Roken is dodelijk: een pervers kantje aan de huidige anti-rookboodschappen?

Tom
Vanderschoot

We zijn ze ondertussen allemaal gewoon: de niet mis te verstane boodschappen die sinds jaar en dag op de sigarettenpakjes prijken. Bijna iedereen is het erover eens dat dit een goede zaak is. Ze kunnen rokers alleen maar meer bewust maken van de schadelijke effecten en vervolgens aanzetten tot stoppen, toch?

Recent onderzoek plaatst echter enkele kanttekeningen bij deze opvatting. Zijn deze anti-rookboodschappen wel zo zaligmakend als iedereen denkt? Tom Vanderschoot deed in zijn masterproef onderzoek naar de effecten van dreiging en weerstand in anti- rookboodschappen. We zetten zijn bevindingen even op een rij. Wat wordt nu precies bedoeld met dreiging? Dreiging wordt gezien als een subjectief ervaren mate waarin deelnemers een boodschap scoren op een aantal indicatoren, zoals “de boodschap maakte me angstig over mijn rookgedrag” en “de boodschap bedreigde mijn vrijheid om te kiezen”. Men kon in de verschillende indicatoren van dreiging een onderscheid maken tussen “bedreiging van fysieke gezondheid” (voorbeeld één) en “bedreiging van eigenheid” (voorbeeld twee).

Allereerst lijkt dreiging wel degelijk zijn werk te doen. Wanneer deelnemers een boodschap hoog scoorden op indicatoren van bedreiging van fysieke gezondheid, dan bleken deze deelnemers ook minder voorkeur voor roken te vertonen. Hoewel deze gegevens correlationeel van aard waren, geeft dit toch de interessante suggestie dat het bedreigen van fysieke gezondheid er wel degelijk voor kan zorgen dat rokers negatiever gaan staan ten opzichte van roken.

Er bleek echter ook een ander effect waar te nemen. Wanneer participanten hoog scoorden op indicatoren van bedreiging van eigenheid, leidde dit tot een toename in “contragedachten”. Deelnemers gingen dus meer argumenten bedenken om de gepresenteerde anti-rookboodschap te ontkrachten. Meer nog, deze toename in contragedachten leidde op haar beurt tot meer voorkeur voor roken. Omdat deelnemers dus meer positieve gedachten gingen bedenken als reactie op de boodschap, bracht dit ook een meer positieve houding ten opzichte van roken met zich mee. Bedreiging van eigenheid had dus indirect een onbedoeld resultaat.

De voorzichtige conclusie op basis van de bekomen resultaten is dus dat bedreiging in anti-rookboodschappen werkt wanneer het goed gericht is. Wanneer een boodschap erin slaagt om de fysieke gezondheid te bedreigen maakt dit dat rokers minder voorkeur voor roken zullen vertonen. Wanneer de eigenheid of vrijheid van een persoon bedreigd wordt in de boodschap krijg je echter een omgekeerd effect, namelijk dat rokers positiever staan ten opzichte van roken. Echter, toekomstig onderzoek moet hier alle factoren in rekening brengen. Zo bleek dat bedreiging van fysieke gezondheid mogelijks ook de craving, of de mate van hunkering naar een sigaret, deed toenemen. Zodoende kan bedreiging van fysieke gezondheid via andere wegen mogelijks toch nog aanzetten tot meer roken.

Er liggen dus nog heel wat mogelijkheden voor onderzoek op tafel met betrekking tot de effecten van anti-rookboodschappen. De “Roken veroorzaakt longkanker”- boodschappen kunnen gerust op de pakjes blijven prijken. We kunnen op basis van dit onderzoek wel stellen dat we voorzichtig en genuanceerd moeten zijn in de uitspraken die we doen over het effect van deze boodschappen. Deze zijn mogelijks niet altijd zoals bedoeld.

Download scriptie (1.28 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2016
Promotor(en)
Prof. Dr. Jan De Houwer