk is om een sterke democratie te installeren in niet-westerse landen (denk aan de oorlog in Afghanistan/Irak). Daarnaast werd bekeken in hoeverre het geloof in de democratie kan neigen naar een ideologische politieke denkvorm die eveneens een fundamentalistische vorm kan aannemen. De hamvraag in het onderzoek was de volgende: kan democratisme (ideologische strekking die gelooft in de sociale gelijkheid van individuen en eveneens in politiek als een proces dat ontstaat door middel van gelijke participatie van deze individuen) fundamentalistisch zijn of worden? Daarnaast dient rekening gehouden te worden met het omgekeerde scenario waarbij het democratisme een onderdeel zal worden van globalisering, onderhuids aanwezig in Barbers commentaar op het liberale democratische denken en de manier waarop men tracht dit internationaal op te leggen. Daarnaast bleef ook het nationale niveau niet onbesproken: Barbers Strong Democracy is een concept dat eveneens toegepast kan worden in reeds bestaande democratische landen. Het gaat dan om een omvorming van de bestaande democratieën, een verandering van binnenuit. Tot slot werd de vraag gesteld hoe de dialoog tussen verschillende staten en/of gemeenschappen tot stand kan komen.

Intussen zijn reeds een aantal belangrijke concepten aan bod gekomen namelijk fundamentalisme (Jihad), globalisering (McWorld), individualisme en consumentisme (het infantiliserend ethos) en democratisme (Strong Democracy). Elk van deze concepten wordt door Barber uiteengezet in respectievelijk drie boeken: Jihad vs. McWorld (1995), De infantiele consument (2007) en Strong democracy (1984). Voor Barber is McWorld de wereldwijde verspreiding van het liberalistisch kapitalisme met als gevolg een homogenisering van de samenleving. Een reactie hierop komt tot stand in wat Barber Jihad noemt. Hiermee verwijst hij naar een diepgaand geloof in de eigen waarheid wat leidt tot het ten koste van alles willen verdedigen van deze waarheid ten aanzien van buitenstaanders die als gevaar aanzien worden voor het vernietigen van de eigen basisprincipes. Dit maakt van Jihad een proces dat inherent is aan McWorld, en beide versterken elkaar. Daarbovenop zijn deze processen nefast voor het vormen van een democratische samenleving omdat zij vrijheid ondermijnen: McWorld doet dit doordat het de burger verplicht tot consumeren; Jihad doet dit door middel van het eisen van sociaal conformisme waardoor het mensen verplicht zich te gedragen volgens de regels van de groep.

De vraag stelt zich dan op welke manier McWorld in staat is om zijn invloed op een dergelijke manier te manifesteren. Barber stelt dat sprake is van een infantiliserend ethos en van een infantiele consument. Opdat McWorld en Jihad kunnen gedijen, moet sprake zijn van op private belangen gerichte individuen die trachten alle verantwoordelijkheden te vermijden. Van belang is dat dit infantiliserend ethos totaliserend is wat betekent dat het alle aspecten van het leven tracht te beïnvloeden, een eigenschap die het gemeen heeft met religie. Dit houdt in dat het individu niet bewust leeft en zich niet bezighoudt met de publieke belangen die noodzakelijk zijn voor het ontstaan van private vrijheid. In plaats van zich te richten tot het gemeenschappelijke, zal het individu zich richten tot het individuele (individualisme) en zal het steeds opnieuw (door McWorld ontwikkelde) behoeften trachten te bevredigen (consumentisme). Om ons hiervan te kunnen verlossen moeten we volgens Barber komen tot een burgerschap dat gericht is op gemeenschappelijkheid. Hierbij moet echter ook rekening gehouden worden met de nefaste invloed die dit consumentisme heeft op het individu als persoon en dus niet alleen kijken naar het individu als politiek/sociaal dier (zoals het geval in Barbers werk).

Als antwoord op voornoemde processen werd gebruik gemaakt van Barbers concept Strong Democracy. Het gaat hier om een invulling van democratie gebaseerd op het politieke spreken, de publieke besluitvorming en de gemeenschappelijke actie. Voor Barber vormt het politieke de hoeksteen van de samenleving en ontstaat het politieke, en daarmee politieke actie, wanneer sprake is van het ontbreken van een onafhankelijke grond (een gemeenschappelijke Waarheid). Barber pleit dus voor een meer pragmatische levenshouding waarbij men door middel van dialoog waarbinnen respect voor de ander centraal staat, kan komen tot concrete politieke actie. Dit houdt in dat Barber een zeer optimistisch mensbeeld hanteert daar hij ervan uitgaat dat mensen in staat zijn om de eigen waarheid te laten varen om te komen tot een gemeenschappelijke wil. Om te besluiten wordt gesteld dat het democratisme en het hiermee gepaard gaande secularisme en diens neutraliteitsprincipe, een neiging kunnen hebben tot fundamentalisme. Wat het neutraliteitsprincipe betreft wordt gedoeld op een te strikte scheiding tussen privaat en publiek waarbij verscheidenheid wordt onderdrukt en sprake is van een verplichting tot schijnneutraliteit. Wat het fundamentalistisch democratisme betreft, ligt het gevaar in het willen opleggen van democratieën aan niet-westerse landen: we mogen niet uitgaan van onze eigen invulling van democratie als de beste of enige oplossing voor alle mogelijke sociale problemen die gepaard gaan met de voordien besproken processen. Echter neemt dit niet weg dat Barbers denken van groot belang kan zijn: misschien is het laten varen van onze grote Waarheid om te komen tot verschillende waarheden die in harmonie samen kunnen leven binnen de politieke besluitvorming wel de enige mogelijke manier om te komen tot een democratische samenleving waarbinnen iedereen zich veilig kan voelen.

Download scriptie (3.46 MB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2013